- vrijdag 14 juni 2024
Een paar maanden geleden ben ik gestart ben met de voorbereidingen voor het oprichten van de Stichting Behoud Duivensport. Sindsdien hebben al enkele honderden mensen zich bij me gemeld dat ze een steentje willen bijdragen aan het doel van de stichting. Eén van die liefhebbers is de 68 jarige Pop Heersema uit Ten Boer. Ik bracht hem daarom een bezoek en kwam met enkele tassen boeken en ordners thuis. Veel materiaal om beginners mee te helpen. Het helpen van beginners is overigens iets dat Pop gedurende zijn duivensportloopbaan veel heeft gedaan. Onder andere in zijn rol van bestuurslid van de Jeugd en Beginnerscommissie van de Duivensportbond. Hij is hiervoor onderscheiden met de Gouden Speld en daarmee erelid van de NPO Duivensportbond.
Net als Jannes Mulder de hoofdpersoon van de vorige column over dit onderwerp, heeft ook Pop de duivensport met de paplepel ingegoten gekregen. De vader van Pop was Hemmo Heersema, een landelijk bekende kampioen die ruim 40 jaar op topniveau heeft gespeeld en ook buiten onze landgrenzen grote bekendheid genoot. Hierdoor kwam Pop op jonge leeftijd al in contact met veel grote namen uit de postduivengeschiedenis. Pop; “Toen ik zo’n 13 á 14 jaar oud was werd ik gegrepen door de duivensport en ging vanaf dat moment altijd met mijn vader overal naar toe. Veelal naar beroemde liefhebbers in België als de Gebr. Janssen, Desmet Matthijs, Raoul Verstraeten, Emiel Denijs, Jac. Tournier, Louis van Loon, Maurice Delbar en nog vele anderen. Het meeste succes was er met de Desmet Matthijs duiven. Mijn vader kwam daar vanaf 1960 en heeft de “OUDE KLARE” nog in handen gehad, misschien wel de beste duif die er ooit is geweest. Met de duiven uit kruisingen van Desmet Matthijs x Gebr. Janssen maar ook Janssen x van Loon hebben we uitzonderlijk goed gepresteerd. Maar ook de duiven van Maurice Delbar uit Ronse deden het goed.”
Pop is na het overlijden van zijn vader in 2005 zelfstandig verder gegaan met de duivensport en heeft sinds die tijd ook zelf verschillende mooie resultaten behaald. Zo was hij meerdere malen 1e Keizer Generaal van de CC Groningen en won hij de afgelopen jaren meer dan 100 eerste prijzen (zonder dubbelingen). Een dierbare herinnering bewaart Pop ook aan de mooiste duif van de Nationale Manifestatie. Deze duif was niet alleen een mooie duif, maar ook een goede vlieger die onder andere de 1e duifkampioen vitesse van het rayon was. Ook het afgelopen jaar kon Pop terugkijken op een aantal zeer mooie uitslagen en had hij onder andere de snelste duif van de provincie Groningen op Sourdun. Gevraagd naar wat hij nog zou willen bereiken; “Eigenlijk heb ik geen wensen maar nog eens een 1e NPO winnen zou wel erg leuk zijn. Maar ook al zou dat nooit gebeuren dan lig ik daar niet wakker van. Het wachten op de duiven samen met mijn vrouw bezorgt mij ook al veel duivensportplezier en zeker als de eerste duif valt en blijkt dat die vroeg zit. Je kan niet elke week de eerste vliegen en ik gun een ander beslist ook succes. Ik kan er ook enorm van genieten als ik de duiven door de week gewoon los heb.”
Zoals in de inleiding al is genoemd heeft Pop vanwege zijn werkzaamheden binnen de niet meer bestaande commissie Jeugd en beginnerszaken de Gouden Speld ontvangen. Hij betreurt het tot op de dag van vandaag nog steeds dat die commissie is opgeheven. Pop; “Ik heb het werk voor jeugd en beginners ruim 25 jaar met veel plezier gedaan. Toen er besloten werd om de jeugd en beginnerscommissie op te heffen vond ik dat heel erg jammer. Het zou mijn inziens een goede zaak zijn als er weer een commissie wordt ingesteld die nieuwe (Jeugd)leden probeert te winnen. Ik lees nu nog geregeld namen bij de senioren die ik als jeugdlid heb ontmoet op de Nationale Manifestatie. Ons werk heeft destijds beslist wel iets opgeleverd en ieder nieuw lid dat erbij komt is immers winst. Ook vind ik dat er weer een dag moet worden georganiseerd waar jeugdige liefhebbers hun duifjes kunnen laten keuren, waarbij de keurmeester uitlegt wat goed is en wat slecht is aan de duif. Op zo’n dag moet de jeugd/beginner vragen kunnen stellen over alle facetten van de duivensport. Beginners zitten met heel veel vragen over de duivensport waarmee ze nu vaak maar moeilijk bij iemand terecht kunnen. Eigenlijk zou iedere afdeling zo’n dag moeten organiseren vind ik. De afdelingsbestuurders zouden hiervoor liefhebbers kunnen benaderen die zelf als jeugdlid hebben gespeeld. Dikwijls hebben deze vroegere jeugdleden zeer goede ideeën.”
Pop ziet duidelijk nog mogelijkheden om de sport te promoten onder de jeugd. Maar hij pleit niet alleen voor promotie onder de jeugd want ook op grote beurzen en evenementen zou een stand over de duivensport volgens hem niet mogen ontbreken. “Daar komt ook een doelgroep die we nu niet bereiken.” Ik deel zijn mening en misschien zal de Stichting Behoud Duivensport in de toekomst nog eens een stand bemensen op de beurs “Hobby & Vrije Tijd” de grootste hobbybeurs van Nederland. Naast meer promotie vanuit de bond zou er volgens Pop ook meer aandacht vanuit de verenigingen en de liefhebbers zelf moeten zijn voor het werven van nieuwe leden. Ik vroeg Pop op welke manier verenigingen geïnteresseerden met de duivensport kennis zouden kunnen laten maken; “Ik zou op dit moment echt niet weten hoe dit te realiseren. Vind er maar mensen voor die dat willen en kunnen doen. Het is bij onze vereniging al moeilijk om een bestuur te krijgen. Misschien dat er bij grote verenigingen wel mensen zijn die zoiets willen oppakken.”
Tot slot geeft Pop aan dat de duivensport een beter imago zou moeten krijgen. “We zijn er met z’n allen verantwoordelijk voor dat de duivensport een beter imago krijgt. Haal verdwaalde duiven op of zoek een goede oplossing. In deze tijd waarin dierenwelzijnsorganisaties en een politieke partij als de Partij voor de Dieren de sporten met dieren nauwlettend volgen, moet je je ervan bewust zijn dat elke negatieve uitlating invloed heeft op de beeldvorming over de duivensport. Op dit moment zijn we dacht ik landelijk met nog ongeveer 12.000 duivenliefhebbers. Vergelijk dat eens met de ledenaantallen van dierenwelzijnsorganisaties als de Dierenbescherming (ruim 100.000 leden), de Vogelbescherming (159.000 leden) en Stichting Dierenlot (279.000 leden). Daarmee de strijd aangaan is zinloos en heb je bij voorbaat al verloren. In de kranten wordt wel geschreven over vluchten met veel verliezen maar zelden over het feit dat we ook goede doelen steunen. Zo hebben we in het noorden jarenlang het Beatrix concours gehad waarvan de opbrengst naar het goede doel ging, maar daar las je dan niets over. Het welzijn van de duiven moet altijd voorop staan en dat moeten we ook uitdragen. Dat is ook één van de redenen dat ik destijds dopingcontroleur ben geworden. Uiteraard wilde ik mijn steentje bijdragen aan een eerlijke competitie, maar het welzijn van de duiven was mijn belangrijkste drijfveer.”
Het onderwerp van deze column, namelijk de duivensport aantrekkelijker maken begint volgens Pop bij iedere duivenliefhebber zelf. Als iedere duivenliefhebber de duivensport positief uitdraagt, niet alleen aan het eigenbelang denkt, iets voor een ander over heeft en op zijn of haar manier een steentje bijdraagt aan het behoud van de duivensport, dan moet het volgens hem zeker goed komen. Ik sluit me hier volledig bij aan!