peter hok

Oktober is vaak de maand om weer versterking te zoeken, zeker na een minder seizoen. Met dezelfde duiven aanmodderen leidt vaak tot nog zo’n seizoen. Iedereen heeft wel een goede duif op zijn hok, een doffer of een duivin. Hiervoor een geschikte partner zoeken is een goed begin om je kolonie naar een hoger niveau te tillen.

Zelf haal ik geen manden duiven en al helemaal geen jongen om gelijk mee te vliegen. Ik bezoek altijd een goed spelende liefhebber en probeer daar iets uit de beste duif te bemachtigen. Meestal weet ik al aan welke duif ik die ga koppelen.

Daarnaast moeten liefhebber en duif mij aanstaan. Iemand met idiote bedragen in zijn hoofd terwijl de duiven dat niet waard zijn, sla ik over. Als ze me iets uit hun beste duif in handen duwen die nergens op trekt, houd ik het ook snel voor gezien.

Ook ik kweek uit mijn beste duiven voddenbalen, maar die krijgt niemand te zien. Ik geef die niet eens weg, ze worden gewoon verwijderd. Duiven verkopen is één ding, maar je moet als liefhebber wel achter je product staan. Als je zelf al denkt “dit is niets”, verkoop het dan ook niet.

Het is ook niet al goud wat blinkt. Ik heb in al die jaren uit heel wat topduiven jongen gekocht die me geweldig aanstonden, maar achteraf gewoon niet goed genoeg waren. Hier kijk ik de liefhebber niet voor aan. Dat wat hier vertrekt is immers ook niet allemaal kweekduif in wording.

Tussen alles dat gekweekt wordt zit 90% afval als je dat over een periode van vijf jaar bekijkt. Wie anders beweert, moet je niet serieus nemen. Het ene kweekjaar geeft meer goede dan het andere. Dat heeft niets te maken met een perfect verlopen kweekseizoen, maar meer met de factor geluk.