HERNE - De opening van het nieuwe duivenseizoen is nog niet in zicht - © Deschuyffeleer
De maatregelen om het coronavirus in te dammen hebben ook gevolgen voor het duivenseizoen, waarvan de opening op 5 april voorzien was. “Alle wedstrijden zijn tot nader bericht geannuleerd” is de boodschap die via de Belgische Duivenliefhebbersbond (KBDB) op 17 maart ook de lokale duivenmelkers te beurt viel. Er werd alsnog geen einddatum vooropgesteld. Zowel de leer- als de wedstrijdvluchten gaan dan ook tot dusver niet door. Ook de duivenlokalen waar de melkers gewoonlijk bijeenkomen zijn gesloten. De KBDB is er zich terdege van bewust dat de maatregelen voor haar liefhebbers een grote opoffering inhouden.
Een domper
Rony Boschmans uit het gehucht Kokejane en inkorver bij het vierverbond Pepingen, Herfelingen, Herne en Oetingen is samen met zijn broer Geert uit Lennik alleszins goed geplaatst om te duiden hoe de duivenmelkers in het Pajottenland met die onvoorziene domper weten om te gaan. De opening van het seizoen is zo ook hen aan hun neus voorbijgevlogen.
“We merken vanzelfsprekend veel zenuwachtigheid bij de duivenliefhebbers om toch nog aan het nieuwe duivenseizoen te kunnen beginnen. Als we echter zien welke sport- en andere grootse evenementen al zijn afgelast of uitgesteld, vrezen we dat we ook in de duivensport moeten rekening houden met afgelastingen voor een langere tijd. Het is thans stil in en rond onze duiventillen. Iedereen zit klaar met zijn oude duiven om die te laten inkorven voor de wedstrijden. Sommigen hopen alsnog op een verlenging van het seizoen en proberen de duiven daar dan ook op voor te bereiden. Als we toch nog zouden kunnen starten op 1 juni is het seizoen nog niet verloren.
Zoals velen in het wereldje kreeg ook ik de microbe voor de duivensport ingelepeld door mijn vader, die op zijn beurt de hobby van onze grootvader had overgenomen. Ook mijn twee broers Rudi, die instaat voor zijn eigen til in Brakel, en Geert zijn fervente melkers. Samen met die laatste vorm ik een duo. Ik hou mij vooral bezig met de dagelijkse verzorging terwijl Geert instaat voor de administratie. Zo hebben wij met onze duiven toch al verschillende mooie prestaties kunnen neerzetten. Zo behaalden wij in 2016 bij de oude duiven de overwinning in de internationale vlucht uit Vierzon waarbij 6.422 duiven waren ingekorfd. En vorig jaar nog werden wij op de nationale vlucht uit Montluchon 3de op 9.857 deelnemende oude duiven en 4de bij de jaarlingen. Mooie referenties maar ook een lokale of regionale overwinning maken ons nog altijd blij.
Nog weinig belangstelling bij de jongeren
Jongeren voelen zich thans jammer genoeg niet meer zozeer aangetrokken tot de duivensport. Dat was ooit anders. Aan vele huizen in onze buurt was er toen een duiventil of waren er duivenkijkers in het dak, weliswaar met veel minder duiven per liefhebber dan nu. Aan ontspanning was er in die tijd niet veel anders om handen. Heden ten dage is dat wel enigszins anders en dat is ook één van de redenen waarom er nog zo weinig jongeren beginnen met duiven. Die behoeven daarenboven ook nog eens 365 dagen per jaar verzorging. Ook het financieel aspect speelt een rol. Het bouwen van hokken, het aankopen van goede duiven, het aankopen van voedsel en de verplichte inentingen bij een dierenarts doen het kostenplaatje wel wat oplopen. Het aantal duivenmelkers is in al die jaren dan ook sterk verminderd doch het aantal duiven valt enigszins minder sterk terug vermits we met zijn allen meer duiven zijn gaan houden.
Basisvereiste is een goede gezondheid
Aangezien de gekweekte jongen nu ook reeds op de speelhokken zitten beschikken wij nu toch over een kolonie van een 200-tal duiven. Voor het behouden van het overzicht worden ze opgedeeld in een hok voor de kweekduiven, een weduwnarenhok voor duivers en een weduwenhok voor de duivinnen. Ook de jonge duiven worden op een apart hok gehouden. Zij moeten immers nog alles leren en zeker ook het vlot terugkeren naar hun hok vanuit de welbekende lossingsplaatsen zoals Quiévrain, Noyon en Bourges. Vooraleer een jonge duif zich tot een waar kampioentje ontpopt heeft zijn baasje al veel inspanningen gedaan om haar in de beste omstandigheden op de wedstrijden voor te bereiden. Vooreerst moeten de duiven steeds in goede gezondheid verkeren. Een goede gezondheid is een basisvereiste om een duif in topconditie te krijgen. En precies die topconditie ligt aan de basis van topprestaties. Bij topprestaties op nationale en internationale vluchten duiken er algauw kopers op zowel van eigen bodem als vanuit het buitenland. De aanwezigheid van makelaars en van duivensites maakt alleszins duidelijk dat België nog steeds zijn naam als bakermat van de duivensport alle eer aandoet.
Een bijzondere techniek in de duivensport behelst het 'verduisteren' van de duiven. Een duif presteert het best als zo over al haar middelen, in dit geval al haar pluimen beschikt. Het is derhalve aangewezen om de rui, die normaliter eind mei begint, nu uit te stellen. Het verduisteren kan dat ruiproces vertragen en aangezien we nu toch niet kunnen van start gaan is het beter om de vormpiek, die samengaat met een intact verenpak, later op het seizoen te verkrijgen. De lentezon maakt dat de natuur wakker wordt en dat er meer leven komt in zowel mens als plant als dier. Door onze duiven in het donker te zetten laten we ze in de waan dat het alsnog geen lente is. En zo kan de vormpiek nu nog wat uitgesteld worden totdat er terug wedstrijden gevlogen kunnen worden.
Aanpassen
Door het coronavirus zijn alle wedstrijden nu afgelast. Door de verplaatsingsbeperkingen kunnen wij onze duiven nu slechts van thuis uit trainen. Bij de aanvang van het seizoen in de periode maart-april zorgen wij er normaliter voor dat de oude duiven en de jaarlingen opnieuw in hun wedstrijdritme geraken. Daarvoor brengen wij zelf onze duiven geregeld enkele tientallen kilometers ver weg om ze van daaruit hun hok terug te laten opzoeken. De bijzondere toestand waarin wij nu leven noopt ons nu wel tot aanpassingen. Wij dienen geduld te hebben totdat de hemel figuurlijk en letterlijk opklaart. Het coronavirus houdt ook ons in de ban maar als duivenliefhebbers mogen wij zeker niet klagen. Wij kunnen immers onze hobby, zij het wel maar gedeeltelijk, thuis nog beoefenen.
Zoals vele zaken in onze maatschappij zal ook het organiseren van de vluchten, en vooral de inkorving, niet meer zijn zoals voor de crisis, en alvast zeker niet bij het heropstarten. Er zal moeten rekening gehouden met de social distancing zowel bij de inkorving als bij het openen van de klokken. Daarbij mag ook niet vergeten worden dat de meeste duivenmelkers al een zekere leeftijd hebben, dat zij nu éénmaal behoren tot de grootste risiscogroep en dat zij dan ook het meest bescherming nodig hebben. De bonden zullen alleszins moeten zorg voor dragen dat de veiligheid van de leden en van de medewerkers gewaarborgd wordt.
Bron