|
Nieuws
Nieuws
Donderdag 25 mei 2023. Onderstaand stuk schreef ik al bijna drie weken geleden. Door diverse omstandigheden kwam het er maar niet van het te plaatsen op mijn site. Nu eenmaal getroffen door de Covid en daarom een paar dagen thuis zijnde, dacht ik het moet er toch maar eens van komen. Hierbij mijn eerbetoon aan mijn overleden sportvriend Cor Buis Senior uit Aalsmeer. Groot kampioen, leermeester, concurrent en supporter.
De duivensport verloor een groot kampioen
Zaterdag 6 mei 2023. Op het moment dat de duiven van alle afdelingen onderweg zijn op naar hun thuisbases dwaalden mijn gedachten af naar twee weken geleden. Twee weken geleden verloor de duivensport namelijk een groot kampioen. Een groot kampioen, vooral van voor de tijden van het internet en dus de tijd dat iedereen de uitslagen van alle afdelingen kon volgen. Op zaterdag 22 april verliet Cor Buis Senior uit Aalsmeer namelijk het tijdelijke voor het eeuwige. Enkele uren nadat hij samen met Cor Junior nog een mooie vroege duif mocht begroeten van de vlucht vanuit Duffel werd hij gevonden bij de hokken. In de vereniging zat men op dat moment te wachten op de klok van junior die door senior gebracht zou worden. En die nooit kwam ….
Met het overlijden van Buis ging na het eerdere overlijden van Arie van Dam binnen korte tijd een tweede meer dan markante en in dit geval toonaangevende melker “uit het Amsterdamse” van ons heen. Waar van Dam op mijn netvlies gebrand stond als de ultieme bestuurder, stond Cor Buis voor mij voor de moderne grote kampioen.
Buis was de liefhebber waar ik voor het eerst zag hoe duivensport aan de top gespeeld werd. En dat was/is inmiddels al wel een tijdje geleden. In 1989 begon ik mijn schrijversloopbaan bij het toenmalige Duivensport Nederland, één van de toen nog vele duivenmagazines die Nederland destijds kende. Het was een tijd waarin alle telefoonnummers van de liefhebbers nog niet op straat lagen dus benaderde ik de hoofdrolspelers voor mijn reportages via de voerhandel van de Fanger-Rutte, of heette het toen nog zelfs “Jan Neimeyer”? In de nog altijd bestaande voerwinkel sprak ik als eerste Willem Wassenaar uit Abcoude aan voor mijn eerste reportage. De tweede hoofdpersoon voor een reportage van mijn hand werd Cor Buis (nog zonder senior) uit Aalsmeer. Echter de afspraak hiervoor werd geregeld door Hanny Fanger. Buis was voor mij toen namelijk de grote kampioen die ik als jongeling in de sport (22 jaar) bijna niet durfde te benaderen.
En zo toog ik aan de vooravond van het seizoen 1989 op een mooie zaterdagmorgen naar Aalsmeer, om precies te zijn de Aalsmeerderweg 108. Ik kwam in mijn nog jongere jaren regelmatig in Aalsmeer wanneer mijn vader eenjarige plantjes ging inkopen voor zijn handeltje of voor de eigen achtertuin, maar zelf was ik nog nooit alleen naar een duivenmelker in Aalsmeer gereden. In de huidige tijd is het bijna niet meer voor te stellen, maar Aalsmeer voelde toen echt ver weg vanuit het veel Oostelijker gelegen Diemen. Iets dat vanaf dat eerste bezoek overigens direct veranderde.
Ik ontmoette Buis die zaterdag in de kantine van de grote kwekerij die hij samen met zijn broer Frits runde. Men teelde Kalanchoes (zie afbeelding), een destijds zeer populair plantje. En een plantje dat je door Cor Buis zo ongeveer bij elke topliefhebber in Nederland en België aantrof. Buis had namelijk altijd een zeer goede neus voor goede duiven en vond de topliefhebbers altijd ruim voordat de massa er kennis van had genomen. Al dan niet via een tip van een andere kampioen. Op zijn eerste bezoek bracht Buis altijd een traytje plantjes mee en aangezien deze plantjes lang meegingen stonden ze zo ongeveer overal in den lande.
Na de eerste kennismaking in de ruime bedrijfskantine (want de kwekerij kende destijds zo’n 40 medewerkers) togen we naar de hokken. Die lagen op de eerste verdieping, ingebouwd in de nok van de oude bedrijfskantine, die was omgebouwd tot duiven-eldorado. Hier bevonden zich de ruime weduwnaars hokken. Ik meen dat er destijds 36 doffers huisden in de vier afdelingen (die er overigens anno 2023 nog altijd zijn). Het was er adembenemend ruim en schoon, en de klasse van de duiven die afkomstig waren van Peer van Gompel en Nellis van der Pol droop er af.
Buis was in 1985 weer gestart met duiven van bovengenoemde liefhebbers nadat in 1984 al zijn duiven uit een eerdere glorieperiode met Jan Snoek (de roemruchte combinatie Buis-Snoek) publiekelijk verkocht werden onder auspiciën van Sportblad De Duif. Een herstart die de concurrentie in de toenmalige afdeling Amsterdam geweten heeft. De eerste plaatsen in de afdelingsuitslag werden aaneengeregen. En vooral op het korte werk was Buis met de machtige Vitesse-Midfondduiven die hij onder de pannen had bij tijden onklopbaar. Aalsmeer was een machtig duivencentrum met veel duiven. Topkwaliteit duiven, en wellicht de beste hiervan zaten op het hok Buis. Zo vloog hij ooit een Navlucht-kampioenschap bij elkaar met slechts 4 verliespunten op 5.000 punten. En dat in een afdeling met bijna 1.000 duiven.
Deze laatste prestatie vormde overigens de directe aanleiding voor mijn bezoek. Tijdens dit bezoek vloog de tijd en absorbeerde ik ieder woord van de grote kampioen. Toen de inwendige mens versterkt moest worden reed Buis uw jonge reportertje in zijn klassiek Mercedes 300SEL naar de palingrokerij van de gebroeders Eveleens in Burgerveen voor een warm broodje met verse paling. Iets dat overigens nu ook nog altijd kan want de palingrokerij bestaat nog altijd.
En na ‘s middags nog even de puntjes op de “i” gezet te hebben voor de reportage toog ik terug naar het verre Diemen. Een unieke ervaring rijker.
Helaas heb ik het artikel dat ik toen schreef niet meer, maar het eerste contact met Cor Buis mondde uit in vele bezoeken in 1989. Zodra er op zaterdag tijd was reed ik naar Aalsmeer om aldaar vroege duiven te zien vallen. Dit gebeurde best wel vaak omdat ik zelf niet altijd deelnam aan de vluchten. En zelfs doordeweeks kwam ik er weleens. Meneer Cor Buis werd Cor voor mij, al voelde het altijd een beetje vreemd hem zo te noemen.
Al die bezoeken en mijn eigen uitslagen deden mij inzien dat ik betere duiven moest zien te krijgen. En wat was dan een beter adres om aan te kloppen dan bij Cor. Zo zogezegd, zo gedaan en in de nazomer van 1989 bestelde ik de tweede ronde eieren van de weduwnaars voor het seizoen 1990. En niet een paar, maar de hele ronde, 60 stuks! Het betekende een nog intensiever contact met de grote kampioen omdat de kweek op elkaar afgestemd moest worden.
Dit laatste verliep niet helemaal perfect omdat mijn duiven wat vlotter legden. Hetgeen betekende dat Cor ongeveer de helft van zijn weduwnaars toch nog maar een jong liet groot brengen om aan de bestelling te voldoen. Tegenwoordig wellicht ondenkbaar maar ons contact was dusdanig goed dat Cor dit gewoon deed.
Direct na de levering van de laatste jongen bestelde ik direct nogmaals 20 eieren voor het seizoen 1991. Meer ging niet want de overige eieren waren al besteld door Wim Klaverstijn junior uit Amsterdam West. Iets waarvan Wim tot de dag van vandaag geen spijt van zal hebben gehad want jarenlang vormden de duiven uit deze eieren de basis voor Willem’s successen. De afstemming verliep dat jaar beter, mede omdat ik van baan was gewisseld en een auto van de zaak had plus gedurende de winter van 90/91 en het voorjaar 91 werkzaam was in de regio Leiden. Hierdoor kon ik op weg naar huis makkelijk aanwippen.
Overigens was het niet direct bingo met de Buis duiven. De eerste successen werden pas echt geboekt vanaf 1992. Niet helemaal toevallig nadat ik in de winter van 1991 op een avond naar Aalsmeer trok om de koppels te laten vaststellen door de grootmeester zelf. Ook kreeg ik die avond “het recept” om de presteren. Om aandringen van zijn vrouw An gaf Cor mijn zijn exacte voedingsschema plus de opmerking dat ik bij dierenarts Hans van der Sluis moest vragen na “Orni-Buis”. Hetgeen een sterkere versie was van de het gemiddelde Ornithose middel dat destijds op zondag na de vluchten werd gegeven. Het waren andere tijden ….
Doordat ik zelf beter begon te presteren en gewoon alle vluchten meedeed in de jaren die volgden (in 1992 en 1994 behaalde ik het generale kampioenschap in de club) kon ik in de seizoenen ‘92, ‘93 en ‘94 niet meer zo gemakkelijk naar Aalsmeer afreizen om duiven te zien, maar zodra er een gaatje was bezocht ik de grote kampioen alsnog. Zo herinner ik mij nog een compleet verregende St. Vincent waarop Cor een doffer had ingemand. De doffer die hem jaarlijks redde op Bergerac (dat toen nog telde voor het Generaal kampioenschap) kwam echter veel te laat, maar het werd desondanks een prima morgen. En dat seizoen redde de doffer hem gewoon weer op Bergerac.
Ook herinner ik ons nog wel de opmerkelijke contacten die ik had in die jaren. Zo ging aan het begin van het seizoen bij Cor niet zo lekker (het zal in ’93 of ’94 geweest zijn) en onzeker als hij bij tijd en wijle kon zijn, vroeg hij mij als kleine kampioen annex krabber welk merk voer ik op dat moment voerde!!??? Op dat moment viel ik zo ongeveer van mijn stoel, maar leerde ik ook dat zelf grote kampioenen soms bijzonder onzeker konden zijn. Iets dat later nog wel eens door mijn hoofd ging wanneer ik tijdens mijn betere jaren twijfels had over het één en ander.
Ook kan ik mij nog goed herinneren dat ik samen met Cor een verkoping van de Combinatie van Vliet-Mastrigt bezocht en dat ik na een of andere bijeenkomst van PV Bovenkerk in zijn mooie Mercedes naar huis moest rijden omdat dat bij Cor zelf niet zo best meer ging.
Echter alles werd een beetje anders na het seizoen ’94. Economisch ging het niet bepaald lekker met de plantenteelt en dus Cor’s kwekerij, terwijl sportief de prestatiedruk steeds zwaarder begon te wegen. Het resulteerde in het besluit om te stoppen en te verhuizen naar Deventer om als verzorger van de vliegduiven van Hillie Romein op De Frederikshof in Twello aan de slag te gaan. Het betekende dat de duiven wederom onder de hamer kwamen. Ditmaal verzorgde Bert Braspenning uit Zaandam de verkoop die werd gehouden in zaal Raecks in Haarlem. Het werd voor die tijd een groot succes met een opbrengst van meer dan 100.000 gulden. Vooral omdat enkele jaren eerder een groot aantal topduiven al was verkocht aan de Frederikshof.
Voor mij waren de prijzen op de verkoping in Haarlem een beetje te hoog en daarom besloot ik elders “Buis-duiven” aan de schaffen. Er waren in die jaren best wel veel liefhebbers die duiven van Buis aangeschaft hadden en deze vervolgens publiekelijk te koop aanboden. En de prijzen voor deze rechtstreekse Buis-duiven waren stukken lager dan tijdens de verkoop in Haarlem. Zo kan ik mij nog goed de verkoop van Maurice van der Kruk en zijn vader in Arnhem herinneren. Hier kocht ik, samen met mijn vader zes Buisduiven. Waaronder de rechtstreekse 91-137, de Parel genaamd. Uiteindelijk de doffer van een super kweekkoppel samen met een dochter (90-139) van de ruggenpakker de NL87-1754036”. Een ringnummer dat ik mij ruim 34 jaar nadat ik het voor het eerst zag nog altijd kan herinneren. Niet toevallig waren Cor en zijn zoon Cor junior ook op deze verkoping van aanwezig. Cor Junior had de duivensport in Aalsmeer weer opgepakt en vader en zoon probeerden het oude soort weer zoveel mogelijk op de hokken terug te krijgen.
Deze NL87-1754036, ook wel de crack genoemd, die verhuisd was naar de Frederikshof zorgde ervoor dat ik Cor ook tijdens zijn jaren in Deventer/Twello nog een aantal keer bezocht. In 1995 bestelde in een jong uit de Crack en een aantal jaren later nog een keer. Voor de rest beperkten de contacten zich in die periode tot toevallige ontmoetingen op beursen en andere duivenaangelegenheden. Daar troffen mijn vader en ik, de senior en junior dusdanig regelmatig dat er een goed contact ontstond met Cor junior.
Contacten die de band met de familie Buis weer aanhaalden, en resulteerden in een nieuwe verhuis van Buis-duiven naar Diemen in het jaar 2000. Wat geen van ons echter op dat moment kon weten was dat iets meer dan twee jaar later, in het voorjaar van 2002 mijn eerste duiven zouden uitvliegen in Aalsmeer op nog geen 200 meter afstand van de beroemde hokken op nummer 108.
Door mijn verhuizing naar Aalsmeer werden Cor Junior concurrenten maar vooral dikke sportvrienden waardoor de contacten met senior natuurlijk ook weer intensiveerden. Het was prachtig om min of meer samen op te trekken in de sport. Vooral toen in Cor na het seizoen 2014 of (was het 2015) besloot terug te keren naar Aalsmeer. Zo was Cor senior een seizoen behulpzaam bij het loslaten van mijn jonge duiven, terwijl Cor junior wekelijks mijn duiven ophaalde met zijn duivenauto aangezien de manden maar moeizaam in mijn kleine Pandaatje gingen.
Ook keken we, waar het ging, naar de aankomsten van elkaars duiven. Daarnaast dreven we elkaar qua prestaties op tot grote hoogte. Een duif draaien voor Cor Buis stond in al mijn Aalsmeerse jaren synoniem voor een vroege. En vermoedelijk dachten vader en zoon Buis hier omgedraaid hetzelfde over. Vooral in het seizoen 2017 zorgde dit voor ongekende resultaten op beide hokken. Het is bijna niet meer voor te stellen maar we namen het op tegen de melkers in Zaandam en het spel op de Vitesse, Midfond, Jonge duiven en Navluchten werd gedomineerd door ons beider hokken. Echter alles in harmonie en zonder afgunst. Duivensport zoals ze hoort te zijn.
Na mijn besluit om te emigreren naar Maleisië werden de contacten met zowel senior als junior natuurlijk minder. Echter de deur stond altijd open aan de Aalsmeerderweg 108 als ik weer eens in het land was. Ook weet ik dat senior de eerste jaren na mijn vertrek nog altijd een oogje hield op mijn hokken. En vooral om te kijken of er niet toevallig een verkochte duif ontsnapt zou kunnen zijn. Voor zover ik weet is dit echter nooit gebeurd.
Door de pandemie verwaterden de contacten de laatste jaren nog een beetje meer, met af en toe een berichtje bij een verjaardag of een goed resultaat. Tot zondag twee weken geleden toen junior mij berichtte dat senior daags ervoor was overleden. Gestorven in het harnas en kort na het zien vallen van weer eens een vroege duif. Eigenlijk best wel passend bij de grote kampioen die Cor Buis senior was.
Sungai Buloh, Michel Beekman
Tijdens een korte vakantie op Schiermonnikoog zag ik een paar postduiven op een schuur zitten. Mijn nieuwsgierigheid was meteen gewekt, want volgens mijn informatie woonden er geen duivenliefhebbers meer op het eiland. Nog even verder speurend zag ik een duivenhok wat duidelijk in verval was en de postduiven die ik er zag zitten bleken ook al flink op leeftijd. De eigenaar van het hok en de duiven bleek de 87-jarige Hidde Smidt te zijn en deze bleek wel bereid te zijn mee te werken aan een column. Toevallig had hij kort daarvoor mijn foto in het Spoor der Kampioenen zien staan en wist hij zelfs wie ik was. Hoewel hij al 5 jaar niet meer meevliegt is hij nog steeds een trouwe lezer van dit blad en volgt de duivensport nog op de voet.

Hidde heeft zijn leven lang duiven gehad. Als kind in Wierum waren dat nakomelingen van verdwaalde postduiven die op de boerderij van zijn grootvader huisden. Later toen hij naar Schiermonnikoog verhuisde waar hij in 1957 als buschauffeur ging werken, waren er ook weer duiven, ook toen nog steeds een allegaartje. Maar nadat hij eind jaren 60 in gesprek raakte met een duivenmelker uit Hoogeveen, die te gast was in het hotel waar Hidde destijds werkte, sloeg het postduivenvirus toe. De desbetreffende liefhebber zat een duivenkrantje te lezen en dat wekte de interesse van Hidde. Nadat deze liefhebber de duiven van Hidde had gezien beloofde hij hem “echte” postduiven. En zo kwam Hidde eind jaren zestig in het bezit van 4 postduiven van het soort Huyskens van Riel.
Op Schiermonnikoog waren destijds nog enkele duivenliefhebbers, maar er was geen vereniging. Hidde vond dat er een duivenvereniging moest worden opgericht en toen er nog enkele andere enthousiastelingen gevonden werden om zitting in het bestuur te nemen, werd op 28 november 1970 PV de Waddenvliegers opgericht. Deze vereniging werd helaas een jaar of 5 geleden eveneens door Hidde opgeheven toen er nog maar enkele leden over waren. Dus Hidde stond aan het begin en aan het einde van de duivensport op Schiermonnikoog. Inmiddels is hij nog de enige met postduiven op het eiland. Veel zijn het er niet meer, nog 11 in totaal. Dit zijn de duiven die Hidde veel sportgenoegens hebben bezorgd en zij mogen hun laatste adem op zijn hok uitblazen. Hun leeftijd varieert van 12 tot 19 jaar.
Hidde bewaart mooie herinneringen aan de duivensport en heeft door de jaren heen ook leuke successen behaald. Geen grote aansprekende overwinningen, maar wel mooie uitslagen op voornamelijk de dagfond. Hidde herinnert zich de vroege aankomsten van nationaal Helmstedt en Tours (rond de 800 km) nog goed. Ook werd in de cc diverse malen het duifkampoenschap dagfond gewonnen. Een van deze duifkampioenen verblijft als inmiddels 19 jarige krasse knar nog steeds op het hok. Hidde had duiven van vele liefhebbers door het hele land. De successen van de laatste jaren werden voornamelijk behaald met nazaten uit duiven van P. Venema uit Workum, Ton de Vries uit Nieuwleusen, Jan Hopman uit Noordbergum en Eltjo Glazenburg uit Winschoten.

Dat de vereniging moest worden opgeheven en dat daarmee de duivensport van het eiland is verdwenen vindt Hidde op zich wel erg jammer, maar voor hemzelf was het ook wel mooi geweest. Het werd gezien zijn leeftijd geleidelijk aan ook te zwaar voor Hidde. Het slepen met de manden en de druk om te zorgen dat de duiven op tijd op de veerboot stonden, was in zijn jonge jaren soms ook best een hele belasting, maar als je gezond van lijf en leden bent kan er vaak veel, dat op latere leeftijd niet meer gaat. Dus voor Hidde was het wel goed zo na bijna 50 jaar duivensport. Duivensport op een eiland heeft zo zijn eigen dynamiek en daar kan Hidde uren over vertellen. Bijvoorbeeld de eerste keer in 1971 dat de duiven van de kersverse vereniging met de veerboot mee moesten en toen de leden met de duivenmanden bij de haven aankwamen, de veerboot net zagen wegvaren. De mannen zagen hun eerste vlucht al in rook opgaan, want de duiven moesten immers op tijd op de vaste wal bij de toenmalige vereniging in Anjum worden aangeleverd. Echter de schipper van een vrachtschip met levensmiddelen die net had aangemeerd, zag het gebeuren en was bereid om de tocht van drie kwartier naar de vaste wal opnieuw te maken als de duivenliefhebbers hem later op de avond dan zouden helpen om zijn boot te lossen en de goederen bij de supermarkt en andere winkels af te leveren. Dat beloofden ze graag en zo konden de duiven van Schiermonnikoog toch nog mee op de vlucht.

Duivensport op Schiermonnikoog was ook een stuk duurder dan elders in Nederland. Duiven opleren werd om die reden dan ook niet gedaan, want alleen al de overtocht met de auto kost 50 euro. Met je duiven naar een dierenarts was ook een hele onderneming, want op het eiland was geen dierenarts. Van even een zakje voer halen was ook geen sprake, want alles moet op de vast wal worden gehaald waarvoor altijd een overtocht met de veerboot moet worden gemaakt. Sowieso moeten om duivensport op het eiland te kunnen uitoefenen, veel meer kosten worden gemaakt dan op het vaste land. Elektronisch constateren is ook aan de duivenmelkers van Schiermonnikoog voorbij gegaan. Tot het laatst toe is met gummiringen geconstateerd.
Niet alleen voor de liefhebbers was het niet gemakkelijk. Ook voor de duiven zelf wogen de laatste loodjes vaak zwaar. Vanaf de wal moeten de duiven nog een kleine 20 kilometer over zee en dat zijn vaak lastige kilometers gezien de meestal hardere wind en niet zelden ook mist, zeker aan het eind van de dag of in de ochtend. Als ze dan verongelukken zal je er over het algemeen niets meer van horen, maar toch is het Hidde twee keer gebeurd dat hij bericht kreeg over een duif van hem die in het zicht van de thuishaven verongelukt was. Eenmaal werd een dode duif gevonden in Lauwersoog en eenmaal op het strand van Schiermonnikoog zelf. Beide duiven hadden er al een kleine 800 kilometer opzitten, maar de laatste kilometers waren er net een paar teveel.
Tot zover het verhaal van de eerste en tevens ook de laatste postduivenliefhebber van Schiermonnikoog.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dit weekend hebben we mogen genieten van een ongelooflijk mooi duivensportweekend.
De oorzaak was natuurlijk het weer. Veel mooier weer voor sportduiven bestaat er niet. Wij hadden ingekorfd voor de eerste dagfondvlucht en voor Niergnies een vlucht van 218 km. Omdat de doffers verleden week een week thuis waren gebleven hebben we besloten de jaarling doffers allemaal op de vitesse vlucht te zetten. En ook de duivinnen die verleden week geen prijs hadden gevlogen hebben we op de korte vlucht gezet. We hadden er totaal 30 mee op Niergnies. Op de dagfond vlucht Vierzon hadden we 6 oude ervaren doffers en 18 duivinnen ingekorfd. De duiven voelden prima aan en ik was er van overtuigd dat ze er klaar voor waren. Ze trainden geweldig goed , de doffers waren zelfs haast niet te stoppen. Alleen de twijfel dat ze nog last hadden van het verduisteren maakte me nog wat onzeker.
We zijn nu 2 weken gestopt en volgens ervaringsexperts duurt het wel 4 weken voordat het effect van het verduisteren is verdwenen en de vorm zich aandient. Toen ik de jaarling doffers inkorfde schrok ik van de conditie maar wel in de positieve zin. Ze waren haast te mooi voor zo’n kort vluchtje en stonden er eigenlijk op voor een dagfondvlucht. Met de gedachten in mijn hoofd dat ze aankomende week weer een 400 km mogen vliegen met NO wind was ik daar wel content over.
Jochem was al vroeg van de partij en we verwachtten de duiven zo rond 11.15, er was weinig te zien in de lucht en wat er vloog kwam van de kust richting het binnenland. Plots zien we een duif uit precies de goede vlieglijn aankomen steken. Na een lange draai viel ze uiteindelijk op de val plank en de kop was eraf.
Het bleek een jaarling duivin te zijn die ik hoog heb staan en niet op de dagfond had gezet omdat het in mijn optiek ook een razendsnel duifje is. Ik geloof dat “wat goed is snel komt” en dit duifje komt uit een duivinnetje wat we hebben gekweekt uit een paar eieren die ik van Paul Couwenberg heb gekregen. Ze komt uit een super laat duivinnetje van 2021 gekruist met een super laat doffertje van mijn eigens stam. Ze vloog in ieder geval goed op tijd en speelt de 2e in de club tegen 600 duiven en de 10e in de kring tegen 1021 duiven. Dan moeten we even wachten en komen de duiven bijna allemaal iets te laconiek aan vliegen, een kwestie van nog niet scherp staan en te ruim/vet voer voor zo’n kort vluchtje.
We vliegen 18 van de 30 in de prijzen en zijn tevreden. Dan wordt het wachten op de Vierzon duiven. Het werd een gezellige boel ,de vaste letter van buurman Arie kwam bij mij letten omdat Arie geen duiven mee had. Deze 84 jarige Kees heeft zelf ook heel goed gespeeld en komt wekelijks bij Arie de duiven opwachten. Ook Nico kwam weer kijken en Kees de Hoed was samen met Pascal ook weer van de partij. Jochem en ondergetekende horen natuurlijk bij de inboedel. Al met al een gezellige drukte en na de koffie begon het echte wachten.
Verleden jaar won onze super duivin “Hannah” op dezelfde 1e NPO vlucht de 1e prijs en de 10e NPO tegen 16.000 duiven met een snelheid van 1166 mpm. We hadden dus een leidraad maar als we de snelheid van Niergnies aanhielden zouden ze toch eerder moeten komen. Even over half 4 komt er duidelijk een stip naderbij recht uit de vlieglijn. De stip wordt groter en het bleek een duif te zijn ,die ook duidelijk maakte dat hij bij ons moest zijn. Als een raket kwam ze uit de warme lucht vallen en het bleek dezelfde jaarling te zijn die verleden week de 1e prijs won op Pontoise.”Is het Hannah”vroeg Pascal aan Jochem.”Nee”zei Jochem”Die valt nog veel harder”Die komt zo hard en zo laag over de schuttingen van de tuinen dat je soms alleen maar een flits ziet””Kijk zo komt zij aan vliegen”en Jochem wees naar de tuinen achter de huizen richting het hok van buurman Arie. We zagen alleen een schicht net over onze schutting scheren en op de valklep vallen.”Zo doet Hannah dat dus”zei Jochem tegen Pascal en ze moesten er samen hartelijk om lachen.”Hannah zat één meter achter onze 1e duif. Dan 4 minuten later valt er weer een jaarling duivin en komt de trein op gang en komt de een na de ander uit de warme lucht vallen. Er was niet aan te zien dat ze een dikke 8 uur tegen de wind in geknokt hadden om thuis te komen. In ons rayon waren 615 duiven ingekorfd en daar vliegen we 6-7-11-30-34-35-36-37-52-56-72-73-76-77-78 enz. 24/19 .We werden daar zelfs 3e grootmeester. De resultaten worden beter en we komen er aan maar onze duiven vliegen nog niet vroeg genoeg. We zijn op Vierzon 2 duiven verspeeld waaronder een doffer van 2019 die verleden jaar nog op tijd zat van Bordeaux en die zeker 15 dagfond vluchten goed gevlogen heeft.
Jammer maar dat betekent wel dat de rest bijna allemaal prijs hebben gevlogen 22/19.
Wat nog heel mooi is om te vermelden is het resultaat van clubgenoot Jan Ouwerkerk. Jan is 84 en de jaren gaan ook bij Jan tellen. Zijn schoonzoon Rik haalt wekelijks zijn duiven op omdat Jan dat niet meer kan. Maar Jan is en blijft een kampioen en weet hoe hij een duif moet klaarmaken voor een vlucht. Dat bleek dit weekend weer eens .Jan vloog op Vierzon de 1e prijs met 8 mee en op Niergnies won hij ook de 1e prijs. Ik zou haast zeggen “Nadoen” Grote klasse van een groot kampioen!!
Afgelopen weekend de zelfde vlucht als afgelopen weekend gehad met een verassende winnaar in de club, waar het een overnachtspeler was of wel spelers, het is immers een Combinatie, Huigens - vd Molen was dus 1 op deze best wel zware vlucht aangezien het Noord - Oost was met een aardige wind dus er was werk aan de winkel voor de duiven, maar goed de uitslag verder was wel weer programma spelers met een Dirk Huizinga op 2/8/9 en 4/6/7 Adriaan Doornewaard met aan sluitend J.J. Barendrecht op 5 en E.J. Bos op 10 , nu zie ik u denken..... plek 3 wie was dat? tja dat was een jeugdlid al zie ik hem niet meer zo hij is immers volwassen zat, Jason was dus 3de en dit wel met een heel aparte gedachte, we moesten er wel om lachen met ze 2tjes, hij zij tegen me dat hij maar echt bier moest drinken omdat iedereen die dat doet vroeg zit??? nu heeft hij dat gedaan en boem plek 3, toch lachen dat dat gebeurd, nee effe dolle idd maar Jason netjes gedaan kerel.
Verder waren hier geen duiven mee van mij, dennis had er 2 mee 2 thuis alleen te laat helaas, maar goed hij doet ze best en heeft er schik in, het leuke is dat zijn broertje nu ook lid is en er dus 3 hokken los moeten op een dag en dus druk verkeer hier op het erf, nou goed zolang ze luisteren naar mij en niet te veel de boel laten verpieteren is het goed, is ook de afspraak met ze, zelf doen en opletten.
Nou goed verder lijkt het aardig op zijn plek te vallen behalve de jongen, deze willen niet vliegen? apart!! dus we zullen zien wat daar de reden van is, ben niet snel van slag dus we kijken het nog effe aan.
hier onder een korte Update wat betreft de Weduwnaars.
laterssssssss
Video van WhatsApp op 2023-05-24 om 14.29.46.mp4
|
Zaterdag werden onze duiven om 8.30 gelost in Pontoise, een dikke 360 km voor Krimpen aan de Lek. We wisten op voorhand dat het weer een zware vlucht zou gaan worden. Ik fiets ieder morgen met mijn hond een flink rondje in de polder en ervaar dan precies de wind waar onze duiven tijdens de vlucht mee te maken krijgen. Er stond deze zaterdagmorgen een behoorlijke strakke Noordoosten wind waar onze duiven recht tegen in moesten vliegen om thuis te komen. Een pittige opdracht dus.
We hadden besloten onze doffers een weekje rust te geven omdat ik vond dat ze het gewoon nodig hadden. Veel jaarling doffers(met weinig vliegervaring) hebben verleden week al een pittige opdracht uitgevoerd en me zeker niet teleurgesteld. Enkele kregen het niet voor elkaar om op zaterdag thuis te komen en deze ervaring is best belangrijk. Maar dan komt het metertje flink in het rood te staan en moeten deze duiven echt een weekje rust krijgen om volledig te recupereren.
We hadden deze week 25 duivinnen ingekorfd en van deze 25 vlogen er verleden week 20 prijs. De verwachtingen waren wel iets hoger omdat de verduistering afgelopen week was gestopt. Het was weer gezellig druk tegen de tijd dat de duiven verwacht werden. Nico was weer van de partij en dat was de eerste keer dit jaar. In al die jaren dat Nico bij mij komt letten is dit nog niet eerder voorgekomen.
Meestal was Nico er van de eerste tot de laatste vlucht bij. Samen met zijn broer Jan was hij nu weer van de partij en hij werd hartelijk begroet door Jochem en ondergetekende.”Dan weten we nu weer precies hoe laat we de duiven kunnen verwachten” was een van de eerste woorden die Jochem lachend tegen Nico sprak.
Nico heeft in al die jaren een behoorlijke reputatie opgebouwd in het voorspellen van de aankomst van onze eerste duif. En hoe hij het voor elkaar krijgt weet ik niet maar het klopt vaak op de minuut. Terwijl ik deze woorden opschrijf schiet me een mooi voorval te binnen van ik denk wel 10 jaar geleden.
Patrick Mudde en zijn duivenmaat André Herpst kwamen een keer in Berkenwoude duiven letten op een dagfondvlucht. Ook toen kwam Nico’s profetie ter sprake en de duivenmannen waren zeer benieuwd of hij het deze keer weer goed zou raden. Nico voorspelde dat de duiven net voor vieren zouden vallen.”Nu zit je er naast Nico” riep André en wees op zijn horloge toen het vier uur was geweest. Op dat zelfde moment viel er een duif uit het niets als een raket op de valplank. “Kijk eens even hoe laat die duif is geconstateerd “riep Nico droogjes.”15.59.59” riep ik Nico toe. Lachend keek Nico de beiden duivenvrienden uit Krimpen aan de Ijssel aan en vroeg hun met een brede smile op zijn gezicht “ Hoe bedoel je, waar zat ik naast ?” We hebben er ontzettend om kunnen lachen die middag. Ook dat is duivensport.
Nu voorspelde Nico dat de eerste duiven net voor 2 uur zouden vallen en Jochem en ik dachten wel iets vroeger. We zagen af en toe een duifje overvliegen maar het was niet druk in de lucht. Even voor tweeën zagen we een ooievaar uit het zuiden aan komen vliegen. Tergend langzaam richting ons hok. Onze angst voor ooievaars boven het hok is heel terecht, gezien onze ervaring enkele jaren terug.
Eindelijk vloog hij boven ons hok heel langzaam richting het noorden. Dan zien we uit het niets een grote groep kauwtjes verschijnen, die al krijsend en door elkaar vliegend het luchtruim pal boven ons hok beginnen te vullen. En dan roept Jochem “daar komt een duif” Ik zag inderdaad een duif recht uit de vluchtlijn aan komen steken. Maar in plaats van te landen trok ze weer hoog op en bleef rond vliegen als een jonge duif en verdween zelfs weer even uit zicht. “Ik denk dat ik me vergist heb,want ik zie ze niet meer” hoorde ik Jochem enigszins teleurgesteld zeggen.
Toen de ooievaar vertrok en de kauwtjes rustig werden viel ze alsnog in één streep op de klep. Het was een jaarling duivin uit een broertje van de “539” die voor het eerst liet zien wat ze in huis heeft. Het werd de 1e prijs in de club en de 3e prijs in de cc tegen 1091 duiven en de 16e in de afd. oost tegen 8289 d en de 46e van de hele lossing tegen 24.495 duiven. Dan moeten we te lang wachten en zijn we nog niet tevreden ondanks dat we 20 prijzen vliegen van de 25 duiven. De vroege duif geeft wel weer hoop dat we op de goede weg zijn maar we zijn er nog niet. En Nico had de tijd van de eerste duif weer perfect voorspeld, we constateerden onze eerste duif op: 13.58.44.
Groet Martin.
|
Snelste van 35.800 duiven!
Zaterdag 6 mei stonden er 4195 duiven van de 161 liefhebbers van het Samenspel Zuid Hollandse Eilanden in Niergnies. Een afstand van zo’n 200 km en met een zuiden wind zouden hoge snelheden behaald kunnen worden.
Met een gemiddelde snelheid van ruim 90 km per uur was het bij jeugdlid Jorben Motz- 14 jaar- in Zuidland alwaar de blauwe doffer met 21-1155023 precies uit de goede hoek naar huis kwam.
Om 10.38.54 uur stond de registratie vast. Op kortere afstanden stonden er al vroegere duiven, maar de spanning steeg en in de club vertelden ze al dat het een hele vroege zou kunnen zijn. Uiteindelijk was het zelfs de snelste duif van de in totaal 35800 duiven van de gehele afdeling 5
Samen met zijn ouders Maja en Nico Motz, die ook onder eigen naam vliegen, hebben ze de afgelopen jaren naar betere resultaten gewerkt. Vader Nico is ook ooit als jeugdlid begonnen en heeft later met zijn vader onder de naam Combinatie Motz gevlogen.
Vijf jaar geleden zijn ze opnieuw begonnen op het huidige adres met een nieuw hok en een aantal oude overgebleven duiven. Vader Nico noemde het resultaat van afgelopen zaterdag “een droom die eindelijk na jaren inzet en hard werken uitkwam”
De 21-1155023 is een duif van Aren en Marcel Molenaar uit Herkingen, een fijne combinatie volgende de familie Motz, waar ze al enkele jaren duiven halen en waar ze goed mee zijn.
Als jonge duif vloog deze doffer 6 x prijs waaronder een 2e van Niergnies en werd 3e jonge duifkampioen in Rayon Oost van het Samenspel Zuid Hollandse Eilanden. Als jaarling 10 x prijs waaronder een 1e in de vereniging vanuit Niergnies en nu dan deze prachtige overwinning wederom vanuit Niergnies.
Het hok bestaat uit 6 afdelingen, 2 afdelingen jonge duiven, 2 afdelingen duivinnen en 2 afdelingen weduwnaars.
De duiven worden over het algemeen dagelijks getraind en krijgen heel het jaar door het All-round voer van Wielink Voeders uit IJsselmuiden. Dit voer en bijproducten van DHP halen ze al jaren bij de Fam. Wijnties uit Oudenhoorn.
Ze vliegen met de duiven het programma, vitesse, midfond en dagfond. Naast het Allround voer krijgen de duiven ook, snoepzaad, P40 en wat energiemix.
Na de vlucht bij thuiskomst krijgen de duiven altijd Belgasol in het drinkwater.
Proficiat Jorben met deze prachtige overwinning.
Bram Koppenaal