Petrus Stas
- donderdag 11 november 2021
Ik had een droom…
_________________
Noot van de redactie
Dit schrijven ontvingen we een tijdje geleden in de Franse taal. We hebben dit oprecht en uit het hart geschreven stuk, zo goed mogelijk vertaald voor Nederlandstaligen.
Ook Martin Luther King had een droom…
________________________
Ik had een droom… deel 3/4
door Philippe Hogge
Wij waren al aan het informeren naar de voorwaarden voor lidmaatschap bij de NPO.
Tot we plots vernamen dat we niet gerangschikt waren voor de kampioenschappen bij ‘Les amis du grand fond’. Ons inschrijvingsformulier was zogenaamd niet aangekomen.
Hoewel we er 100% zeker van zijn dat we het verzonden hebben.
Het is misschien niet aangekomen, maar het zou ook mogelijk geweest zijn om ons eraan te herinneren. Sportiviteit had moeten zegevieren, maar dat is niet gebeurd.
Dat was de laatste druppel.
Dit was de druppel, dus hebben we ons lidmaatschap maar in Nederland aangevraagd.
Het werd zonder problemen toegekend, dit was in 2016. Sindsdien heeft de RFCB (KBDB) druk uitgeoefend op de NPO. om ervoor te zorgen dat geen enkele Belg nog dezelfde stappen zou kunnen zetten. De RFCB (KBDB) dreigde zelfs ermee de Nederlanders geen lossingsvergunningen meer te geven, als ze nog Belgische liefhebbers aanvaardden (of aanvaarden).
De voordelen in Nederland zijn talrijk. Afgezien van de optimale verzorging van de duiven, over de 4 seizoenen die we nu daar spelen, kunnen we op de vingers van één hand de duiven tellen die gekwetst thuis kwamen van de vluchten.
En dan zijn er nog de kosten van het vervoer.
In het kort: voor een snelheidsvlucht varieert de prijs van €0,45 tot €0,65; voor een halve fondvlucht €0,85; voor een fondvlucht €1,30 en voor een marathonvlucht €1,60.
De prijs van officiële ringen (NPO) is €0,50 en van elektronische ringen €1,18.
Overdrachten (overschrijvingen) eigendomsbewijzen zijn gratis en kunnen online worden gedaan via de website van de NPO.
Het vluchtprogramma is veel lichter en diervriendelijker dan in België. Er zijn nooit twee snelheid-, halve fond- of lange afstandswedstrijden op dezelfde dag. Behalve voor de internationals, die een aparte organisatie zijn (ZLU).
Hier (in België) voegen ze zoveel mogelijk wedstrijden toe om alle verschillende organisatoren maar tevreden te stellen. Zelfs dit jaar, in het midden van de covidcrisis, zijn er halverwege het seizoen bijna elke dag inkorvingen. Hetgeen een gebrek aan respect aantoont.
De Nederlanders lossen samen vanaf de eerste wedstrijd in Frankrijk (voordien in kleine regio’s). Dit is Charleville-Mézières, waar 20.000 duiven samen gelost worden. De kortste punten zijn 165 km en de langste 220 km. En niemand klaagt hierover. De meest bekeken uitslagen zijn de lokale of gewestelijke uitslagen, de globale uitslagen zijn hier maar indicatief.
[In Nederland is geen enkele afdeling breder dan ze diep is, meestal is in Nederland de breedte 1/3 van de diepte, red.]
Het is waar, dat de lossingen op deze korte afstanden verre van ideaal zijn. Maar het is een enorm voordeel voor de duiven die van jongs af aan moeten leren om zich te onderscheiden van de massa.
In tegenstelling tot wat veel mensen denken, is er veel minder verlies. De massale lossingen voorkomen dat de duiven elders worden afgericht. En een goede verzorging zorgt ervoor dat ze voldoende reserves hebben om terug te komen, als ze de verkeerde richting zijn ingeslagen.
In 4 seizoenen kunnen we onze verliezen schatten op 10-12%. Terwijl wij toch 10 km korter spelen in de afdeling dan de andere liefhebbers. Voor prijzen spelen op snelheid en kleine halve fond wordt niet gedaan.
Stas PJ