peter hok

Over zeven weken zijn de kwekers weer gekoppeld en kan het nieuwe spel beginnen. Dit was een bewogen jaar met de verlate start door corona, het geruzie om het vliegprogramma (althans in onze afdeling) en de laatste nalijn vlucht die op de valreep werd afgenomen op advies van het IWB, terwijl het overal droog was.

Ik had het er ook met Bas over en hij verwacht net als mij dat er volgend jaar veel jaarlingen verloren gaan omdat ze te weinig ervaring hebben opgedaan als jonge duif. Bij Bas waren de meeste verliezen bij de jaarlingen die als jong alleen op de nalijn hadden gevlogen.

We waren het eens dat jonge duiven meermaals boven de 400 km moeten vliegen in hun opleidingsjaar, anders verschuif je de verliezen naar het jaar erop. Wie deze afstanden liever niet vliegt, kan op de nalijn meedoen.

Ik vind dat de lossingsverantwoordelijken zelf beslissingen kunnen maken en daar geen IWB voor nodig hebben. Zo kunnen de geselecteerde leden van de vliegcommissie (en dat zouden alleen leden moeten zijn die met elkaar meedenken en niet uit eigen belang) een aantrekkelijk vliegprogramma kunnen maken waarbij iedereen op zijn spel aan bod komt.

Deze vliegprogramma leden moeten zelf ook fanatiek met duiven willen spelen, anders hoor je niet thuis in zo´n commissie. Daarbij moeten ze de macht hebben om gezamenlijk een vliegprogramma op te stellen zonder dat het door iemand buiten de commissie gewijzigd kan worden.

Ook zou men beter moeten luisteren naar de tien betere hokken per discipline in Nederland, die mensen hebben hun sporen verdiend en willen het beste voor de duiven. Ze weten wat voor trainingsprogramma duiven nodig hebben en willen ook het beste voor hun eigen duiven.

Ook zouden die mensen meer aandacht moeten krijgen over het hoe en wat ze op een heel jaar doen voor en met hun duiven. Als ze daar openhartig zonder geheimen aan meewerken, kunnen veel beginnende duivenliefhebbers daar wat van opsteken.

Nu roept iedereen maar wat, de hardste schreeuwers hebben vaak niets bereikt in hun duiven carrière. Toch weten zij perfect uit te leggen hoe alles moet, sommige claimen er zelfs verstand van te hebben.

Ik ben op veel tophokken geweest en vaak zijn dat mensen met veel duiven die van hun hobby hun beroep hebben gemaakt (en vergeet niet; dat is ook een kunst). De meeste zijn met niets begonnen en hebben een hok topduiven bijeen gekweekt door een tomeloze inzet. Ook zie je dat het bij hun op de hokken net zo simpel is als bij iedereen, vaak volop lucht en zeker geen verwarmde hokken.

Bij Bas zijn de verwarmingsplaten opgeborgen, net als hier. Ze worden niet meer gebruikt. De duiven worden voldoende getraind door ze zelf vaak weg te brengen in het voortraject. Tijdens de vluchten niet meer, omdat ze alle weken worden gespeeld. Ze geven het hele jaar door dezelfde mengeling en de dag begint daar in het vliegseizoen ook zodra het licht wordt en niet pas om 9u.

Medicatie alleen indien nodig, maar er worden daar geen entingen overgeslagen tegen alle voorkomende kwalen. Het is net als bij kinderen, die worden in hun eerste levensjaren ook tegen alles gevaccineerd om latere onheil te voorkomen.

Kortom, de meeste willen wel ruilen met de luxe, maar niet met al het werk wat verricht wordt om de duiven 365 dagen per jaar in topvorm te houden. En men hoeft geen megahokken te hebben. Vaak ben je met enkele goede duiven beter af. Doordat er op veel van die hokken met veel duiven gespeeld wordt, zijn die na hun tweede jaar al van het vlieghok.

Zelf denk ik dat duiven in hun derde en vierde levensjaar op hun best zijn op de mid- en dagfondvluchten, dus met minder duiven kunnen zulke duiven langer worden gespeeld. Ook heb je meer overzicht, kun je de duiven meer aandacht geven en zitten ze niet overbevolkt. Het is ook veel betaalbaarder, reken maar uit wat je wel niet kwijt bent aan entingen, voer, medicatie en vrachtgeld.

Je moet de lat voor jezelf niet te hoog leggen, althans niet op de hoogte van tophokken, tenzij je dezelfde inzet hebt als hun. Het belangrijkste is dat je geniet van de duiven. Als je goed speelt krijg je vanzelf frustratie van anderen en mag je niets zeggen of het is tegen het verkeerde been van zij die zelf nooit iets hebben gepresteerd met duiven.

Persoonlijk heb ik voor ieders prestatie respect, of dat nu een bekende of onbekende liefhebber is. Zo kijk ik ook naar andere sporten zoals wielrennen. De sterkste van de dag mag van mij altijd winnen.