- zondag 19 februari 2023
Zorg en zorg
Nee, echt tof was mijn Sinterklaas niet. Die bracht ik noodgedwongen door in het ziekenhuis, niet bepaald een plaats die je onder brengt bij ‘favorieten’. Vooral aan de nachten kwam geen einde.
Elk mens zou eens een keer machteloos en hulpeloos in een ziekenhuis moeten liggen, denk ik soms. Dan zou hij zijn zegeningen tellen. En veel respect krijgen voor die zwaar onderbetaalde verpleegsters. Althans, voor de meeste.
SECREET
Naast me lag een man van 94. Hij leek me een goed mens, iets wat ik van de verpleegster van dienst niet kon zeggen. Dat was zo’n uitzondering, chagrijnig gezicht, te zwart haar, harde ogen die leken te kunnen doden en een tong die kòn doden. ‘Zuster, mag ik wat water?’ vroeg de oude man.
Het chagrijn keek hem vol minachting aan. ‘Daar heb ik nu geen tijd voor, ik ben zo terug’ zei ze en weg was ze. Natuurlijk kan zo’n mens het druk hebben maar dat kan je ook vriendelijk zeggen. Wat een klerewijf was me dat?
Ik gaf de oude man maar wat water en hij nam zijn pillen. Korte tijd later was dat mens terug. ‘Hier is je water’ zei ze tegen de oude man. ‘Laat maar zuster’ zei die, ging op zijn zij liggen en sloot de ogen.
‘Laat je me daarvoor komen’, zei het kreng. Een traan rolde uit de gesloten ogen van de hoogbejaarde kamergenoot.
‘Mot jij misschien nog een pijnstiller?’ snauwde ze mij vervolgens toe. ‘Nee dank U’ zei ik, barstend van de pijn en sloot ook de ogen. De deur vloog met een klap dicht en toen werd het nacht.
VERSCHIL
De deur ging open. Ik deed alsof ik sliep, wilde dat mens niet zien, maar het bleef zo lang stil dat ik heel langzaam mijn ogen opende.
Ik zag weer zo’n zwartharig meisje, maar wat een verschil. Deze had lieve ogen en een warme begrijpende stem. Ze moet gezien hebben dat ik wakker was want vriendelijk lachend verdween ze weer, zachtjes de deur sluitend. Opeens voelde ik minder pijn. Dat zwarte haar leek overigens uitzonderlijk.
Ooit symboliseerde dat schoonheid. Er werd zelfs een shampoo naar genoemd (Schwarzkopf) maar ‘zwart’ is niet meer in.
Zet de tv aan en constateer dat het gros van de dames blond is en welgeschapen. Weliswaar zijn er blondjes zonder fraaie boezem maar die kunnen daar ook niets aan doen. Ik denk dat die zo geboren zijn. Toen was het tweede meisje er weer. ‘U komt uit Nederland?’ vroeg ze. Ik knikte, bijna verontschuldigend, hopend dat ze niet het nieuws gevolgd had.
NEDERLAND
Want hoe men daar met corona om gaat is te belachelijk voor woorden. Als je als oudere niet met een computer overweg kan heb je een serieus probleem want telefonisch kan je geen afspraken maken. Weer dommelde ik weg. Ik voelde een warme hand op mijn voorhoofd en weer keek ik stiekem: het was het tweede meisje.
‘Geen koorts’ lachte ze geruststellend en helemaal op mijn gemak vatte ik nu echt de slaap. Wat kunnen mensen veel betekenen als je afhankelijk bent.
AANDACHT
Nu velen al gauw hun jongen 2022 gaan spenen is het goed te weten dat het bij duiven weinig anders is dan bij mensen.
Die zijn ook afhankelijk en de manier waarop je er mee om gaat heeft een enorme invloed op ze. Duiven moet je vanaf het spenen hard en tegelijk liefdevol behandelen. Want denk niet dat die niet onthouden. Enkele keren een duif ruw beet pakken kan tot gevolg hebben dat je er maanden over doet die terug in het gareel te krijgen. Omdat die geen vertrouwen meer in je heeft en dat terug winnen is een hele opgave.
Vlug plichtmatig voer op de hokken smijten en dan weer weg? Je zal je duiven in leven houden maar nooit goed gaan spelen. Duiven moeten aandacht krijgen! Dan zullen ze zich hechten aan het hok en aan jou, minder gauw verloren gaan, gemakkelijker vorm krijgen.
PRAKTIJK
De kampioenen en zeker de jonge duivenspecialisten weten dat maar al te goed. Het is geen toeval dat zo veel mensen die goed met jongen spelen overdag thuis zijn of een vrouw als rechterhand hebben.
Ook misstaat een stoel niet in het jonge duivenhok. Twee jaar terug zag ik Godelieve bezig ten huize Thijs. Ze schermde de jongen zelfs af tegen het felle zonlicht. Geen wonder dat die zich van de vlucht naar huis haasten.
De melker moet altijd een welkome verschijning zijn. Sommige duiven beginnen spontaan te koeren als de baas op het hok komt. Ik deed dat bij het tweede meisje niet, maar veel scheelde het niet.
Ga je niet goed met je duiven om dan willen die het hok uit als ze je zien, zoals ik het hospitaal uit wilde. Vroeger kwam Klak hier letten van Nationaal Orleans jonge duiven. De duiven waren zo gehaast binnen te zijn dat ze het hok leken aan te vallen. Ik stond pal onder de superval en sommigen vlogen me bijna in het gezicht. Wat genoot Klak.
ZO GEMAAKT
Duiven die van een vlucht binnenstormen hebben ‘aard’ op het hok. En het is de liefhebber die daarvoor zorgde. Ik maakte destijds elke avond mijn ronde en elke duif kreeg aandacht. Die werd even over de bol geaaid, er werd mee gestoeid en die kreeg wat snoep en pinda’s. Dat betaalde zich terug als er gevlogen werd.
Pak duiven nooit bruut beet en jaag er ook niet achter. Als ik gehaast ben kom ik niet op de hokken, want ik ken mezelf. Lukt het de eerste keer niet een duif te pakken dan volgt een tweede poging en die is meestal minder zachtzinnig dan de eerste. Je doet het goed als je elke duif met een hand kunt pakken.
Zelfs iets onnozels als duiven los laten beheerst niet iedereen. Er zijn er die ze plomp uit handen laten vallen, niet beseffend wat een inspanningen het voor een duif vergt om op de pootjes terecht te komen.
Sommigen gooien duiven respectloos weg nadat ze die ‘gekeurd’ hebben. Geef die geen tweede kans.
DE KAMPIOEN EN DE PRUTSER
Als de kampioen naar het hok gaat om een duif te pakken is die meestal snel weer terug. Prutsers blijven vaak lang weg. In het hok hoor je een hels lawaai omdat ze duiven proberen te pakken tegen het raam of tussen de benen.
Maar bezeten van een panische angst willen die het hok uit. Rond vliegende pluimen zijn het bewijs van diens onkunde. Arme melker, arme duiven.
Wie meent dat het domme pech is dat juist bij hem duiven altijd slecht binnenkomen van de vluchten past enige zelfreflectie, die moet dus bij zichzelf te rade gaan.
Er zullen van natuur heus wel bange duiven zijn, maar de meeste worden zo gemaakt. Door de liefhebber die ‘het’ niet heeft.