Kijk, dat ik altijd mezelf opwerp als criticus als het gaat om NPO besturen, komt omdat het nu eenmaal mijn vakgebied is om een leidinggevende een spiegel voor te houden. En zo ook nu met Maurice en zijn medebestuursleden. Het ontbreekt ze nu eenmaal zelf aan voldoende kritische massa om hun ideeën tegen het objectieve licht aan te houden. Dat geeft niet, zolang ze maar open blijven staan voor kundige vragen.

Nu had bijvoorbeeld de oud voorzitter, Albert Jan de Jong, en zijn toenmalige bestuursleden, de beschikking over twee enorm goed ingevoerde kwaliteitsadviseurs. En toch was en bleef ik ook toen fel en kritisch over het plan: Vlucht naar de toekomst..! Natuurlijk krijg je net als nu meerdere malen het verzoek van zo’n voorzitter om is gezellig een kopje koffie te komen drinken in Veenendaal. Maar weet je: ik weigerde dit net zolang, totdat ze me een op papier goed doorwrochten vraagstelling kunnen afgeven.

Nu hoor ik je denken, ‘jammer Rob, een gemiste kans..!’

Nou, als je net als ik meer dan twee decennia heb moeten knokken en vechten om tot hele goede organisatieadviesresultaten te komen. Bij soms hele grote en soms hele kleine clubs, die mijn expertise wilde inhuren, dan kijk je anders tegen dit soort mensen aan. Kijk, mij noemde ze als adviseur een ‘ordinaire straatvechter.’ En weet je waarom? Omdat ik voor niks en niemand uit de weg ga, en alleen maar oog heb voor een goed resultaat. Nee, inderdaad ik houd niet van koffiegeleuter omwille van een leuk salaris en dito onkostenvergoeding.

Nu ter zake, want ik wil best mijn goede wil tonen, door een inkijkje te geven. Hoe ik een Maurice als voorzitter bekijk. Maar hiervoor wil ik een marktcomfort salaris en dito onkostenvergoeding kunnen declareren. Oké, het kan ook gratis en voor niks, zoals ik al jaren doe voor zijn voorgangers, als ze te minste, mijn kritische stukjes goed en ter harte willen nemen.

Kijk, ik zou bijvoorbeeld aan Maurice als eerste vragen: over hoeveel oplossingsvarianten hij beschikt, want je tegenstanders schaken gewoon over op een andere aanval of verdedigingsstelling. En dan sta je aan het einde van je gespreksronden, alsnog met lege resultaathanden. Ik heb deze startvraag, opgepikt uit de internationale schaakwereld, waar elke partij wordt begonnen met het openen uit 960 mogelijkheden. Dus of je nu met wit of zwart opent, je weet nooit welke spelvariant je tegenstander kiest.

Vervolgens, zou ik Maurice met zijn eigen gekozen oplossingen voor o.a. de aloude kiesmannen en afdelingsproblemen, links en rechts om zijn oren slaan. Immers, ik hoef hierover geen enkele verantwoording af te leggen aan wie dan ook. Ik bedoel ik werk onafhankelijk en objectief door mijn opponent niet meer dan een spiegel voor te houden.

Goed, meestal is een leidinggevende na een minuut tien mijn objectieve vragensteller, spuugzat. Alleen, ze zijn wel zo gepokt en gemazzeld, dat ze heus wel doorhebben, wat ik aan het doen ben.

Nu mijn eindresultaatdoel: ik streef naar openheid, eerlijkheid en waarheid bij het verhaal van een bestuurder. Dus na een kwartiertje gesteggel, kan ik heel gemakkelijk achterover leunen en vragen: Goh, beste Maurice vertel me is hoe jij zo’n goede melker bent geworden..! Nou, negen op tien, dat hij me met veel enthousiasme, zonder politiek geneuzel exact een beeld schetst, juist oordeelt en dito kwaliteitsbesluiten over zijn lippen laat rollen. Die door geen ene kiesman kan worden weerlegd, want hij spreekt a) vanuit ervaring en b) vanuit zijn eigen beproefde oplossingsvarianten.

Alleen, na een kleine 5 minuten, vraag ik: Joh Maurice, waarom wil jij nu eigenlijk echt NPO voorzitter zijn. Nou, ik durf een heel goed fles wijn eronder te verwedden, dat hij me toch een partij politiek geneuzel aan mijn experthoofd wil vertellen. En dan zeg ik heel beleefd: praat jij rustig verder, dan ga ik alvast even de rekening vragen, want die betaal ik wel. Om daarna onder dankzegging van zijn verhaal de ruimte verlaten, want een voorzitter die mij niet in drie minuten kan vertellen, waarom hij de juiste man zou zijn voor een zinkend NPO schip. Daar wil ik niet langer dan een minuut mijn kostbare tijd aan spenderen.