Zondag 8 juli 2018. Ook deze week was het laat opstaan. Het lijkt een vast patroon te worden op de zondag. Zonder wekker slaap ik lekker door totdat ik spontaan ontwaak. Kennelijk heb ik het nodig en er is niets dat mij belet dit te doen. Vermoedelijk ligt de oorzaak van dit lange slapen in de korte nachten doordeweeks. Ik sta omstreeks 6:15 uur op en ga nooit voor 0:00 naar bed. Dit laatste wordt een beetje in de hand gewerkt door het volgen van de West-Europese sport. De vroege wedstrijd van het WK Voetbal is hier even voor 0:00 uur afgelopen. Kijken naar de late wedstrijd betekent dat de bedtijd verschuift naar 04:00 uur. Deze late wedstrijd laat ik doordeweeks logischerwijs lopen maar in het weekeinde meestal niet. Zo zag ik de Duitse uitschakeling live en aanschouwde ik eergisteren (voor mij gisteren) ook het huzarenstukje van onze Zuiderburen. Bij deze laatste wedstrijd liep de bedtijd nog een beetje op omdat ik de nabeschouwing niet wilde missen. 5:00 uur in de morgen is een tijdstip dat ik tot voorkort alleen in mijn jonge jaren nog wel eens zag passeren.

Het was echter meer dan de moeite waard. De Belgische voetballers toonden aan dat België op dit moment niet alleen het beloofde land is voor de liefhebbers van de voorjaarsklassiekers, het veldrijden en natuurlijk de duivensport. Wat een kwaliteit en wat een klasse met hierbij natuurlijk een tikkeltje geluk, maar zonder geluk vaart niemand wel.

Opvallend is dat veel van de klasse spelers de tijd kregen om te rijpen bij kleinere clubs. Al dan niet eigendom van een grote club speelden ze in hun jonge jaren bij clubs waar je nu niet direct een toekomstig WK-ganger, laat staan halve finalist zou verwachten. Zo speelde bijvoorbeeld Vertonghen tijdelijk bij RKC en  balden Chadli en Mertens bij AGOVV Apeldoorn in hun jonge jaren. Clubs die niemand in de wereld buiten Nederland en België kent. Ook de absolute sterren Hazard en de Bruyne speelden respectievelijk bij Lille en Wolfsburg. Goede clubs maar ver van de wereldtop.

WKhttp://www.beekman-tilmans.nl/wp-content/uploads/2018/07/WK-300x125.png 300w" sizes="(max-width: 500px) 100vw, 500px" width="500" height="208">

Genoemde spelers, en nog vele anderen, deden in de schaduw van het grote werk ervaring op. Ervaring die onontbeerlijk is voor een voetballer maar feitelijk voor alle sporters. Talentvolle wielrenners rijden in de regel ook hun eerste grote ronde niet in de Tour.  Als liefhebber en tegenwoordig slechts als schrijver zocht en zoek ik altijd naar analogieën met de Duivensport. In dit geval ligt dit zeer voor de hand. Ook duiven moeten ervaring op doen. Bij huis, rond het eigen hok maar vooral op de vluchten. Slechts een enkele duif is het gegeven om direct vanaf het begin van zijn of haar wedvlucht-carrière in de kop van de uitslag te vliegen. In Aalsmeer had ik ooit zo’n duif. Delicia (10-915) vloog reeds op haar tweede vlucht een vroege prijs en bleef dit de rest van haar leven met grote regelmaat doen. De andere recente vaandeldragers van mijn hok Gini (13-702) en Femi (12-869) moesten “het vak van topduif” echter leren.

In het geval van Gini als jong en als jaarling op de eerste vluchten anoniem. Ik zag haar de eerste drie vluchten van haar carrière nooit thuiskomen omdat ze gespeeld werd als zomerjong op de Natour. Ze vloog zonder chip en ’s avonds of de andere dag keek ik hoeveel zomerjongen er terug waren. Niet meer, niet minder. In haar eerste seizoen als oude duif duurde het een week of wat voordat ze “het spelletje” doorhad.

In het geval van Femi waren de prestaties als jong wisselvallig. Vaak mis maar een enkele keer goed op tijd. Echter ze vloog wel veel vluchten, inclusief de Derby en alle Natour-vluchten. Hierdoor kwam ze als superervaren jaarling aan de start van haar eerste seizoen als oude duif, hetgeen zich uitbetaalde in diverse duifkampioenschappen, een eerste NPO en topklasseringen in de diverse Nationale competities. Femi was in het seizoen 2013 niet de enige jaarling die prima draaide. Het waren er velen, weliswaar op een iets lager niveau dan Femi maar meer dan bruikbaar. “Een gouden generatie”, vooral duivinnen waarop ik tot aan het moment van stoppen nog zou teren. Niet toevallig bracht ik in het jaar 2012 het voor mij ongekende aantal van 60 jonge duiven aan de start van de Derby.

Ook niet toevallig was dat ik dat jaar de methode de Bruijn toepaste qua kweek. De eieren van de kwekers twee keer verleggen onder de vliegers en de derde ronde groot laten brengen door de kwekers zelf. Het leverde een berg werk, lees stront, op in het vlieghok en een grote hoeveelheid jongen. Ik kon het dat voorjaar bijna niet belopen. Het leverde een echter een grote ploeg op aan de start van het jonge duivenseizoen. Een ploeg met veel afval maar ook met veel talent.

Talent dat het niet alleen bij mij goed deed maar dat ook bij diverse bonnenkopers naar voren kwam. Talent dat echter wel ontwikkeld moest worden. Spelen dus is het devies. Van thuishouden is een duif, mits gezond, nog nooit beter geworden. Als een duif goed is moet ze gewoon mee. Zeker als het weer goed is zoals deze zomer. Bij een goed dieet kan een gezonde duif gewoon elke week mee, zeker een duivin. Ook in een zomer als deze.

De mooie zomer van 2018 lijkt overigens oude tijden te doen herleven. Er zijn dit seizoen veel vluchten die erg traag verlopen hetgeen natuurlijk iets is dat niet onlogisch is. De wind zit vrijwel alle weken in de Noordhoek en de zon staat eveneens bijna alle weken hoog aan de hemel. Echt duivenweer voor wat dat waard mag zijn. Het zorgt ervoor dat de duiven niet alleen langer onderweg zijn, maar het doet de tijdsverschillen tussen de aankomsten van de duiven ook oplopen. Hetgeen mij doet denken aan vroeger jaren toen dit op het merendeel van de wat verdere vluchten het geval was.

Als ik mij even beperkt tot de tijdsverschillen tussen de winnende duiven op de sector 2 vlucht vanuit Argenton zie ik dat in Afdeling 5 de eerste duif van Harry van Emmerik uit Langeraar een voorsprong heeft van 23 meter per minuut. Hetgeen neerkomt op een absolute voorsprong van bijna 13 kilometer oftewel ruim 10 minuten. Gerealiseerd op de achterhand bovendien. In Noord Holland is dit gat tussen duif nummer 1 van Richard Faber uit Westzaan en nummer 2 van de combinatie Hoffman & Regtop uit Den Helder (!) nog groter, namelijk 45 meter per minuut. Oftewel een voorsprong van ruim 26,5 kilometer (!). In tijd betekent dit dat deze duif maar liefst 22 minuten (zelfs iets meer) los lag op de rest van het peloton Noord Hollandse duiven.

Bijzonder opmerkelijk, evenals het feit dat de absolute voorhand bijna onzichtbaar is in het afdelingsspel. Ondanks de tegenwind. Analoog aan de afdeling Zuid Holland, lijkt een groep liefhebbers uit vooral het Zaanse elkaar op te zwepen tot grote prestaties. Vooral op de Dagfond komen de mannen uit de regio Amsterdam en directe omgeving, die vele jaren dit spel domineerden, er feitelijk niet meer aan te pas. Natuurlijk is het nog wat vroeg en natuurlijk kan ik vanaf deze grote afstand niet in de hokken kijken maar het lijkt er op dat enkele gekende Dagfond-matadoren op zoek moeten naar vers bloed. Vers bloed dat hun huidige concurrenten de laatste jaren wel haalden bij de landelijke Dagfondtop.

Zoals altijd de winnaars per Kring”

Argenton:

Kring 1: Hoffman & Regtop, Den Helder – 1126 mpm

Kring 2: Martin Vinkenborg, Volendam – 1117 mpm

Kring 3: Henk Widurski, Beverwijk – 1119 mpm

Kring 4: Richard Faber, Westzaan – 1171 mpm

Kring 5: Cornelis van Rijn, Nes aan de Amstel – 1113 mpm

Voor de aankomsten van de pittige Dagfondvluchten stonden in vrijwel alle afdelingen vluchten met de junioren op het programma. Al dan niet in het kader van oefenen. In het algemeen hadden de onervaren, niet goed opgeleerde, junioren het moeilijk. Gelukkig zat er vooral veel Noord in de wind en dat geeft onervaren duiven nog een goede kans om wat later hun hok te bereiken.

In Noord Holland was het niet anders, al maken de verantwoordelijken het de jonge garde nog iets moeilijker door alles, wederom, in een keer te lossen. Gelukkig wederom met tegenwind. Ervaring met zoeken zullen de duiven op deze manier wel voldoende opdoen. Zoals het er nu naar uitziet treffen de verantwoordelijken het ook volgende week met de windverwachting want volgens de voorspellers blijft deze ook komende week in de Noordhoek. Ik vraag mij echter af waarom er ooit voor deze optie gekozen is? Met Noord in de wind loopt dit goed af maar oh oh wat zou er gebeurd zijn als er een wind uit het Zuiden blies met kracht 3 of meer …..

Het spel wordt er getuige de uitslagen in de voorhand zeker niet eerlijker door. De veelal nog onervaren jongen trekken te ver mee met de duiven die verder moeten en dit zie je terug in de uitslagen. Vooral in Kring 4 waar geen sprake is van Cc-spel. De uitslagen:

Roosendaal:

Kring 1:

Kring 2:

Kring 3:

Kring 4: Team Kramer – HSU, Wormer (Ter Apel) – 1346 mpm

Kring 5:

Ook de mannen van het echte zware werk kunnen dit jaar hun  hart ophalen. Het is namelijk echt zwaar dit jaar en ook dit doet een beetje denken aan concoursen uit vroegere tijden. Deze week stonden Dax en Barcelona, de klassieker der klassiekers op het programma. Op het moment dat ik dit schrijf (8:25 uur West Europese tijd) is er nog geen duif gevallen van het concours dat gisteren om 9:00 uur in vrijheid werd gesteld in de Catalaanse hoofdstad.

Van Dax vielen de duiven na een lossing op vrijdagmiddag aanvankelijk mondjesmaat. In de ochtenduren waren er in het hele land nauwelijks duiven en in de provincie Noord Holland vielen de duiven pas ruim na het middaguur. Primus was Ruud Vermaat uit Driehuis die hiermee ook de 2e plaats in de sector behaalde. De tweejarige duif uit Driehuis bleef in NH nog net een jaarling van Jan Hommes en zijn zonen voor (1029 vs 1027 mpm). Plek drie op het virtuele podium was voor de combinatie de Vries uit IJmuiden.

Tenslotte nog even dit.

Deze week werd ik verrast door een schrijven op de site van de afdeling Noord Holland. Een collega schrijver werd naar mijn mening wel op een heel ongebruikelijke wijze gewezen op een omissie in één van zijn stukken. Niet helemaal kies en ook een beetje bestuur onwaardig als je het mij vraagt. Ook verbazingwekkend want ik ken zowel de schrijver als de bestuurder als vrij rustige en in het algemeen weldenkende mensen. Wellicht hebben de hoge temperaturen van de laatste weken er iets mee van doen maar in een volgend geval zou ik het als bestuur(der) toch iets anders aanpakken. Een schrijven als dit lost niets op. Het geeft ook een verkeerd beeld van beiden als je het mij vraagt. De één is een schrijver met een verleden als losser die in de regel hard vliegt met een scherp verstand en dito pen. De ander is een bestuurder die veel voor de sport over heeft en naast een aantal onbegrijpelijke ook een aantal goede veranderingen in de Noord Hollandse Duivensport heeft doorgevoerd.

OP EIGEN HO(N)K

Hebben we ogenschijnlijk weer te maken met wat “wildlife”. Dit keer niet binnen maar buiten op het terras. Iets lijkt de lounge set te gebruiken als slaapplaats of iets dergelijks. Zwarte afdrukken op de kussens en een verschoven glasplaat op het tafeltje getuigen van nachtelijke leven. Vermoedelijk is het een verwilderde hond die van de bank op de tafel sprint of vice versa. Kijken of ik het beest eens kan betrappen.

Tot volgende week,

Michel Beekmam