|
Nieuws
Aan de hand van fossielen weten wij dat ons oudste huisdier, de bij, sinds veertig miljoen jaar in
volken leeft. Zij organiseert onvermoeibaar het universum van de kleinste levende wezens. Al haar
producten werken selectief, bevorderend of remmend, op microbiële medebewoners. Daardoor
geeft zij doelgericht vorm aan de samenstelling van de haar omgevende en bevolkende microben.
Sommige mogen gedijen, maar extremen worden niet toegestaan. Honing is daarom een
wonderbaar middel voor een bacteriële correctie en wordt graag als geneesmiddel gebruikt. De bij
filtert in de honingmaag virussen uit en selecteert de bacterieactiviteit, deels door hun
voortplantingsvermogen volledig te blokkeren. De populatie wordt tot de minimale hoeveelheid van
maximaal 600 micro-organismen per kubieke millimeter gereduceerd. Onbewerkte honing bevat
bovendien ongeveer tachtig etherische oliën.
In de tweede bijenmaag, de verteringsmaag, groeien de bacteriën uitbundiger. Ze laat haar eigen
voedsel, het bijenbrood, door de bacteriën in haar speeksel fermenteren. Terwijl honing, gewonnen
uit nectar, het bijenvolk alleen ter warmteproductie dient, is het uit pollen gevormde bijenbrood een
eiwitbron voor het bijenlijf. Bovendien wordt het aan het jonge broed gevoerd. Het moet zorgvuldig
bereid worden. Pollen zijn net kleine nootjes die hun voedingswaarde pas vrijgeven nadat ze
geknakt werden. Om het ‘knakken’ voor de bacteriën mogelijk te maken stapelt de bij om de beurt
pollen en speeksel in een cel, drukt alles netjes luchtdicht vast en laat het rustig gisten. De
microben-enzymes knakken de schalen van de pollen. Hierdoor verdrievoudigt hun
voedingswaarde. Bovendien zijn ze nu houdbaar. Voor de fermentatie van kuilvoer en zuurkool
maken wij gebruik van hetzelfde principe.
Wat brood is voor de bij, is bloed voor de mug. Ook zij wordt door bacteriën geholpen. Zij zijn
namelijk verantwoordelijk voor de lichaamsgeur die mens of dier afgeeft. Het milieu van een
individu wordt mede bepaald door zijn lichaamssappen, ook die van de huidcellen. Door het
verorberen van menselijke of dierlijke huiddeeltjes scheiden bacteriën melk-, vet- en aminozuren af,
die mogelijkerwijs op een heerlijke bloedmaaltijd wijzen. Muggen vinden de geur van zweetvoeten
en uitgewasemde, verteerde alcohol bijzonder lekker.
Gewaagde stellingen beweren dat insecten voor hun prik een bepaalde plek van het lichaam
kiezen om er het plaatselijke metabolisme te stimuleren. Acupunctuur van de natuur, bij wijze van
spreken. Wie hier liever van afziet, kan zich met EM inwrijven en zo de muggen voor de gek
houden. Effectieve Micro-organismen corrigeren namelijk de lichaamsgeur.
Vlo, bij, blauwe vinvis of vos: wat een dier in het leven ook doet, hij doet het met bacteriën. En in
tegenstelling tot planten neemt een dier, waar het ook gaat, vliegt of kruipt, bacteriën mee. Ook
veranderde bacteriën. In de ontlasting van trekvogels heeft men resistente bacteriestammen
gevonden die de halve aardbol rond gevlogen zijn.
bron: voorgezondleven.nl
Een verdwaalde duif is nog geen dooie duif. Dat ‘duivenspreekwoord’ schoot me te binnen, toen onze vluchtenpenningmeester eens even tijd had voor een verhaal. Meestal was hij een bezig baasje dat duizend dingen tegelijk wil regelen, maar nu had hij onder het genot van een borreltje zijn verhaal.
Een oud vrouwtje; een soort Roodkapjes – Oma was bij hem, Gerrit, komen klagen over lastige duiven. In de buurt waren in korte tijd hoge gebouwen van een auto - importeur gesloopt.
Nu sliepen er op haar balkon duiven en ze maakten lawaai.
Gerrit beloofde hulp. Met een geïmproviseerde vangkooi kon het probleem opgelost worden.
’Snurken ze’, had hij nog plagend gevraagd. Oma echter had serieus het hoofd geschud en gezegd dat die rotbeesten wel een brommend geluid over zich hadden.
In de weken die volgden werd de duivenval af en toe gecontroleerd en dat leverde interessante vangsten op.
Duiven van ver weg maar ook van heel dichtbij vielen zo in handen van de hulpvaardige Gerrit. Ze kwamen van Alkmaar, Veenendaal en Almelo en andere plaatsen, maar ook uit onze eigen stad, Amersfoort.
Tussen die gearresteerde ‘dakloze’ zwerfduiven bevond zich een schitterende tienjarige doffer; een plaatje om te zien Hij was van een lid van de Amersfoortse vereniging De Koerier; ene Peter H. Die was hem als jonge duif van het hok verspeeld.
Nu bijna elf jaar later, bleek dat dier al die tijd ongeveer 200 meter van de thuisbasis op dat hoge afgebroken autogebouw gewoond te hebben. Wel een bewijs dat verdwaalde en achtergebleven duiven zich jarenlang in de vrije natuur van stad en land wisten te handhaven.
Van clubgenoot Bertus zat er een 2-jarige duif bij. Die was op een dag weggebleven en woonde dus gezond en wel een paar straten verder. De Veenendaalse duivin, ook al een paar jaar van huis, werd door de gelukkige eigenaar opgehaald. Ze stamde nog van belangrijke kweekkoppels en nu kreeg de basis van succes nog weer versterking.
Natuurlijk wilden sommige liefhebbers hun verloren duif niet terug, maar ze vernamen wel wat er van hun gevederde vrienden was geworden. En dankzij Gerrit en zijn vangnetje kon dat grootmoedertje weer rustig slapen.
Goede voeding is van groot belang voor de gezondheid van mens en dier. Gezond water is eigenlijk minstens zo belangrijk. Dit wordt nog steeds enorm onderschat. Een aantal jaren geleden werd ir. Gert Boontje gefascineerd en geïnspireerd door het werk van Victor Schauberger “Lebendes Wasser”. Half tot begin vorige eeuw was de kern van Schaubergers ideeën moeilijk te bewijzen en werd het door de toenmalige wetenschappers niet serieus genomen. De resultaten van recent onderzoek bevestigden echter z‟n gelijk en steeds meer wetenschappers komen tot de ontdekking, dat we tot nu toe maar heel weinig wisten over het wezenlijke van water. Wellicht denkt u: je kunt over koolhydraten, eiwitten of vetten een hoop schrijven en onderzoeken, maar water is toch water? Dat is nou juist niet het geval. Onze kennis over gezond water beperkt zich meestal tot de fysische en chemische eigenschappen ervan. Leidingwater en bronwater. Het water wat uit de kraan komt, moet aan verschillende eisen voldoen. Dit is nodig om de gezondheid van de mens te kunnen garanderen. Om bacteriën te doden wordt er o.a. chloor aan toegevoegd. In tegenstelling tot leidingwater wordt de gezondheidswaarde van bronwater als norm gezien. Volgens recent wetenschappelijk onderzoek is niet alleen de zuiverheid, maar vooral de bio-energetische waarde van groot belang. Het oorspronkelijke bronwater is energetisch zuiver en is vrij van schadelijke trillingen. Daardoor werkt bronwater veel beter voor het lichaam van mens en dier. Leidingwater daarentegen is eigenlijk heel arm water geworden. De werking van water in ons lichaam. Water is een essentieel element bij alle functies in ons lichaam. Daar staan we over het algemeen nooit bij stil. We weten, dat water bedoeld is als transportfunctie bij de opname van voedingsstoffen en de afvoer van afvalstoffen. Steeds duidelijker wordt de enorm belangrijke rol van water voor de energie- en informatieoverdracht die noodzakelijk zijn voor de besturing van alle lichaamsfuncties op elk niveau, van orgaan tot cel. Dit werd tot heden door wetenschappers veel te weinig onderkend. De kennis van informatie overdracht en energie in het water staat nog steeds in de kinderschoenen. In de literatuur wordt veel aandacht geschonken aan het functioneren van de cellen, maar aan het feit dat 75% van die cel uit water bestaat, wordt geen aandacht geschonken. Met name het water in het bindweefsel vervult een centrale functie in de lichamelijke processen. Bindweefsel vult niet alleen de ruimtes tussen de cellen op, maar functioneert als het basisregelsysteem omdat de uiteinden van bloedbanen, lymfebanen en zenuwen in het bindweefsel eindigen en beginnen. Deze staan dus niet direct met elkaar in contact, alleen via het bindweefsel. Het transport van voedingsstoffen, afvalstoffen en informatieoverdracht verloopt via dat water in het bindweefsel. Als we water drinken bereikt dat het bindweefsel en dat brengt een regeneratie van de stofwisseling teweeg volgens onderzoek. De trillingsfrequentie van water. Ook blijkt uit onderzoek dat in water, waaruit de schadelijke stoffen door de waterzuivering volledig zijn verwijderd, vóór en ná de zuivering dezelfde trillingsfrequenties zijn aan te tonen. Deze trillingen blijken te zijn van bepaalde stoffen die zich voor de zuivering in het water bevonden. Een goede kennis van mij is hoofdverantwoordelijke bij een waterschap. Hij vertelde me, dat het steeds moeilijker wordt in de toekomst om alle stoffen die zich in het water bevinden eruit te filteren. Daarvoor bestaan op een gegeven moment geen filters en methodieken meer. Het chemisch gereinigde water is fysisch nog belast met trillingen van stoffen die in het water aanwezig geweest zijn. We noemen dat de informatie van die stoffen. Wij brengen vele soorten chemicaliën in de natuur. We doen dit door b.v. het land en de fruitbomen te bespuiten tegen ongedierte. Daarnaast kunnen we b.v. denken aan elektromagnetische trillingen, trillingen van het elektriciteitsnet, computerbeeldschermen, mobiele telefoons, radarstraling, geneesmiddelen en anticonceptie die via de riolering weer bij de zuiveringsinstallatie belanden. Tijdens het zuiveringsproces wordt dit wel 60 gezuiverd, alleen de trillingsinformatie blijft in het gezuiverde water aanwezig. We weten, dat een mens en een dier voor meer dan 2/3 deel uit water bestaat. Allerlei trillingsfrequenties, schadelijk en onschadelijk, worden via het water in ons lichaam ingebracht en zo in onze lichaamsvloeistoffen opgeslagen. De trillingen hebben een belangrijke invloed op onze lichaamsprocessen. Bekend is ook dat bepaalde trillingsfrequenties ongunstig zijn voor de gezondheid. Bovis-waarde. Door middel van radiëthisch onderzoek kan de bio-energetische waarde van water worden bepaald. We drukken dit uit in Bovis-waarde. De waarde van ca. 6500 Bovis-eenheden wordt gezien als een gezonde standaard. Gezond water zou minimaal deze waarde moeten hebben. De waarde van het water in een bergbeekje heeft ca. 8.000 Bovis, terwijl de geneeskrachtige bronnen (denk maar aan Lourdes) een Boviswaarde van 30.000 tot wel 42.000. Leidingwater ligt momenteel tussen 100 en ca. 4.000 Bovis-waarde. De veranderingen die leidingwater heeft ondergaan tijdens zuivering en transport laten de energetische waarde verloren gaan. De Aqua-Vitaliser Er zijn methoden die de schadelijke trillingen in water teniet kunnen doen en water energetisch zijn levensopbouwende krachten weer teruggeven. Deze natuurlijke methode zorgt voor een stabiel, goed houdbaar water zonder schadelijke trillingsfrequenties en met een hoge bio-energetische waarde van 30.000 tot wel 80.000 Bovis. Dit kan gerealiseerd worden door een apparaat, dat centraal in het waterleidingsysteem gemonteerd kan worden. Dit apparaat, de Aqua-Vitaliser wordt voor ieder doel apart gemaakt op de juiste sterkte. De ervaring leert dat de werking van de watervitalisator blijvend is zonder onderhoud! De enige kosten zijn de aanschafkosten van de Aqua-Vitaliser. Het vitaliseren van water gebeurt zonder kunstmatige technieken zoals magnetisme, elektriciteit of chemicaliën. Gevitaliseerd water is zuiver in de zin van „trillingsvrij‟. Gevitaliseerd water heeft de volgende voordelen: Zuivert via lichaamsvloeistof de cellen, weefsel en orgaansystemen Diepwerkende ontgifting van het lichaam Ontlast de lever en de nieren en zorgt voor een betere doorbloeding. Verwijdert parasitaire invloeden en brengt zo de darmen tot rust Maakt de huid zacht en jong Huidallergieën en overgevoeligheden verdwijnen of verminderen Zorgt voor een betere opname van de voedingsstoffen Smaakt voller en zachter Natuurlijk vitaal water draagt bij aan een gezond, fit en vitaal lichaam. Bovendien voorkomt gevitaliseerd water dat er kalkafzetting plaatsvindt, waardoor de Aqua-Vitaliser u ook in de huishouding de nodige voordelen oplevert. De plaatsing van een Aqua-Vitaliser is een eenmalige investering waarna uit alle kranen in en rond het huis vitaal water stroomt. Dus niet alleen uw duiven maar ook uzelf zult profiteren van alle voordelen die gevitaliseerd water biedt
Willem Mulder.
DEEL 1.
Voorwoord.
Naar aanleiding van de overname door de NPO van het WOWD advies om Transportvoer toe te staan onder strikte voorwaarden, willen we de ontwikkelingen nog eens de revue laten passeren. Hoe is het ontstaan en waar staan we nu? Het is een flink rapport geworden. We plaatsen dit in Het Spoor der Kampioenen in 4 delen. Voor geïnteresseerden is het gehele rapport is te lezen op de WOWD website. Hierbij DEEL 1.
Voor een goed verloop van een duivenvlucht is een drietal factoren van groot belang:
- De conditie van de duif op het moment van inkorven;
- De wijze van vervoer en de verzorging tijdens het vervoer naar de losplaats;
- De weersomstandigheden tijdens het lossen en op de vluchtlijn.
Deze drie factoren bepalen gezamenlijk het succesvol verlopen van een wedvlucht.
Dit voorjaar heeft de NPO tijdens de algemene ledenvergadering het door de WOWD geactualiseerde Reglement Vervoer en Lossingen NPO aangenomen. In artikel 11, lid 3, staan de eisen wat betreft het transportvoer voor onze duiven waarmee het welzijn van de duiven tijdens transport nog verder verbetert. Deze eisen staan als volgt vermeld in het reglement:
Het convoyage voer bestaat uit ofwel enkelvoudige maïs ofwel een mengeling dat voldoet aan de volgende eisen:
- bestaande uit minimaal 50% mais, maximaal 10% peulvruchten, aangevuld tot honderd procent met granen en zaden;
- bestanddelen hebben een korrelgrootte van minimaal 3 mm;
- bestanddelen komen algemeen voor in duivenvoeders;
- bestanddelen hebben een hoge houdbaarheid.
Graag willen wij in dit artikel nader in gaan op de totstandkoming van het transportvoer en nog enkele aanbevelingen doen die mogelijk kunnen leiden tot een nog hoger welzijn van de duiven.
Een woord van dank willen wij richten aan diegenen die veel tijd en energie gestopt hebben in de totstandkoming van Transportvoer versie 1.0: het toenmalige bestuur van afdeling 7 onder voorzitterschap van Erwin van Wijk, Huib Bransen (lossingscoördinator), Geurt Doppenberg (vervoerscoördinator), de combinatie Verbree uit Putten en de overige liefhebbers die welwillend als testhokken hebben gefunctioneerd. Alsmede aan Albert Winkel van de WOWD voor zijn positieve suggesties om dit artikel nog beter uit de verf te laten komen.
Introductie
Openheid is het toverwoord voor de toekomst. Net als dierenwelzijn. Daar ontkomen we niet meer aan. Alle “in’s en out’s” van onze overheid zijn niet of onvoldoende bekend, maar het is aan te raden, dat de onderweg zijnde duivencontainers vanuit een centraal punt digitaal uit te lezen zijn, uitgerust zijn met camera’s en een black box. Bij problemen dient er adequaat en direct actie te worden genomen. Net zoals dat nu al gebeurt bij veel transport ondernemers buiten de duivensport, zoals bij veetransporten of gekoelde transporten van levensmiddelen. De tijd van wat manden op een vrachtwagen met een zeiltje er over is voorgoed voorbij. Het aantal duiven in de mand is met de hiervoor genoemde actualisatie van het vervoersreglement flink verlaagd en in lijn gebracht met de uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek over wat voor de duiven gunstig is. Andere aanpassingen in het regelement gingen over het op gezette tijden rusten onderweg, water geven en dergelijke. Belangrijk in deze is het per wedvlucht bijhouden van een logboek door de convoyeurs waaruit de zorg overduidelijk blijkt die zij steeds aan de duiven geven. Omdat ieder jaar nieuwe convoyeurs worden aangesteld en oude met pensioen gaan is het voor de nieuwkomers gemakkelijk om zich in de verzorging en begeleiding van de duiven in te kunnen lezen als er een goed naslagwerk voor handen is. Regelmatig worden nog nieuwe convoyeurs in het diepe gegooid en dit moet logischerwijs worden voorkomen.
De overheid stelt zich op het standpunt dat de duivensport zelf onderzoek moet doen en aan de hand daarvan regels moet opstellen om het welzijn en de gezondheid van onze duiven te borgen. De overheid kijkt daarbij over onze schouders mee. Dit principe wordt “zelfregulering” genoemd. Op 2 mei jl. publiceerde de Raad voor Dier Aangelegenheden (RDA), een belangrijk adviesorgaan op dit punt, het rapport “Plezier voor mens én dier?”. In dat rapport adviseert de RDA dat elke sector een Dierwelzijnsplan op gaat stellen, ook de duivensport. In dat plan moet komen te staan op welke manier de sector het welzijn van de dieren gaat borgen. Moeten we ons daar zorgen over maken? We kunnen ons maar beter niet laten verrassen. Tot op heden heeft de overheid de duivensport de gelegenheid gegeven om de welzijnsomstandigheden voor duiven tijdens transport zelf in te vullen. Laten we dat aub zo goed mogelijk en in alle openheid proberen te doen. En niet alleen van de kant van de NPO, de WOWD, de vervoersinstanties, maar ook van de kant van de liefhebbers zelf. Dit artikel gaat hier nader op in en verschaft naar wij hopen de nodige handvaten om het welzijn van wedstrijdduiven tijdens vervoer en op het thuishok verder te helpen optimaliseren en de verliezen te beperken.
De aanleiding
De gemiddeld matige wedvluchtverloop percentages van afdeling 7 op de vluchten van twee nachten mand tijdens het seizoen 2010 waren aanleiding voor Steven van Breemen om actie te ondernemen. Het bestuur van de afdeling onder voorzitterschap van Erwin van Wijk stond er in 2011 voor open om diverse tests plaats te laten vinden. Steven verzocht vervolgens Willem Mulder om een tweetal transport mengelingen samen te stellen voor twee en drie nachten mand plus een speciale maismengeling voor de overnachtvluchten. De bedoeling was om de voeding voor de wedvlucht duiven duidelijk te verbeteren. De basisgedachte was een mengeling te ontwikkelen die goed opgenomen werd, licht verteerbaar, energierijk en water absorberend was.
Willem koos voor granen en zaden die duiven graag eten, die voor zowel koude als warme omstandigheden nuttig zijn en die vocht toevoegen aan het lichaam zoals: mais (3 soorten), tarwe, milocorn, witte dari, saffloorpitten, hennep, een klein percentage erwten en een ruim percentage gepolijste rondrijst. Dit voor de vochtbalans in het lichaam en in de hersenen voor een goede oriëntatie. Kleine en lange dunne granen en zaden werden vermeden, omdat deze in de ribbels van het golfkarton of in de mest zouden belanden. Doel was dat er keuze is voor de duiven onder verschillende omstandigheden, zodat er zoveel mogelijk duiven gaan eten en drinken.
In vorm zijnde duiven eten de laatste dagen voorafgaand aan de inkorving met name overwegend kleine(re) zaden en granen. Mais geeft warmte af en als het al behoorlijk warm is, zal alleen mais niet het meest gewenste transportvoer zijn voor duiven. Maar we voeren al zeker meer dan 50 jaar mais in de manden. Waarom zou dat dan nu ineens anders moeten? De duivensport is op veel gebieden tijdens de laatste 25 jaar flink veranderd. Als eerste kunnen we noemen: de selectie van de duiven voor de verschillende onderdelen. Duiven die het goed doen op de dagfond of op de overnacht fond, worden daarop speciaal geselecteerd. En daaruit kweken we weer duiven uit die op die specifieke onderdelen steeds beter en beter worden. Echter wat betreft het verstrekken van het meest geschikte transportvoer zijn we stil blijven staan.
De voeding voor de duiven heeft de laatste 25 jaar ook een enorme ontwikkeling doorgemaakt. Die is helemaal aangepast aan de vlucht, de weersomstandigheden en de afstanden die gespeeld worden. Zelfs op de geschatte vlieguren. Dankzij windtunnel testen die door wetenschappers met duiven zijn uitgevoerd kennen we het exacte vetverbruik per vlieguur. Koolhydraten voor het eerste uur vliegen, eiwitten voor de spieren en vetten als de belangrijkste brandstof. Er is wetenschappelijke kennis over welke koolhydraten, welke eiwitten, welke vetten en op welk moment het beste gevoerd kunnen worden.
De opzet van de test
Er gingen een aantal vergaderingen vooraf aan de tests. Tijdens deze vergaderingen met het bestuur van afdeling 7 waren zowel Steven als Willem aanwezig. Ook de convoyeurs van deze afdeling waren op de vergaderingen uitgenodigd. Het bestuur wees diverse test hokken aan die rapporteerden hoe de duiven op het thuis hok voorbereid werden op de wedvlucht en hoe de duiven ervan thuis kwamen. De test hokken werd uitdrukkelijk verzocht om geen mededelingen aan derden te doen.
Doel
Het doel was het welzijn van de duiven te verbeteren tijdens het transport door alle duiven voldoende te laten eten en drinken zodat zij beter voorbereid zijn op de vlucht naar het thuis hok. Bij 22°C heeft de duif al 1,7 ml water per uur nodig. Is de duif 10 uur op transport, dan verliest deze 4% van zijn lichaamsgewicht. Bij 24°C is de waterbehoefte 2,6 ml per uur. Tijdens 10 uur op transport verliest de duif 8% van het lichaamsgewicht. Als de lichaam- en hersenfuncties beter functioneren middels voldoende vocht en voeropname, zullen de duiven zich mogelijk beter kunnen oriënteren, sneller en in goede conditie thuiskomen om de week erna zonder problemen opnieuw te kunnen worden ingekorfd. Voordeel voor de liefhebber is dat wanneer de duiven beter en vlotter thuiskomen, hij of zij beter kan selecteren en zodoende meer plezier beleeft aan zijn of haar hobby. Voordeel voor de afdelingen is dat er, over het gehele seizoen gemeten, meer duiven worden ingekorfd en de wagens een hoger bezettingspercentage hebben. Dit levert voor de afdelingen een behoorlijk financieel voordeel op.
Volgende week komen o.a. de voorbereidingen, de testformulieren, de waarnemingen tijdens het transport en die van de thuishokken aan de orde.
Met vriendelijke groet,
Steven van Breemen en Willem Mulder.
Duiven zijn al eeuwenlang een fascinerende en geliefde metgezel van de mens. Hun geschiedenis gaat terug tot in de oudheid, waar ze werden gewaardeerd om hun schoonheid, intelligentie en hun vermogen om berichten over te brengen over grote afstanden. Zowel in het oude Egypte tot op de dag van vandaag zijn er over de hele wereld altijd mensen geweest die de duif bewonderden. De interesse in duiven is heden ten dage nog steeds groot, ondanks dat het aantal postduivenliefhebbers en sierduivenfokkers flink dalende is. Ik merk dat onder andere aan het aantal bezoekers van mijn website. Sinds ik in mei een nieuwe website heb opgezet waarbij ik niet alleen informatie over postduiven plaats, is het aantal lezers van mijn website flink toegenomen. En deze lezers zijn lang niet alleen post- of sierduivenliefhebbers, zoals ik merk aan de reacties die ik ontvang. De artikelen van Heim Meijerink over de historie van de postduivensport en duiven in de oorlog worden graag gelezen en ook de pagina met foto’s van historische duiventillen en torens mag ook op veel belangstelling rekenen.
Iemand die ook een zeer brede belangstelling heeft voor alles wat duif is, is de 77 jarige, vooral in sierduivenkringen zeer bekende duivenfotograaf en verzamelaar Dick Hamer uit Zutphen. Wat deze man over duiven verzameld heeft is onbeschrijfelijk. Ik ben bij verschillende verzamelaars van duivenspullen op bezoek geweest maar nergens trof ik zo’n enorme verzameling. Alle muren van onder tot boven inclusief de gangen en het trapgat hangen vol met schilderijen, bordjes, trofeeën, foto’s, tekeningen en nog veel meer. Vitrines met honderden duivenbeeldjes, mokken en glazen met duivenopdruk, flessen drank met duivenetiketten en vele andere snuisterijen. Daarnaast staan er diverse boekenkasten vol met duivenboeken waaronder zeer oude zeldzame exemplaren en minstens honderdduizend dia’s van over de hele wereld. Lang niet alles wat Dick heeft gespaard heeft een plekje. Er staan nog tientallen dozen volgepakt met van alles waarmee gemakkelijk een museum gevuld zou kunnen worden. En er komen nog een groot aantal dozen bij, want in het Pluimveemuseum in Barneveld loopt binnenkort de wisselexpositie genaamd “Roekoe de duif” af. De meeste daar getoonde spullen komen uit de verzameling van Dick.
Dick is een veelzijdig man. Als kind kon hij al goed tekenen. Hij begon met het verzamelen van plaatjes van de in zijn kinderjaren zeer bekende Pleinesalbums. Gaandeweg begon hij zelf duiven te tekenen en beeldjes te boetseren. En weer iets later mocht hij zelf ook duiven houden en kwamen er sierduiven van de meest uiteenlopende rassen. Dick is van beroep 50 jaar schoenmaker geweest, maar hoewel hij goed in zijn vak was, lag zijn hart altijd bij duiven en kunst. Zelfs in de pauzes sneed hij uit leer nog duivenbeeldjes. En vrijwel alle vrije tijd ging na zijn 16e zitten in duiven. In zijn 60 jarige duivenloopbaan heeft hij minstens 100 duivenrassen gefokt. Hij was voor zijn 20e al keurmeester in de voetsporen van beroemde sierduivenkenners en keurmeesters als Louis Maas en Henk Moezelaar. Deze stimuleerden hem om al vroeg keurmeester te worden en van hen heeft hij dan ook veel geleerd. Met het maken van foto’s en dia’s is hij ook al op jonge leeftijd begonnen. Zijn foto’s van sierduiven, maar ook van andere diersoorten sieren menig dieren- en duivenboek en artikel dat de afgelopen 60 jaar over sierduiven geschreven is. Zijn eerste foto’s voor boeken maakte hij voor de Zutphense uitgeverij Thieme en kreeg in boeken betaald voor zijn foto’s. Dick; “Het fotograferen heb ik nooit voor geld gedaan. Het is voor mij altijd hobby geweest. Ik vroeg zelden geld voor mijn foto’s. Alles wat ik ermee verdiende heb ik weer geïnvesteerd in mijn verzameling.”
Als fotograaf en sierduivenkeurmeester heeft Dick meer dan 40 landen bezocht. Overal is hij welkom en een graag geziene gast. Dick; ”In landen als India, Bahrein, Jordanië en Dubai heb ik bij verzamelaars van sierduiven rassen gezien die nergens anders ter wereld voorkomen dan alleen bij die desbetreffende verzamelaars. Maar helaas wordt er maar zelden met die duiven gefokt. Het gaat bij die mensen puur om het hebben. In India en Amerika ben ik bij sierduivenliefhebbers geweest die hele sporthallen vol met duiven hadden met een overweldigende hoeveelheid rassen sierduiven. Van al deze bezoeken heb ik vele dia’s en foto’s gemaakt. Ik verzorg regelmatig lezingen voor verenigingen en clubs over een bepaald thema en zoek dan uit deze enorme verzameling leuke en interessante plaatjes.”
Door het lezen van alles wat maar met duiven te maken heeft, talloze hokbezoeken en bezoeken aan dierenparken over de hele wereld, het bezoeken van en keuren op internationale tentoonstellingen en het zelf fokken van de meest uiteenlopende sierduivenrassen, bezit Dick een enorme kennis van sierduiven maar ook van wilde duivensoorten. Hij is dan ook een vraagbaak voor velen. Ook zijn lezingen die met veel humor worden gebracht, worden veel en graag bezocht. Dick; “Ik heb mazzel gehad dat ik de mogelijkheid heb gekregen om zeldzame en exotische sierduiven van over de hele wereld te fotograferen. Mijn foto’s worden gewaardeerd door duivenliefhebbers en verzamelaars over de hele wereld, waardoor vele deuren voor mij open gaan die voor anderen gesloten blijven.”
Sierduiven worden al minstens 3500 jaar gehouden zo blijkt uit wandschilderingen die gevonden zijn in de tombes van de Farao’s in Egypte. In de loop der tijd zijn er talloze rassen van sierduiven ontstaan, elk met hun eigen unieke kenmerken en kleurpatronen. Tot op de dag van vandaag is het fokken en exposeren van sierduiven nog steeds een populaire hobby over de hele wereld. Ik vroeg Dick hoe het met de sierduivenhobby heden ten dage in Nederland is gesteld. “Hier in Nederland en de ons omringende landen loopt de sierduivenhobby hard terug. Overigens is dat net zo in de postduivenwereld en andere kleindierhobby’s. Voor de sierduivenfok zal dat betekenen dat er rassen zullen verdwijnen. Op de lijst met zeldzame huisdierrassen staan nu al 16 Nederlandse sierduivenrassen waarvan voor 4 rassen de situatie kritiek is. Er zijn nu nog zo’n 900 sierduivenfokkers, dat is nog maar een kwart van het aantal fokkers dat ons land telde in de jaren 70. Het fokken van sierduiven komt steeds meer in handen van specialisten en zakenlieden. De veelal oudere hobbyfokkers komen op een leeftijd dat hun gezondheid te wensen overlaat en stoppen met de hobby of overlijden. Wekelijks ontvang ik wel één of meerdere overlijdensberichten.”
Zo lang zijn gezondheid het toelaat gaat Dick door met de fascinerende wereld van sierduiven vast te leggen en te delen met anderen. Ik hoop dat hij nog vele foto’s zal maken want er zijn maar weinig mensen die de schoonheid en diversiteit van zeldzame sierduiven zo meesterlijk kunnen vastleggen als hij.
|
Zoals de kop doet vermoeden, hebben we het hier over een niet al te slimme duif.
In de samenleving zijn het veelal vrouwen met blond haar die vaak ten onrechte het stempel dom meekrijgen. De kleur schakering en intelligentie van deze duif hadden mij doen besluiten om haar het domme bontje te noemen en daarbij had ik niet aan blonde vrouwen gedacht.
Het was een jonge duivin die op de voor africhtingen opviel door iedere keer als laatste aan te komen.
En ook op de wedvluchten was ze niet van mening dit te veranderen.
De derde vlucht keerde ze niet huiswaarts.
Een tiental dagen verstreek en plots stond het bontje in het middelpunt van de belangstelling.
Zij was bij een niet duivenhoudend gezin de keuken binnen gelopen om zich te goed te doen aan de doperwten waar de vrouw des huizes mee bezig was.
’De kinderen zijn dol op het duifje’, vertelde haar man over de telefoon.
Ik kreeg de stellige indruk dat hij ook van het bontje gecharmeerd was.
’We hebben wat duivenvoer gekocht. Iedere avond staat ze voor de tuindeur om haar portie in ontvangst te nemen’ vervolgde hij.
‘De kinderen hebben de hele wijk doorgefietst om haar te zoeken, toen ze een avond afwezig was. Gelukkig was ze de volgende dag weer present’, riep hij door de telefoon
Kinderen die het leuk vonden, een man die er gecharmeerd van was, en de opmerking of zo’n duif ook in een konijnenhok kon wonen, deden mij vermoeden dat ze het beestje graag wilden houden.
Toen ik hem dat dan ook aanbood, was zijn reactie, dat de kinderen het heel leuk zouden vinden maar zijn enthousiasme verraadde mij wel meer.
Ik wees hem wel op het feit dat de duif zo maar weer bij mij kon terug komen, want een postduif blijft een postduif.
Een tweetal weken verstreek. Op een woensdag morgen zat daar op mijn hok het bontje.
Ik belde de man. Hij miste haar al twee dagen. De kinderen waren in tranen als ze naar het lege konijnenhokje keken.
Ik had nog een laatje in de nestpan en bood hem die als vervanging aan. De kinderen waren er blij mee. Hij volgens mij nog meer.( wie weet werd hij nog duivenhouder)
De grijze doffer
Het bontje heb ik nog gespeeld op de navluchten.De tweede vlucht was ze al weer weg. Ook op haar kostadres is ze niet gearriveerd. Echt iets voor een dom bontje.
Je hebt van die vogels die plots opvallen door hun prestaties of door hun afwijkend gedrag.
Zo had ik die fiere grijze doffer van middelbare leeftijd.
Uit zijn nazaten bleef slechts een bruikbare duif over. Vandaar dat hij al enkele najaarsselecties was doorgekomen.
Maar nu viel hij op door zijn haantjes gedrag. Hij had bezit genomen van de gehele vloer van het hok. Daar koerde hij heer en meester en duldde geen enkele duif op zijn territorium.Met ferme slagen en dreigend koeren sloeg hij iedere duif die het maar in zijn kop haalde om te gaan drinken of om andere redenen op de vloer wilde landen weg. Hij was de baas en een ieder moest zich daar maar bij aanpassen.
Als zoiets in de mensen wereld gebeurt, zijn er tal van mogelijkheden om zo iemand tot orde te roepen, Denk daarbij aan politie, tuchtcolleges, advocaten en rechters.
Gelukkig was er hier voor het duivenbestand een baasje dat inzag dat de prestaties van de overige duiven er onder leden.
Ik plaatste de duif bij een bevriend liefhebber die een apart hokje had.
En daar zwaait nu de grijze doffer moederziel alleen de scepter over zijn lege koninkrijk.( Als het domme bontje ooit….etc)
Uit het Duivenleven gegrepen
onder die naam verscheen destijds in het NP-Orgaan een serie verhalen van
P.J. Gelderman
Bezichtigen van de duiven op zaterdag vanaf 11:00, aanvang verkoop 13:00.
Bezichtigen op zondag van 11:00, aanvang verkoop 13:00.
De elfde editie van de Golden Ten staat voor de deur en gaat door op 4 en 5 november.
Vanaf de allereerste editie in 2013 zetten we de toon met deze unieke veiling. Daarna braken we (bijna) jaarlijks records, en belangrijker nog: met nakomelingen van duiven aangeschaft op de Golden Ten worden fantastische resultaten behaald. Een onomstotelijk bewijs van de aangeboden kwaliteit.
Ondertussen is de Golden Ten een gevestigde waarde. De verkopers weten dat enkel het beste goed genoeg is, de kopers weten welke kwaliteit er wordt aangeboden en dat de kans op succes (relatief) groot is. Niet enkel in België en Nederland, maar overal ter wereld kijkt men alweer uit naar de komende elfde editie die traditiegetrouw doorgaat tijdens het eerste weekend van november.
Dit jaar konden we opnieuw enkele tophokken aan de line-up toevoegen, en presenteren 21 liefhebbers acht (jonge) duiven uit het beste wat ze zitten hebben. Hierbij enkele fantastische prestatieduiven, maar vooral kinderen, broers en zusters van nationale winnaars, nationale asduiven en bewezen kweekkoppels. Voor een groot deel duiven die (bijna) kweekklaar zullen zijn op het moment van de veiling, maar ook een aantal zomer-/late jongen uit de beste vliegduiven van seizoen 2023.
De veiling vindt net als voorgaande jaren plaats in Hotel Nobis, Asten (NL) waar alle verkopende liefhebbers aanwezig zullen zijn en hun duiven tentoonstellen. Een uitgelezen mogelijkheid dus om eens met hen van gedachten te wisselen, maar natuurlijk ook om de door hen aangeboden kwaliteit te beoordelen! En alle aanwezigen op 4 en 5 november maken uiteraard ook kans op een aankoopcheque van € 1000 bij een van de deelnemers 2023!
Rik & Anke Hermans
De herfst vakanties liggen al weer achter ons. Nu de vluchten voorbij zijn, kunnen we ons weer concentreren op de rui en wintertijd. Een aantal zal ook de prijsuitreikingen bezoeken en wellicht weer uitkijken naar de beurzen in het najaar. Kassel is dit jaar niet doorgegaan. Wel jammer, want ik vind dat altijd een mooie beurs. Als ik ’s morgens en ’s avonds met de hond fiets, dan struikel je bijna overal over de eikels. Die zijn dit jaar massaal gevallen. Dat leverde natuurlijk weer de nodige vragen op: kun je aan duiven ook eikels geven?
Eikels.
Ja, aan duiven wel. Niet aan honden, paarden en geiten. Die kunnen er enorm ziek van worden. Bepaalde tannine ’s (looizuur) binden zich aan eiwitten en ijzer in de darmen van een paard, waardoor er eiwit- en ijzertekorten kunnen ontstaan. Je ziet dan een verminderde eetlust, sufheid en koliekverschijnselen. Dat zijn vaak symptomen van een eikelvergiftiging. Honden kunnen buikkrampen en darmklachten krijgen, gaan braken en verlammingsverschijnselen vertonen, Ze kunnen nierfalen krijgen en zelfs dood gaan. Dus oppassen geblazen als je een hond hebt.
Andere dieren zoals eekhoorns en sommige vogels verstoppen de eikels als wintervoorraad. Wilde duiven en houtduiven eten ze heel graag en ook onze duiven zijn er meestal gek op. Er zit vitamine C, B1, B3, B3, B5 en vitamine B6 in. Daarnaast ook magnesium, calcium, koper, zink, mangaan, ijzer, kalium en fosfor. Ze bevatten ongeveer 54% koolhydraten, 30% vet, 7,5% proteïne. Prima wintervoer dus. Geef ze echter geen groene eikels die nog aan de boom zitten of er net zijn afgevallen. Daar zit te veel vocht in en ook veel looizuur. Eikels moet je goed drogen om schimmelvorming te voorkomen. Daarna kun je ze mooi in kleine stukjes vermalen en aan de duiven geven. Mooi en goedkoop wintervoer.
Paratyfus.
De vliegduiven zijn nog volop aan het ruien. Juist in deze tijd steken de ziektes vaak de kop op. Er wordt dan ook door vele liefhebbers uit voorzorg gekuurd tegen paratyfus. Tja… ik vraag me altijd weer af wat voor zin dat heeft, als je gehele duivenstam geen problemen hebben. Het gevaar is groot, dat je de duiven resistent maakt. Door te kuren zet je de weg wagenwijd open voor andere ziektes, want ook de goede bacteriën gaan er aan tijdens het kuren. En het is helemaal geen garantie dat de paratyfus niet terug komt hoor. Die kan na een paar maandjes al weer op de deur kloppen. En als er dan toch paratyfus uitbreekt… wat soort geneesmiddel kun je dan nog geven? Het is aan u wat te doen en ik hoef geen gelijk te hebben.
Wormen en coccidiosis.
Een van de natuurlijke goede middelen om wormen en coccidiosis te voorkomen is Oregano olie. De Oregano is een plant die van oorsprong veel voorkwam in de warmere landen rond de middellandse zee. Tegenwoordig kun je Oregano overal tegenkomen. Het is een scherp kruid en dus moet je wel oppassen met de dosering. Het advies is meestal 5 ml voor 20 duiven in het drinkwater of over 600 gram voer. Een paar keer per week Oregano deze olie over het voer is zeker een aanrader. Kies dan wel voor een goed Oregano olie. Deze herken je aan de juiste waardes. In de olie moet dan 5% Oregano olie verwerkt zijn, 70% carvacrol en 3% thymol. Dat zijn de werkzame stoffen en dat is eigenlijk het maximaal mogelijke in oregano. Dit is nodig om een goede werking te hebben tegen coccidiosis en andere verkeerde pathogenen. Lagere gehaltes werken dus eigenlijk niet goed. Vraag dus je leverancier gerust naar de samenstelling.
Knoflook.
Ook knoflook is een hele goede optie in deze tijd.
We hebben het dan over de knoflookteentjes, die zo te koop zijn in de groentewinkel en in de supermarkt. Zoals al eens eerder gezegd: het hoeft allemaal niet uit een potje of een flesje te komen. Herontdek de natuur en u zult versteld staan hoe uw duiven er op reageren. Juist de rui en wintertijd zijn uitermate geschikt om van uw duiven weer “natuurdieren” te maken.
Recept.
We snijden knoflookteentjes in kleine stukjes, samen met kleine stukjes ui en winterwortel. We kunnen dit in kleine zakjes doen van 200 gram. Maak een mooie mix en dan allemaal in de diepvries. Dat is een middagje veel werk, maar dan ben je ook de hele rui en winterperiode klaar. Goedkoop en zeer goed voor je duiven. We kunnen de knoflook natuurlijk ook uitpersen en het sap over het voer te doen. Hoeveel? Ongeveer 5 ml per dag op 25 – 30 duiven op 1 liter water. Dat is een koffielepel vol. Een theelepel is 3 ml. Dat kun je gerust 2 x per week geven in de rui en in de winterperiode 1 keer per week. Veel mensen vinden dat allemaal stinken en kopen het liever kant-en-klaar in de winkel. Ook geen probleem, want knoflooksap en knoflookolie is daar meestal wel te koop.
Wat zit er allemaal in knoflooksap of knoflookolie?
Knoflook heeft een bloedzuiverende werking, verbetert de doorbloeding, verbetert de vertering, remt de kans op coccidiosis en wormen, het verdrijft ze zelfs. Het voorkomt luchtwegeninfecties. Naast allicine bevat knoflook ook salicylzuur, B vitamines, eiwit of wel aminozuren, calcium, fosfor, selenium, zink en nikkel. De beste kwaliteit vindt je op oliebasis.
Wat is allicine?
Dat is een natuurlijk antibioticum, wat zeer effectief werkt tegen verschillende bacteriën.. Allicine heeft een relatief laag kookpunt en verdampt bij verhitting van knoflook. Dat komt door de afbraakproducten van de allicine. Omdat allicine zo vluchtig is, kun je de knoflookbolletjes het beste onder water inkerven. Dan heb je er het meeste resultaat van. Doe je dat boven de drinkbak, dan is een deel van de allicine al weer verdwenen en heb je minder resultaat.
Het geel.
Hoe bestrijden we het geel op een natuurlijke wijze? De meest effectieve wijze is duiven die het geel hebben te verwijderen van het hok. Zo weinig mogelijk nieuwe aankopen te doen en elk jaar goed selecteren op prestaties en gezondheid. Dan ben je er met een paar jaar grotendeels vanaf. Maar die methode wil niet iedereen toepassen. We kijken dan wel vaak eerst naar de afstamming van de duiven. Het zou toch zonde zijn om een duur aangekochte duif te verwijderen. Vraagteken???
Usnea Barbata.
Maar goed, er zijn ook andere methodes die goed werken. Zo kun je bijvoorbeeld Usnea Barbata geven. Dat is een speciale alg /schimmel soort die erg stevig is. De vlechten zijn langzame groeiers, waardoor ze niet goedkoop zijn voor medisch gebruik. Plantgeneeskundigen uit het oude China en Egypte gebruikten aantoonbaar verschillende vlechten om ziektes te genezen. De Usnea Barbata vlechten komen veel voor in Noorwegen, Zweden en Finland. Rendieren eten ze ook graag als er ziekte verschijnselen zijn. De dosering tijdens de ruiperiode is 2 x wekelijks 5 ml Usnea Barbata 1x dagelijks op 1 liter drinkwater.
Appelazijn.
Een andere mogelijkheid is het verstrekken van zuren die de pH waarde in de darm verlagen. Daar hebben die pathogenen een hekel aan. Vermeerderen word dan lastiger. We kennen allemaal wel het appelazijn, maar er worden ook zeer sterke producten op de markt aangeboden zoals mierzuur. Hoe kun je nou het juiste dosering vaststellen? Want de pH waardes van het water bij u thuis kan heel anders zijn dan die van een plaats 100 km verderop. De juiste waarde in de dammen van de duiven moet 5.5 zijn. Je kunt dat meten met een pH meter. Je kunt b.v. beginnen met een theelepeltje op 1 liter water en dan gaan meten hoe de waardes zijn. Staat de meter op 3, dan doe je er net zoveel water bij totdat de meter op 5.5 staat. Dan meet je de hoeveelheid water. Stel dat dit 2 liter is. Nou kun je dus gerust dagelijks 1 theelepeltje van dit product op 2 liter water geven. De Backs TKK Nature is ook een hele goede optie. 3 x wekelijks 7 ml op 1 liter water. In het vliegseizoen kun je hiervan 3 ml puur in de drinkpan doen om deze daarmee schoon te maken. Je staat er versteld van hoe mooi deze weer wordt en je hebt hem perfect gedesinfecteerd tegen het geel.
Na het rui seizoen.
Als de laatste pen half uit is, kun je eigenlijk zeggen dat de ruiperiode is afgesloten. Het is dan goed om de darmen eens helemaal van alles wat we tijdens de rui en vliegperiode te veel hebben gegeven, te reinigen. Mensen in veel landen doen dat ook. We kennen dat als de vastentijd. De darmen moeten weer eens helemaal schoon worden van binnen. Daarvoor is het wintervoer ontwikkeld met de vele ruwvezels.
Ontgiften met Detox voer.
Het is ook goed om dat het gehele lichaam eens te ontgiften. Dat kun je op verschillende manieren doen. Een hele goede methode is om dat te doen met een wintermengeling aangevuld met een hoog percentage mariadistelzaad. In de distelzaad bevindt zich Silymarine als werkzame stof. Voor menselijk gebruik wordt er tussen de 300 mg en 600 mg gedoseerd, afhankelijk van de soort ziekte van de lever, nieren en mild. Voor de duiven betekent dat, dat percentages van 2 – 3% die je in sommige mengelingen aantreft, helemaal geen zin hebben. Beneden de 10% ook niet. De juiste waardes zijn destijds opgeschreven door monniken. Het blijkt nu ook wetenschappelijk een uitstekende werking te hebben.
Willem Mulder
Tel: +31-648 71 74 75
E-Mail: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.