Gerard Dekker
- woensdag 10 juli 2019
De wedvlucht Barcelona is jaarlijks het summum qua afstand in de duivensport. En dat geldt natuurlijk vooral voor de duiven en deelnemers uit Nederland. In ons landje kan de vlucht een afstand van 1350 km aantikken en onder zware omstandigheden zoals we die vaak op Barcelona kennen is dat een ‘monstervlucht. Tot voor een paar jaar deed ook Polen aan internationaal Barcelona mee maar dat was natuurlijk ‘gekkenwerk‘ waarvan de eerste duif na 4 of 5 dagen aankwam en de grote meerderheid nooit meer op het thuishok aankwam. Vorig jaar werd er op een andere plaats in de omgeving van Barcelona gelost en dat is ook dit jaar daar gebeurd. Zo is de vlucht wel een tiental kilometers verder geworden en ook moelijker door meer westelijk te lossen. De gebruikte parkeerplaats is ook niet heel ruim als we op beelden van de lossing zien dat duiven uit twee wagens gelost lichtjes tegen elkaar vliegen bij het ‘opstijgen‘ vanuit de manden. En elk jaar is dan weer de vraag en de spanning waar, hoe laat en aan welke snelheid wordt de eerste duif geklokt. Dat mag telkens in Frankrijk (of soms in Duitsland) verwacht worden en dat was ook dit jaar het geval. Na een lossing om 9.50 uur op vrijdag 5 juli werd op zaterdagmorgen om 10.02 uur op 928 km en om 10.14 uur op 942 km de eerste twee Franse duiven geklokt. Deze twee duiven lieten snelheden van 857 en 859 m.p.m. voor zich noteren. Om 10.54 uur volgde een Duitse duif die op 962 km tot 847 m.p.m. kwam. Lage snelheden voor de eerste duiven weer! Maar dat viel wel te verwachten met de hoge temperaturen in het binnenland van Frankrijk en de zwakke wind uit eerst meer oostelijke richting en later draaiend naar noordwestelijk richting. De grote verrassing was daarna de melding van de gebroeders Rans uit het Belgische Wijgmaal bij Leuven. Zij klokten om 11.06 uur op 1083 km en hun duif ging de rangschikking aanvoeren met een snelheid van 943 m.p.m. Met 1083 km zitten we al bijna op Nederlandse afstanden die met 1090 km voor Maastricht begint. Na de duif van Stijn en Jeroen Rans volgden lang andere aankomsten op de kortste afstanden. Pas twee uur later werden twee volgende Belgische aankomsten gemeld en wel eentje om 13.10 uur op 1086 km en eentje om 13.12 uur op 1106 km en deze laatste duif was van Raf Stijnen uit Geel en dan is men toch niet ver meer van de Nederlandse provincie Noord-Brabant. In 2018 haalde de duif van de nationale winnaar Jacky de Bruine uit het Zeeuws Nieuwerkerk een snelheid van 890 m.p.m. en werd op een afstand van 1151 km om 13.02 uur geklokt. Dit jaar zijn de duiven 50 minuten later gelost dus die snelheid zou op dezelfde afstand tegen 14 uur gehaald worden. En met het verstrijken van een aantal uren werd het duidelijk dat voor de Nederlandse Barcelona- gangers de snelheid van 943 m.p.m. van de Ransduif te hoog gegrepen was en na 2018 België met toen Team Freddy de Jaeger uit Knesselare aan 952 m.p.m. weer de internationale zege voor zich zou gaan opeisen. Weet u nog van de voorsprongzege van Leon Roks uit Standdaarbuiten in 2017? Zijn duif haalde toen de snelheid van 882 m.p.m. en de internationale opvolger
reikte tot 802 m.p.m.
Wilhelminadorp
En daar was hij dan toch uiteindelijk de eerste Nederlandse melding! Om 14.17 uur klokte Wim Muller in het Zeeuwse Wilhelminadorp op 1139 km. Op de meldingssite van de ZLU konden we direct ook aflezen dat het zijn 17e-getekende van een ploeg van 85 duiven betrof. Ook wordt daar het ringnummer van de betreffende duif vermeld en konden we zien dat het een 6-jarige duif betreft (tenzij een oude ring aan!) die tot een snelheid van 850 m.p.m. is gekomen. Tot 15 uur werden later nog vijf Limburgse duiven en eentje in Duitsland dichtbij elkaar geklokt. Verder in Zeeland wel zo‘n 12 km voor deze Barcelona klokte zo waar Jacky de Bruine in Nieuwerkerk om 14.50 uur een Barcelonaduif die tot 831 m.p.m. is gekomen. Na de 1e nationaal in 2018 weer vroeg! De overvlucht kon Wim Muller nog kloppen en als men weet dat Jelle Jellema op 1268 km en dus 129 km verder zit dan is tot zo‘n 2,5 uur later de snelheid van Wim Muller nog te kloppen. Maar zou dat ook mogelijk blijken? De overvlucht bleek nog pure kopduiven in petto te hebben. De eerste duif ‘boven de grote rivieren‘ op 1201 km klokten om 16.27 uur Laurensen en zoon uit Beuningen bij Nijmegen en wel aan 818 m.p.m. Ruim een uur later en wel om 17.37 uur wist Jelle Jellema te klokken en zijn favorietenrol weer waar te maken. Op 1268 km en aan 824 m.p.m. wint hij het nationale brons. Pieter Woord in Urk zit op 1285 km en hij klokte om 18.07 uur en dat zal goed zijn voor de 5e prijs. Op zondag wisten totaal 297 Barcelonagangers hun hok te bereiken en opvallend is het goede pakken van veel Limburgse liefhebbers. Na vorige week ongunstig te hebben gezeten op Agen kwam nu Limburg volop in beeld. In bepaalde inkorfcentra in Zuid-Limburg waren ‘s avonds de prijzen helemaal of bijna verdiend.
Groene Sas
Toen de eerste melding van Wim Muller op de ZLU-site kwam zagen we op de kaart zijn exacte woonadres en kwam de naam Groene Sas in beeld. En dat is een gehucht van een aantal huizen dat op het punt ligt alwaar het Havenkanaal vanuit Goes in de Oosterschelde uitmondt. Een sluis aldaar vormt een barrière tussen de twee. In 1968 is Wim Muller daar met zijn gezin in de voormalige dienstwoning komen wonen toen hij als sluiswachter daar ging werken. In 1985 is een nieuwe en grotere sluis gebouwd en kon de woning worden aangekocht door de bewoners. Wim Muller stelde als voorwaarden dat hij de oude woning mocht afbreken en een fraaie nieuwe woning op die plek kon laten ‘verrijzen‘. Tot 1990 heeft Wim als sluiswachter gewerkt. Het jaar 1985 betekende ook een keerpunt in zijn duivensportcarrière. In dat jaar won hij namelijk de Europacup over de ZLU-vluchten met geweldig vroege prijzen en hoge prijspercentages met weinig duiven mee. De naam Muller was definitief ‘gevestigd‘. Ook Hans Eijerkamp uit Brummen was zijn uitslagen opgevallen en wilde graag eens komen kijken. Na het vliegseizoen van 1985 vond dat plaats en de uitkomst was dat de hele vliegploeg aan Eijerkamp werd verkocht en naar zijn kweekstal verhuisde. Wim wilde niet alles verkopen om met de kwekers een nieuwe start te kunnen maken. In Groene Sas begon Wim met een hokje van 2 meter dat in de loop van de jaren tot 12 meter werd uitgebreid. Al vroeg liet hij zijn oog op de grote fond vallen en bijzonder is de herkomst en het verkrijgen van zijn beroemdste kweekkoppel en wel ‘de Kraag‘ van 1973 en de ‘Superduivin‘ van 1975. De doffer ‘de Kraag‘ verkreeg Willem bij Toon van Schilt in de Heense Molen. Hij was bij hem op bezoek en zag wat duiven onder een omgedraaid sinaasappelkistje zitten en vroeg Toon erom. Die antwoordde dat die duiven voor de poelier bestemd waren maar Wim wilde ze graag zien. Een rode doffer beviel hem en Wim vroeg of hij die kon kopen. Maar omdat ze voor de poelier bestemd waren kon dat niet maar hij mocht hem gratis mee nemen naast twee duiven waarvoor werd betaald. De ‘Superduivin‘ stamt grotendeels uit het soort van bakker Meesters uit de Heen en dat soort werd verkregen via kastelein Piet Schot uit de Heen. Hij had een ploegje duiven voor een zacht prijsje van bakker Meesters uit de Heen overgenomen. Bakker Meesters had alles verkocht maar een aantal duiven was blijven zitten en daar wilde hij ook van af. De ‘Kruisbek‘ van 1976 stamt langs moederskant ook uit dat Meesterssoort met het ‘Zilvervosje‘ van 1947 aan de basis. Het stamkoppel van de ‘Kraag‘ en de ‘Superduivin‘ zit ook in de klepper waarop nu alle ogen gericht zijn en wel de nationale Barcelonawinnaar 2019 genaamd ‘Techno M‘ met ringnummer NL13-1289290.
Ultieme doel
Al vele jaren is het hoofddoel van het fondseizoen bij Wim Muller de wedvlucht Barcelona. En daarop wordt jaarlijks een fikse ploeg gekorfd tot een 80-tal de laatste jaren. Dit jaar toog Wim met 85 duiven naar het inkorflokaal de Nishoek in Kruiningen. En dat waren 57 duiven en 28 doffers en 48 duiven hadden nog nooit de Spanjevlucht gevlogen en 37 al wel. De doffers waren allemaal weduwnaars en de duivinnen werden allemaal op nest gekorfd en de neststanden varieerden van eitjes tot en met jongen van 4 tot 5 dagen. De andere ZLU-vluchten staan ook het programma maar daarop worden kleinere ploegen of ploegjes gekorfd en eerder had hij 3 van de 5 op Pau en 6 van de 17 op Agen oud in de prijzen. De winnaar ‘Techno M‘ ging voor de vierde keer naar Barcelona en voor de vierde keer vliegt hij prijs en hij sluit af met de 1e nationaal. In 2016 won hij de 239e Barcelona tegen 5239 duiven. In 2017 volgde de 738e Barcelona tegen 4504 duiven en in 2018 vloog hij nationaal (net) geen prijs en internationaal prijs 3350 tegen 15.700 duiven. Dit jaar vertrok hij als weduwnaar en dat was ook in 2016 het geval. In 2017 en 2018 was hij een nestdoffer toen hij naar Barcelona ging. Op de zware en onregelmatige Barcelona van dit jaar viel Wim Muller het totale resultaat tegen en hij zei het niet goed te vinden. Op zaterdag kreeg hij na 14.17 uur nog drie duiven om 17.36, 19.20 en 22.22 uur door. Op zondag klokte hij om 6.54 uur de vijfde duif en toen ik hem aan de lijn had viel om 10.45 uur de 17e duif en daarmee waren in de Nishoek de prijzen juist verdiend. Op St. Vincent is het plan nog vijf duiven te korven terwijl hij twijfelde over een doffer die vorige jaar 15e asduif ZLU is geworden met prijzen op Pau, St. Vincent en Perpignan. Van Pau kwam hij namelijk flink gewond terug en was toch de eerst aankomende duif van die vlucht. Op zondagmorgen werden Wim en Rina Muller ook gebeld door Luci van der Wegen uit Steenbergen om hen te feliciteren met de 1e nationaal Barcelona. En in dat gesprek was Luci duidelijk geëmotioneerd en vertelde ze dat ze haar overleden echtgenoot Toon ook had verteld dat Wim nu ook Barcelona heeft weten te winnen. Aan de Ravelijnstraat in Steenbergen wonnen Adriaan en zoon Toon Barcelona in 1973.
Nieuwe start
De laatste twee jaar is de duivensport bij Wim en Rina Muller duidelijk in een ander daglicht komen te staan. Sinds ze weten dat ze naar een nieuwe adres in Goes gaan verhuizen worden er geen jonge duiven gekweekt die in Groene Sas (Wilheminadorp) mogen uitvliegen. In 2018 zijn er wel jongen gekweekt die naar zoon Andres in Goes zijn gegaan. Hij woont al rond het Goese Meer en vliegt daar al met duiven. Op Bergerac (2-8) zal hij naar alle waarschijnlijkheid daar met jaarlingen van pa zijn debuut op de grote fond maken. Rond het Goese Meer hebben Wim en Rina ook een bouwperceel en daar zal na de bouwvakvakantie de bouw van hun nieuwe huis beginnen. Ze komen daar fraai aan het water te zitten met de mogelijkheid om een boot(je) aan te leggen en een hengeltje uit te werpen. De duivensport zal daar op een kleinere schaal voortgezet worden met jongen van 2020. Oude duiven zullen als kwekers meegenomen worden maar niet overgewend worden. De vader van Wim Muller was uit Dordrecht afkomstig en zijn moeder kwam uit het naburige Oud-Sabbinge. Zijn vader was binnenvaartschipper en een deel van zijn jeugd groeide Wim op bij zijn oma en opa in Oud-Sabbinge. In zijn jonge jaren heeft Wim ook nog een korte tijd zelf gevaren. Echtgenote Rina komt uit Steenbergen en zij woonde in haar jeugd midden tussen de vele goede fondspelers die de plaats indertijd kende. En met duiven van verschillende fondmannen uit Steenbergen en omgeving bouwde Wim fondstam in de beginjaren op.
Eijerkamp-Muller
Nadat Hans Eijerkamp na het seizoen ‘85 de vliegploeg had aangekocht bleef er nauw contact tussen Wim en de familie Eijerkamp. En eind 1988 kwam er zelfs een samenwerking tot stand om voortaan onder de naam Eijerkamp-Muller in Wilheminadorp te gaan vliegen. En dat duurde drie keer een termijn van vijf jaar en in totaal 15 jaar tot en met 2003. In het eerste jaar was het al gelijk bingo met 1e nationaal Perpignan dat tevens de 1e internationaal duivinnen was. In 1990 volgde de 2e nationaal Barcelona en de 1e nationaal Bordeaux jaarlingen en de naam Eijerkamp- Muller ging over ieders lippen. Als we naar de afkomst van de Barcelonawinnaar kijken dan zien langs vaderskant ‘de Genaaiden‘ van 1982 vol in beeld. Deze ‘Genaaiden‘ behoorde tot de vliegploeg die in 1985 de Europacup won en daarna nar Eijerkamp ging. In 2000 kwam uit hem een zoon naar Wilhelminadorp terug en wel de ‘Master Genaaiden M‘ en de ‘Genaaiden stond toen tegen een dochter ‘Golden Breeder‘ en zijn moeder was een dochter van het Superkoppel (de Kraag en Superduivin) waaruit ook de ‘Genaaiden‘ zelf werd gekweekt. ‘Master Genaaiden M‘ koppelde Wim Muller tegen een duivin die afstamt van een duif van (wijlen) Flip Steketee uit Yerseke en wel uit zijn twee kopvliegers op Dax en een duif ingeteeld naar de ‘Genaaiden. Langs moederkant zien we voor driekwart duiven van Ysbrand Kaptein uit Akersloot maar zijn 2e nat. Sint Vincent was weer voor 50 procent Muller terwijl de ‘Orhan‘ van de gebr. Brugemann uit Assendelft dat ook was. Ongekend sterk hebben jaren Piet en Marco Houtekamer uit Oud-Sabbinge op Barcelona gepresteerd en in 2000 wonnen ze internationaal Barcelona. En zij deden dit (bijna?) volledig met Mullersoort. Piet Houtekamer was een oom van Wim Muller en een broer van zijn moeder. Zelf weet ik van een andere liefhebber die met Mullersoort indertijd geweldig op de ZLU-vluchten wist uit te pakken en dat was Jan Moerman uit het Westlandse Wateringen. Hij had zijn vlieghokken in een kassencomplex zitten.
Spel
De vliegers en kwekers zijn half maart door Wim gekoppeld. De weduwnaars zijn op eieren gekomen en daarna begon al het weduwschap. De nestduivinnen zijn ook grotendeels gescheiden zittend ingevlogen en daarvoor heeft het inkorfcentrum Nishoek optimale mogelijkheden met extra trainingsvluchten die door een Belgische vervoerder worden aangeboden. Sinds een aantal jaren gebruikt Wim de producten van DuifVitaal en dat zijn puur natuurlijke producten. Voor het seizoen gaat hij met een aantal duiven en mest naar dierenarts Vincent Schröder in Kerkrade en naar zijn bevindingen wordt gehandeld. Standaard kuurt Wim zijn duiven twee tot drie dagen voor een grote fondvlucht tegen de koppen. Het voer betrekt Wim van Ronny van Tilburg uit Baarle-Hertog en bij hem heeft hij een eigen mengeling laten samenstellen en die mengeling wordt intussen ook aan andere liefhebbers verkocht als die dat wensen. De weduwnaars trainen om 8 uur en 5 uur in de namiddag en de nestduivinnen kunnen ‘s middags hun vleugels strekken als nestduivin en eerder als losse duivinnen. Zonder jonge duiven en jaarlingen is het duivenwerk nu een stukje minder en op kleinere schaal wenst hij het ook op het nieuwe adres te gaan doen. Eerder strenger selecteren en dan met een tiental duiven na Barcelona gaan.
Moët et Chandon
Een speciaal flesje champagne hadden Wim en Rina in hun wijnklimaatkast staan. Ze verkregen die in 1997 van een Engelsman na het behalen (voor de tweede keer) van de Europacup. Ze moesten hem bij een speciale gelegenheid ‘soldaat‘ gaan maken en dat werd het winnen van de 1e nationaal Barcelona. Intussen was hij dus 20 jaar in huis totdat het zover was. De champagnefels kon worden ontkurkt en het glas geheven. De fles heeft een jaartal en geeft volgens Wim aan dat die lang houdbaar is en van een speciaal wijnjaar is. Ik vroeg Wim ook nog hoe het kwam dat de vlucht zo moeizaam en relatief slecht is verlopen. Wat zou de oorzaak kunnen zijn? Het antwoord van Wim was nuchter en duidelijk: “Als jij het weet mag je zeggen en dan weet ik het ook!" En de duiven kunnen we het niet zelf vragen. Welke route heeft een Barcelonaduif zoals de ‘Techo M‘ van Wim Muller afgelegd en waar lagen de problemen en hindernissen? We kunnen er slechts naar gissen zonder iets met zekerheid te kunnen zeggen en stellen. De droom van het winnen van Barcelona is aan de Groene Sas voor Wim en Rina uitgekomen. Hulde voor de winnaars en hun winnende duif!
Ad van Gils