|
Nieuws
De kwestie van de teruggekeerde duif van John Heijnen uit Geleen is opgelost. Onlangs op 15 juni ontving hij van de Engelse duivenbond het bericht dat het telefoonnummer op de chipring van de duif niet gelinkt moest worden aan Engeland maar aan Frankrijk. Daarbij verleende de Engelse bond service om aan John toe te lichten hoe het een en ander is geschied. Het telefoonnummer op de chipring behoort toe aan de Franse liefhebber Lemaitre Patrice die in de plaats Nogent sur Oise woont, nabij St Denis en ongeveer 25 kilometer boven Parijs. De betreffende duif van John die in 2018 bij de vierde vlucht achterbleef is pas kort geleden bij de Franse liefhebber aangevlogen. Het heeft een gevolg gehad dat de duif zich bij hem thuis voelde en geen goesting meer had om daar te vertrekken. Ze bleef enige weken lang bij hem plakken. Omdat het een mooie en goed gezonde duif (doffer) was kreeg hij van de voorzitter van zijn vereniging de toestemming om de doffer op een vlucht in te zetten met de bedoeling dat deze dan hopelijk weer terug zou keren naar zijn thuishok ergens in Nederland. In dit geval dus Geleen. Vandaar dat de doffer een chipring om kreeg met het opgeplakte telefoonnummer van de liefhebber die de duif had ingekorfd. Eerlijker kan het niet. De duif werd ingekorfd op Chateaudun dat voor de liefhebber een vlucht was van 105 kilometer is en dat voor John Heijnen in Geleen een vlucht van ongeveer 480 km zou zijn geweest. En op die vlucht heeft zijn doffer met ring 18/ 1320387 z’n oriëntatie goed herkregen. Hoewel het twee jaar heeft geduurd om zijn thuishok in Geleen te bereiken, doet dat niks af aan het feit dat de ‘verloren zoon’ van John de weg naar huis weer wist te vinden. Zijn heimwee naar zijn hok in Geleen was de drijfveer van de doffer om na vele omzwervingen eindelijk weer thuis te geraken. Dat de medewerking van de liefhebber Lemaitre Patrice in Frankrijk daar een bijdrage aan geleverd heeft dat is duidelijk. Ook de bemoeienissen van de 3 duivenbonden in die affaire , met name de NPO, de Engelse en de Franse die verdienen een pluim. De afwerking van deze kwestie is dankzij hun toedoen voor John Heijnen naar tevredenheid opgelost. Maar de mogelijkheid ligt in het verschiet dat de blauwe doffer 18/1320387 van John nog méér geschiedenis schrijft. Omdat John van plan is, als de tijd daar rijp voor is, om hem weer aan wedvluchten mee te laten doen. En mocht dan blijken dat hij in zijn ‘return’ regelmatig in het snuitje van de uitslagen is te zien, met misschien een grote overwinning erbij, dan wordt dat wereldnieuws. Met duiven is alles mogelijk!
Pie.
Op 7 juni stond voor Team Hooymans UK de eerste officiele vlucht op het programma en John Crehan had zijn vliegploeg al wekenlang in superieure conditie. Zijn geduld werd door de corona pandemie op de proef gesteld, maar zijn doel bleef onveranderd: toeslaan op de eerste de beste vlucht in o2020. En dat deed hij: 1e en 2e tegen 4.273 duiven vanaf Wollaston.
Een jaarling duivin en een jaarling doffer werden op 4 seconden van elkaar geklokt en maken de snelheden van 1341 en 1340 meter per minuut.
De winnaar van het goud is “Prodigy’s Princess”, een mooie blauwe duivin. Als jonge duif won ze reeds de 1e van de Grand National Portland, een pittige vlucht waarop ze zich liet zien. Ook won ze een 1e vanuit Tewkesbury.
Ze gaat dus al aardig op haar vader “Prodigy” lijken. Deze crack won veel 1e en kopprijzen voor Team Hooymans UK.
Moeder is “Amazing Day”, zij was 2e asduif in de Million Dollar Race 2016/2017, gekweekt door Reinhard Gebhart en door ons aangekocht na de finale. Ze is broer van “Second Chance”, die won de 2e in de Finale van de Million Dollar Race in editie 2015/2016. Ook hij was door ons aangekocht na de finale.
De tweede duif, 688-19, komt uit een broer van “Harry” gekoppeld aan een duivin van Arie Dijkstra. Een volle zus van de 688 is de 16/118 en die presteerde bij Team Hooymans NL onder meer:
8. prov. acebird long dist. 2018
86. Dutch acebird with 12 prizes PIPA Rankings 2018
8. Nat. Bourges – 16,658 birds
14. NPO Chateauroux – 2,383 birds
17. NPO Orleans – 8,527 birds
34. NPO Chateaudun – 1,974 birds
51. Nat. Chateauroux – 12,313 birds
74. NPO Vierzon – 2,671 birds
2. Rekkem – 477 birds
32 prize cards in the best 10%


Zondag 14 juni 2020. Gisteren was het een zomerse dag in Duivenland en dit heeft vaak zo zijn consequenties. Op zomerse dagen waait de wind vaak uit de Oosthoek en als er dan een vleugje Zuid bijkomt dan zie je dit direct terug op het vluchtverloop. In mijn actieve periode heb ik er vaak over geschreven en ook tijdens mijn inactieve blijft dit mij bezighouden.
Ook door anderen is er al veel over geschreven en de voor- en tegenstanders van dergelijke lossingen buitelen vaak over elkaar heen. Veel liefhebbers ontkennen simpelweg dat er duiven boven zee terecht komen (met alle mogelijke gevolgen van dien). Anderen, waaronder mij persoontje, zijn er wellicht te bang voor.
Gelukkig zijn er nu GPS-ringen die duidelijk de koers van duiven weergeven. Zoals ook gisteren weer de rode track van Ton Vertelman (zie illustratie). Ik heb contact gezocht met Ton om meer te weten te komen over deze track. De GPS-ring wordt gedragen door een tweejarige doffer. Een doffer die vorig jaar als jaarling als eens een loodzware Agen vloog. Deze doffer is zeker niet bang voor water want gisteren vloog hij bijvoorbeeld voor de eerste maal de kortste weg naar Enkhuizen door de kortste weg over de Hoornse Hop te nemen (zie illustratie 2).
Zijn ontbrekende angst voor water spreidde hij ook al een keer ten toon bij een trainingsvlucht vanuit Arnhem. Helaas voor Ton nam hij toen niet de directe weg naar Enkhuizen (zie illustratie 3).
Omdat deze tracks zoveel informatie opleveren zou het mijns inziens goed zijn als de NPO of beter gezegd de WOWD hier eens wat meer werk van zou maken. Ik heb dit idee al eerder opgeschreven, maar er zou eens structureel onderzoek moeten worden gedaan naar de vliegroutes van duiven.
Geef bijvoorbeeld per afdeling 10 programma spelers en 5 overnachtfondspelers 10 ringen en binnen een jaar weet je zo ongeveer alles van de vliegroutes, mogelijke kruisingen van lossingen, nachtvliegen, etc. Vooral als je het goed insteekt met de leveranciers en eventueel nog een subsidie weet los te peuteren zou de organisatie van dit wetenschappelijke onderzoek geen al te groot probleem mogen opleveren. We spreken over 165 systemen met zeg 10 ringen. Zelfs voor de winkelprijs van 300 Euro per system zou dit nog een schat aan informatie opleveren. (https://www.amazon.com/s?k=skyleader+gps+pigeon&crid=263M2NV3ZNI74&sprefix=skyleader%2Caps%2C370&ref=nb_sb_ss_i_1_9).
Het zou misschien ook de verliezen met duiven wat kunnen beperken en nieuwe inzichten geven. Niet alleen qua verloop bij een Zuidoosten wind en een Westelijke losplaats maar over het verloop van de vluchten in het algemeen en bijvoorbeeld ook over het nachtvliegen op de marathonvluchten.
Terug naar gisteren en het lossen met zuidoostenwind, al dan niet in combinatie met een Westelijke losplaats. Dit laatste deden overigens de meeste afdelingen (behalve de afdelingen Friesland en Noordoost Nederland, die gezamenlijk losten in het Duitse Blankenheim, Oost-Nederland (Etreoungt) en Oost-Brabant (Vervins)). Vooral de keuzes van Midden-Nederland en de GOU voor Niergnies deden mij verbaast doen kijken.
Omdat deze materie mij zo bezighoudt besloot ik vanmorgen een aantal vrienden en/of topliefhebbers te vragen naar hun mening over de lossing op een Westelijke losplaats met wind uit richtingen tussen Zuid en Oost. Ik heb immers de wijsheid niet in pacht en het is altijd verfrissend om ook de meningen van anderen te horen. Ik stelde ze de volgende twee vragen:
- Wat vind je van lossingen zoals gisteren. Westelijke losplaats met Zuidoostelijke wind?
- Hoeveel heb je er thuis?
Het leverde zoals altijd een verrassend pallet aan antwoorden op.
De eerste die ik de vragen stelde was mijn goede vriend Willem de Bruyn. Willem pakte ze gisteren ondanks de nadelige wind bijzonder goed, maar dit was niet van invloed op zijn mening.
Willem Bruijn: “Hier nog 3 achter. Met wind van schuin rechtsachter is het altijd bij Duinkerken de zee op. Wij gingen indertijd naar Charleville- Meziere als lossingscommissie. Dat ging prima. Voor de oostelijke afdelingen is dit geen issue. Het rare is dat de liefhebbers uit de kuststrook ook relatief veel kwijt zijn, maar dat men niets wil weten van naar oostelijke losplaatsen gaan Terwijl in verhouding zij meer afstandsvoordeel krijgen. Gelukkig was gisteren de wind zwak 1- 2”.
De tweede liefhebber die ik de vragen stuurde was Jannus Kat uit Westzaan. Jannus en zijn vader Janus speelden de eerste in de Kring maar dit had weinig invloed op zijn mening.
Jannus Kat: “Wat betreft de losplaats gisteren, ik vind dat prima met de omstandigheden van gisteren. Het was niet heet en er stond weinig wind. Wel was het voor jaarlingen pittig, zeker wanneer ze niet gezond / in vorm zijn… Wij hebben alles thuis ja. We kregen om 19:00 uur de laatste. Maar er zijn nog wel behoorlijk wat duiven weg. Maar dat geldt ook voor afdelingen in het oosten, die veel verder in het oosten losten. Dus dat ligt denk ik niet aan Quiévrain versus oostenwind. Een alternatief is wat mij betreft met zuidoostenwind niet lossen. Denk dat de invloed van de losplaats gisteren minimaal was”.
Hierna appte ik met Ruud Moes. Ruud is altijd helder in zijn antwoorden en zijn mening. Ook is hij altijd creatief in zijn oplossingen.
Ruud Moes: Duiven vliegen met zuidoostenwind met een bocht (naar het Westen = MB). De zee is kalm ze zien dan geen verschil tussen land en zee. Ik ben een voorstander om op het strand te lossen bij oostenwind. Ze zien dan direct het water. Bij warm en oostenwind los ik altijd op het strand. Ze trekken direct het land in omdat ze dan nog niet op hoogte zitten en direct het water herkennen. Er zijn weer vele duiven weg. Ik kreeg gisteren ook duiven thuis onder de olie. Ben er nog 7 kwijt van de 34. Het zijn late jongen, maar ook 2 ouden. Een van 2017 en 2018. Kijk maar naar de gps-metingen. En naar de tijden, in Wormerveer zitten ze vroeger dan in Amsterdam en Zaandam (Wormerveer is de overvlucht = MB)
De derde topmelker die reageerde op mijn appjes was Bas Verkerk. Bas was de laatste jaren relatief veel jaarlingen kwijt op vluchten zoals gisteren. Vooral omdat hij ze als jong beperkt speelde. Behalve over de twee eerdergenoemde vragen appten we ook hierover.
Bas Verkerk: “Ingespeelde jaarlingen maken zeker het verschil. Ik moet er nu nog 7. Hiervan is er een die elf keer in de mand is geweest vorig jaar. Die andere zes werden vijf keer gespeeld …. Dus al die programma’s voor jonge duiven met weinig en korte vluchtjes verschuiven het probleem naar een jaar later. Ik heb ze gewoon meegegeven omdat de wind maar kracht 1-2 was. Als de wind Zuidoost is en kracht 3 of 4 dan worden zulke vluchten een drama. Ook al worden ze op zo’n korte afstand oostelijker gelost (Chimay draaide ook al eens uit op een ramp). Eenmaal op zee zijn ze verloren”.
De vijfde topspeler die ik peilde naar zijn mening was Johan van Ackooy uit Hoofddorp.
Johan van Ackooy: “Vluchten met zuidoostelijke wind zijn vaak vluchten met een randje, echter het zijn ook omstandigheden waar een duif mee moet leren dealen zeker voor een dagfondduif die later in het seizoen ook diverse elementen op zijn weg naar huis tegen komt. Zelf had ik een redelijke tijdduif maar het verloop moet beter. Daarbij mis ik er nu nog 4 vd 39 en daar zitten ervaren duiven bij. De op de Natour afgerichte tien duiven zijn wel thuis. Ik acht het missen van de duiven niet aan de losplaats. Afdeling 5 loste in Peronne (nog westelijker = MB) en wat ik van diverse melkers begreep kwamen de duiven prima en zijn de meesten thuis. De sprong bij Afdeling 6 van130 kilometer ervaar ik als ik mijn duiven zie niet als vervelend. Over 3 weken de eerste dagfond. Volgende week wordt Peronne met 2 nachten mand vervolgen. Hierna Pont St. Max en daarna Fontenay. De sprongen gaan hard dit jaar. We gaan het mee maken en hopen dat de vorm die nodig is om te pieken op tijd arriveert”.
Na dit app-gesprek bleef ik in de voor mij vertrouwde regio. Als zesde antwoordde (sport)vriend Cor Buis junior op mijn vragen.
Cor Buis: “Hier is alles goed hoor, zoals we altijd zeggen ze gangetje. Sportief gezien is het afzien, ik heb ze ook nog niet top maar daar wordt natuurlijk aan gewerkt. Als ik ze door de week zie vliegen dan ziet het er goed uit maar zie ik het op zaterdag niet terug. Je werd afgelopen weekend eigenlijk gedwongen om mee te doen om de sprong naar Peronne niet te groot te laten worden (de eerste 3 vluchten werden gevlogen uit Roosendaal, slechts een kleine 90 kilometer voor Cor = MB). Er werd ook gesproken over Niergnies. Met Quiévrain met deze wind heb ik hele slechte ervaringen en ik had het liefste ook niet meegedaan. Maar je moest dus eigenlijk wel. Had liever een losplaats meer landinwaarts gehad. Qua verliezen valt het mee. Ik moet er nog 1, een jaarling duivin. Liet er net nog een vierjarige doffer bij dus dat zegt wel genoeg. Ik had er in een half uur 25 v/d 34 thuis, dus dat viel wel mee, maar daarna ging het trager. We hadden geluk dat het hier niet zo benauwd was denk ik”.
Na mijn gesprek met mijn vriend uit het Aalmeerse toog ik fictief weer naar Zuid-Holland. Naar Woerden om te spreken met Martijn de Kruyff die samen met zijn vader Buck speelt onder de naam W.B. de Kruyff en inmiddels al veel successen heeft mogen aftikken.
Martijn de Kruyff: “Hier is er nog één weg maar er waren redelijk wat verliezen in de club. Maar het blijft een lastige materie. Ik denk hoe dichter bij zee je lost hoe eerder ze van de zee vanaf vliegen. Met deze wind. Een paar jaar terug gingen ze naar Chimay in verband met de wind en hitte en dat was een grotere ramp. Een duif vliegt altijd gelijk van het water af waar je ze ook lost. Oh ja, mijn tweede duif is geboren in Engeland en de duiven worden daar natuurlijk geselecteerd op over zee vliegen en moeilijke situaties met verschillende vluchtlijnen. Het viel ons in ieder geval ook op”.
De volgende melker die ik benaderde was Cees Nagel uit Den Helder. Cees is een fanatieke melker die al menig topsucces boekte. Dit jaar loopt het bij hem in de kop van Noord-Holland echter niet helemaal naar zijn zin.
Cees Nagel: “Het loopt hier voor geen meter sinds dat we met de vluchten begonnen zijn. Ik krijg ze niet onder controle, ze knallen het hok uit vliegen 5 minuten en gaan dan zitten op de daken en klappen dan wel weg maar de form is er niet. Ik ben er nu nog 4 van de 45 kwijt waarvan eentje die ik graag terugzie. Die heeft verleden jaar zes dagfondvluchten gehad en ook in de kop gevlogen. Maar we gaan er maar van uit dat het een selectie is. Hier in de omgeving zijn nog wel wat duiven weg. Bij twee clubgenoten, respectievelijk 6 van de 14 en 10 van de 28. Ook een grote kampioen uit de voorhand van ons rayon moest er nog 14 van de 45. In de vereniging waren er gisteren bij het afslaan bij iedereen nog duiven onderweg. Het was hier dan ook een moeilijke vlucht bedompt hoge luchtvochtigheid en draaiende winden van uit zuidoost. Altijd lastig zeker voor onervaren duiven. Maar we gaan door en anders jammer het is maar een spelletje”.
Een andere melker die ik naar zijn mening vroeg was de relatief onervaren duivenmelker Harry Blaak uit Capelle aan den IJssel. Harry is een aantal jaren geleden begon met zijn zoon William maar heeft de weg naar boven duidelijk gevonden.
Harry Blaak: “Door mijn relatief korte duivenhistorie heb ik niet een heel goede kijk op de losplaats problematiek. Wel ben ik soms een beetje verbaast waar sommige afdelingen lossen. Sommige oostelijke afdelingen lossen erg westelijk. Op eigen hok nog een jaarling achter, een laatje. We zijn niet heel tevreden, puur als je naar de kopduif kijkt. We zaten met deze omstandigheden gunstig. Overigens doen de laatjes waar ik vorig jaar mee gespeeld heb het best goed. William had er vijf van de zeven in de prijzen en ik drie van de acht. Ik hoop de komende 2 weken op een beetje Noord in de wind, dan wordt het wat “eerlijker en kunnen we ook beter beoordelen wat er naar Blois mee kan”.
Tenslotte appte ik ook nog met twee melkers uit regio’s waar het probleem van de zuidoostenwind zich in de regel slechts vertaald in moeilijk verlopende vluchten.
De eerste was mijn goede vriend Henri van Doorn uit Den Dungen en naast topmelker met de jonge duiven ook, topverzorger op het wereldberoemde hok van John van Wanrooij. Henri heeft altijd een eigen, positieve kijk op de zaken en zo zie ik ook zijn reactie op mijn vragen.
Henri van Doorn: “Wat ik van het lossen op westelijke losplaatsen met een zuidoostenwind vind? Het is altijd moeilijk om hier een antwoord op te geven, maar alle afdelingen maken een vluchtprogramma en ze weten dat we in deze tijd van het jaar meer warm weer krijgen en dat er dan ook meer kans is op oost of zuidoostenwind. Dus kun je beter een ander vlucht programma maken. Maar ik denk dat het voor de oude duiven niet zo’n probleem is. Wel vind ik persoonlijk dat als een vluchtprogramma er staat, je dit niet meer moet veranderen. Al is het dan een keer oosten- of zuidoostenwind. Dan zijn er ook liefhebbers die dan een keertje goed zitten in hun afdeling. Wij zelf moeten er nog 2 krijgen”.
De laatste melker die ik vroeg naar zijn mening was Frans Weggers uit Annen. Frans en ik hebben de laatste tijd contact over zijn spel met de duivinnen. Dit was een mooie aanleiding om eens te vragen naar zijn mening over deze materie. Alhoewel men hier in het uiterste Noordoosten minder last van heeft. Zeker gezien de losplaats van dit weekeinde (Blankenheim).
Frans Wegger: “Ik mis nog twee duivinnen, dus 28 van de 30 duiven terug. Tja, zuidoostenwind is altijd verraderlijk. Opvallend is dat vooral de betere/beste duiven er last van hebben. Toppers met meerdere keren 1 op 1000 worden dood gevonden op de stranden van de Waddeneilanden of worden opgevangen in Denemarken. Met betrekking tot de westelijke losplaatsen en zuidoostenwind heb ik niet specifiek een mening”.
Al met al dus veel wisselende meningen maar iedereen is het er wel over eens dat Zuidoosten wind altijd tricky is. Vooral voor onervaren duiven.
Het verloop van de vluchten. Dat zuidoostenwind vluchten altijd bijzonder zijn blijkt ook uit het vlucht verloop. Zo stond in rayon 3 van de afdeling Noord-Holland het concours 19 minuten open. In rayon 2 daarentegen was dit ruim 28 minuten. Op dat moment is er slechts een kwart van de duiven binnen.
Ook in andere afdelingen zie je dit beeld. In rayon West van afdeling 5 staat het concours 22 minuten open, in rayon Midden bijna 30 minuten. In rayon Oost is dit ook rond de 30 minuten.
In afdeling met een Oostelijke losplaats zie je dit beeld niet. In rayon A1 van de afdeling Friesland staat het concours 35 minuten open. In A2 is dit om en nabij de 28 minuten. In de Zuidwestelijke voorhand in F2 is het iets van 25 minuten. In C1 (in en rond het Zwaagwesteinde) is het concours na een minuut of 20 afgelopen. Hetzelfde geldt voor D1. In E1 duurt het vervolgens weer rond de 30 minuten. In E2 is het wederom in een minuut of 20 gedaan. Hetgeen ook geldt voor F1. Alles overigens grofweg teruggerekend naar 1:4. De vroegste duiven vallen overigens in Urk en omgeving. In het uiterste Zuidwesten hetgeen vermoedelijk betekent dat de wind enigszins ruimde tijdens het traject waardoor de snelheden op de achterhand terugliepen.
Dit laatste beeld zie je wel terug in de uitslagen van Oost-Brabant op de vlucht vanuit Vervins. Hier pakt de regio aan de westkant rond ’s Hertogenbosch en de regio Oss een stuk vlotter (concoursduur 15 minuten of iet meer) dan de Oostelijkere en Zuidoostelijkere regio’s (25 minuten of meer). Ook de vroegste duiven vallen daar.
Terug naar mijn eigen afdeling. Hier is het Kring 3 die de boel feitelijk oprolt op de vlucht vanuit Quievrain. De Zuidwestelijke voorhand domineert. Gevolgd door de liefhebbers uit de voorhand van Kring 1 en de Westkant van Kring 4. De liefhebbers uit de Zuidwestelijke voorhand (voormalige afdeling Amsterdam komen er feitelijk niet aan te pas).
Omdat het de eerste echte wedvlucht was van het seizoen volgen hier de eerste liefhebbers per Kring of CC.
Kring1:
- CC1A: J. Ooievaar, Oudkarspel – 1535 mpm
- CC1B: Cees de Wildt, Castricum – 1556 mpm
Kring 2:
- CC2A: Ton van der Gulik, Onderdijk – 1506 mpm
- CC2B: Jelger Klinkenberg, Noordbeemster – 1532 mpm
Kring 3: Combinatie Paap en Paap, Zandvoort – 1596 mpm
Kring 4: Janus en Jannus Kat, Westzaan – 1558 mpm
Kring 5:
- CC5A: Dave van Zon, Amsterdam-West – 1532 mpm
- CC5B: Ron den Boer, Uithoorn – 1523 mpm
OP EIGEN HONK
Houd ik het gezien de lengte van dit weekstuk maar kort. Er valt zoals de meeste weken niet veel te melden. Wel hebben we doordat de maatregelen binnen Maleisië iets versoepeld zijn een korte vakantie geboekt naar een eiland aan de Oostkust. Internationaal reizen is namelijk niet toegestaan maar binnenlands reizen wel. Daarom dus maar een tripje geboekt naar Perhentian Island. Een mooi bounty-achtig eiland waar we ijs en weder dienende in Augustus naartoe zullen rijden (en varen). Later hier over meer
Tot een volgende keer,
Michel
Quievrain voor Janus en Jannus Kat
De eerste klap is een daalder waard zullen Janus en Jannus Kat in het voorbereiden van hun duiven op de vlucht Quievrain gedacht hebben.
Onze duiven hebben een prima vooropleiding gehad de afgelopen 3 weken met 3x Roosendaal op het programma. En ja ze hebben een hupje moeten doen van die ca 100 kilometer naar ca. 240 kilometer denkelijk niet te zwaar voor een goede gezonde duif.
Wat blijkbaar wel zwaar was, is het weer geweest, zeker voor te onervaren jaarlingen maar met oost in de wind en drukkend weer was dat ook wel te verwachten.
Zaterdag 13 juni stonden er 704 duiven van P.V. Zaanstreek-Noord in het Belgische Quievrain waaronder 46 stuks van vader en zoon combinatie Janus en Jannus Kat uit Westzaan.
Janus en Jannus verder voorstellen lijkt overbodig of je moet de laatste jaren onder een steen geleefd hebben. Het zijn mannen waar je terdege rekening mee moet houden op veel van de door ons vervlogen disciplines en dat was dan ook wel duidelijk door de gegevens op de aankomstlijsten van de 3 Roosendaals.
Onze duiven kregen om 8 uur het startsein in Quievrain en het was het duivinnetje de Nl.08-073 die om 10.33.55 uur in Westzaan aantikte en daarmee de af te leggen afstand van 239.915 km winnend wist af te leggen met een snelheid van 1558.735 meter per minuut.
Quievrain zou een feest worden voor de mannen want de duiven die daarna snel volgden pakken binnen de top 10 ook de plaatsen 3, 6, 7, 8 en 9 en bovendien verwezenlijkten ze ook nog eens een prachtig prijspercentage van 76%.
Een super begin van het seizoen 2020 voor de mannen van Kat, van harte gefeliciteerd.
De 2e plaats in de vereniging is voor Sjoerd Bierlee in Assendelft. Sjoerd had er 37 mee, begint met zijn 21e getekende en weet er 12 in de prijzen te draaien goed voor een prijspercentage van 32 %
Ook in Assendelft pakt Marcel Kroon de 4e plaats, hij begint ook met zijn 4e getekende van de 44 ingezette duiven en zijn prijspercentage met 13 van de 44 is 29%
De Top 10 bestaat uit 4 man en de laatste daarvan is Richard Faber uit Westzaan. Richard pakt de 5e duif, had er 65 mee draait zijn 42e als 1e duif en heeft er 17 van de 65 in de prijzen, goed voor 26%.
De kop is er af, bij P.V. Zaanstreek-Noord korfde 23 liefhebbers in voor de punten en de rest ging als trainingsduif mee. Van die 23 liefhebbers vinden we er 22 terug in de uitslag van zowel de ere-als eerste divisie.
Volgende week Peronne de 1e midfondvlucht wat tevens de 1e oude duivenvlucht is voor de Goudenringenrace, de eerstvolgende daarna is Fontenay le Seure. Deelnemers aan de Goudenringenrace alvast veel succes.
Gerard Dekker
Vandaag hebben we een bijzondere vlucht vanuit Peronne achter de rug. Voor de één een prachtige vlucht voor de ander een mindere vlucht met nog al wat achterblijvers. Het was tevens de eerste echte vlucht en we gingen ook nog eens tegelijk los. En dan gaan er een paar duiven de lucht in hier in Zuid-Holland. Deze keer bijna 40.000 duiven die vanmorgen tegelijk het luchtruim in gingen. Ik had de hele week al gelezen dat er een Zuidoosten wind werd verwacht, dus was ik gematigd optimistisch. Ervaringen hebben me geleerd dat dit wel eens een lastige klus kan zijn.Toen ik vanmorgen las dat de duiven waren gelost om 8.15 waren mijn verwachtingen dan ook dubbel. De duiven waren weer perfect de mand in gegaan en stonden er top op maar die wind en de oplopende temperaturen plus de grote massa gelijk los gaven mij een dubbel gevoel. Na veel heen en weer gepraat met Nico en buurman Arie verwachtte we de duiven even voor 11 maar we stonden al vanaf half 11 op onze post ,je kan tenslotte nooit weten. Wat ons opviel was dat er zo rond kwart voor 11 heel veel duiven van afdeling 7 van de kust af richting het oosten vlogen.Sommige vlogen redelijk snel maar ook waren er die haast niet vooruit kwamen.Dat betekent meestal niet veel goeds dus mijn ongerustheid groeide.
Even over 11.00 draait er een weduwnaar recht boven het hok en waar hij vandaan kwam heeft hier niemand gezien. In ieder geval niet uit de lijn van waar uit hij zou moeten komen. Het bleek een 2 jarige doffer te zijn die verleden jaar als jaarling 6 dagfondvluchten heeft afgewerkt en in de aanloop daar toe ook al een 1e van Peronne te hebben gespeeld (4e van 2161 d).Terwijl ik het hok uitstap komt nummer 2 aan duiken, prachtig, iets te westelijk maar nog redelijk in de lijn. Ook deze doffer is een 2 jarige die verleden jaar ook 6 dagfondvluchten heeft gedaan en op de zware Issoudun speelde hij toen ook nog de 1e prijs. Twee van die zwaargewichten voorop versterkte mijn vermoeden dat het wel eens een zware dobber kon gaan worden. Dan duurt het 4 minuten en zien we een duivin van Krimpen ad Ijssel komen recht uit het westen en vlak daar achter weer een doffer. De duivin was een jaarling dochter Sara en de doffer weer zo’n 2 jarige doffer die verleden jaar 6 dagfondvluchten succesvol heeft gevlogen. Dan komt de trein op gang en komt de één na de ander uit het westen aan duiken en vallen de duiven bijna allemaal in één streep op de valplank. Omdat alle duiven recht van Krimpen kwamen vermoedde ik dat we wel klappen zouden krijgen van Krimpen a/d Ijssel vandaag.
Toen we afgingen slaan bleken we in onze club weer een prima uitslag te hebben gemaakt. Er stonden 880 duiven in concours en onze duiven vlogen 1-2-11-12-22-25-26-28-29-31-36-41-43-46-49-50-51-56-58-64-65-69 enz 45/61.In onze kring maken we ondanks de verkeerde wind toch een mooie uitslag en onze duiven vliegen daar 39/61 prijzen en we beginnen met 2 en 3 tegen 2348 duiven. We hadden 2 jaarling doffers die finaal miste en pas in de middag arriveerde en één doffer die nog dik binnen de prijzen zonder landingsgestel pats op het dak viel met 2 gebroken poten. Al met al zijn we dik tevreden met deze toch bijzondere Peronne en gaan we onze duiven donderdag inkorven voor de 1e serieuze midfond vlucht met 2 nachten mand Pont st Max.
Een fijne zondag voor een ieder,
Martin.
als jonge vijf mooie prijzen had gewonnen, had ik in gedachten dat die wel eens ’n hele goeie zou kunnen worden. Vandaardus mijn verlangen op zijn terugkomst. En dat verlangen kreegop dinsdagavond,rondde klok vannegen uur,zijn waarheid. Toen ik buiten aan het genieten was van de laatste uren van de mooie dag bij een ondergaande zon, landde zo plotseling ‘de vale ‘ op de valplank. Toen ik dat zag kreeg ik kippenvel. Van verbazing wist ik voor ’n moment niet wat ik moest doen. Mijn geluksgevoel bracht me van m’n á propos. Hetgelukkig gevoeldat de terugkomst van ‘de vale’ bij me teweeg bracht dat zal heus door iedere melker begrepen worden. Omdat ze dat gevoel allemaal kennen.Pie
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|