Goed spelende hokken en toppers als Wanrooij Geffen, Mevr. Snellen - https://www.duiven.net/verkoopfr/
-
De tweede en laatste veilingdag van de duivenkolonie van Dirk Van Dyck uit Zandhoven liep maandagavond af op 2.265.500 euro. Dubbel zoveel als verwacht. “Ik ben heel blij dat Dirk de eer heeft gekregen die hij verdiende”, zegt Ivan Willockx, verbindingspersoon tussen de familie en veilinghuis Pigeon Paradise.
Met 2.265.500 is de verkoop van de duiven van Dirk Van Dyck de vijfde duurste veiling ooit van een Belgische duivenliefhebber geworden. Hok Van de Wouwer uit Berlaar blijft met 9,5 miljoen op nummer 1 staan.
“Mijn meest optimistische prognose voor de start was rond 1 miljoen”, zegt Ivan Willockx, verbindingspersoon tussen de familie en veilinghuis Pigeon Paradise. “Maar de Chinezen hebben heel veel duiven gekocht. Deze veiling stond bekend als die van de laatste kans om nog nazaten van de absolute toppers van Van Dyck, namelijk De Kannibaal, Di Caprio en Olympic Niels, te pakken te krijgen.”
“De kwaliteit van de veiling lag ook hoog. Vooral China is met de hoofdmoot weg. De duiven die al niet meer op de hokken in Zandhoven zitten maar bij ons bij Pigeon Paradise in Aalter, worden nu door een gespecialiseerde firma in dierenvervoer naar alle buitenlandse kopers verzonden. Onze betrachting is gelukt. Het zou erg zijn geweest als zijn waardevolle kolonie na zijn dood ergens geruisloos langs een achterpoortje was verdwenen.”
De opgezette kampioen De Kannibaal. Zijn nazaten brachten veel geld op. — © Joren De Weerdt
Ivan Willockx is blij met het succes. Dirk Van Dyck overleed vorig jaar veel te jong op 62-jarige leeftijd. “Hij behoort tot de maestro’s van de Belgische duivensport en was een icoon. Hij verdient dit respect, zeker ook omdat hij altijd een minzaam kampioen is geweest. Via De Kannibaal heeft hij zich altijd op de snelheidsraces en kleinere afstanden en halve fond toegelegd.
“Maar andere liefhebbers spelen ook langere afstanden met de nakweek van Van Dycks duiven, en zij bewijzen dat zijn duiven ook de langere afstanden aankunnen. In China zijn er veel one loft races waar veel te verdienen valt. Die afstanden zijn vaak langer. Maar je merkt nu dat de Chinezen ook in de uithouding van de Van Dyck-duiven geloven.”
In totaal gingen 315 duiven van de hand, waarvoor gemiddeld 6.824 euro het stuk werd geboden. Mathieu, genoemd naar de Nederlandse wielerkampioen Mathieu van der Poel, haalde maar liefst 146.500 euro. Mathieu is een afstammeling van De Kannibaal.
bron: https://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20231023_96218424
Vorige keer schreef ik iets over de rui , en over hoe ik daar mee om ga.
Ik beloofde toen, om ook een hersenspinseltje te schrijven over het thema “versterking van het kweekhok “ wat op dit moment van het jaar weer actueel is bij veel liefhebbers.
Hetgeen wat hier beschreven staat zijn mijn ervaringen daarmee , en zal zeker niet voor iedereen herkenbaar zijn.
Veel liefhebbers kopen nooit wat nieuws aan , en vele proberen zo al en toe een bonnetje te kopen om wat nieuw “bloed “ op de hokken te krijgen , een andere optie is samen kweek voor een jaar of wat.
Allemaal manieren om te proberen om betere duiven op je hok te krijgen, voor de komende jaren, en met deze methode is zeker niets mis .
Vaak hoor je dat een krijgertje of een jonge duif op een bon gehaald of uit samen kweek gekweekt een topper opleverde .
Een andere optie om je stammetje te upgraden is de aankoop van duiven die direct doorgaan naar je kweekhok.
Aanbod van dit soort duiven is er de laatste jaren in overvloed , en het lijkt of er als maar meer van komen.
Voor de meeste aanbieders is dit de enigste manier om wat inkomsten te genereren uit hun dure hobby, en voor een veel kleiner gedeelte is het, omdat er gewoon “vraag” naar hun duiven is, en het te belastend is om iedereen die interesse heeft thuis aan huis te ontvangen.
Nico van Veen gaf onlangs wat tips voor “beginners” in het spoor der kampioenen over de aanschaf van duiven.
Hij verwoorde de zaak prima, en gaf goeie tips voor de aanschaf van duiven , alleen kan hij de term beginners maar beter weg laten , want zijn adviezen gelden eigenlijk voor alle mensen die duiven bijkopen , of ze nou jong of oud zijn beginnend of ervaren , iedereen zou die tips eigenlijk eens moeten lezen en meenemen in hun zoektocht naar betere duiven voor het kweekhok.
Ikzelf ben al 23 jaar op zoek naar goede duiven , en heb stad en land afgereisd om ze te vinden en te kopen.
En als je me dan vraagt : Heb je ze gevonden ? is het antwoord : niet of nauwelijks.
In de meeste gevallen koop je HOOP in de vorm van veren en een prachtige afstamming die er niet om liegt.
Door schade en schande wijs geworden, wil ik toch wel enkele adviezen van mijn kant, in dit artikel meegeven wat ik ervan geleerd heb in al die jaren, of je er iets mee doet is aan de lezer.
Realiseer je dat de kans dat je een Super Kweker koopt nihil is , nihil betekend bijna niets , de kans is er , maar deze kans is uiterst klein.
Om nu alvast een eerste selectie van aanbieders te maken , kijk ik naar het volgende :
En kijk eens aan , nu wordt het een stukje overzichtelijker.
Wie zijn die 5% dan ?
Voor mij zijn dat liefhebbers die 5 jaar of langer telkens aan de kop van de uitslagen en kampioenschappen terug te vinden zijn, en die dat doen met duiven die verwant aan elkaar zijn , die geen 50 late jonge kweken die alle 50 aangeboden worden en die hun prestaties behalen met een “ normaal “ aantal duiven per vlucht met een prijspercentage 1:4 van boven de 50%.
Die bovendien ook nog persoonlijk te bereiken zijn voor advies en vragen voor de aanstaande koper die zijn zuur verdiende centjes uit wil geven.
Zijn er die dan is de volgende vraag ?
Jazeker zeg ik dan , alleen het gekke is dat je dit soort liefhebbers vaak zelf moet gaan zoeken , het zijn vaak deze liefhebbers die we niet tegen komen op de verkoop kanalen in de winter .
Mijn vader zei altijd : Het maakt niet uit wat je verkoopt , het gaat erover hoe je het verpakt ! Tegenwoordig noemen we dat marketing .
Tot zover mijn advies , doe ermee wat je wilt .
Met vriendelijke groet : Antonek de Verschrikkelijke
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Weinig reacties op mijn logboek van 17 september. Daarentegen wel diverse reacties op de columns in het Spoor der Kampioenen die ik voor beginners er herstarters schrijf. En op een enkele uitzondering na zijn deze reacties overwegend positief. Kennelijk voorziet deze reeks columns in een behoefte, ondanks dat veel beginners en herstarters het Spoor niet lezen. Toen ik er aan begon had ik daar zelf wel enige twijfel over, maar Gerrit Knol, de hoofdredacteur van dit blad, had dus een vooruitziende blik. Zelfs A.S. die zich eerder negatief had uitgelaten was zeer complimenteus over de laatste column. Al met al reden om de komende tijd, voor zover de activiteiten als selecteren, koppeladviezen en aankoopadviezen dit toelaten, iets frequenter een column voor het Spoor te schrijven.
Alleen koppelen als duiven er aan toe zijn, volledig door de rui
De afgelopen maand kreeg ik van drie beginners vragen over de datum waarop gekoppeld kon worden. Alle drie hadden ze op dat moment (eind september) nog jongen in de schalen liggen en toch vroegen ze zich af of ze rond begin december weer konden koppelen. Ik heb dat uiteraard sterk afgeraden. Die duiven zijn daar dan nog lang niet klaar voor. Waarschijnlijk zijn de meesten dan nog niet eens helemaal door de rui. Het valt mij op hoe gemakkelijk er soms over de rui wordt gedacht. Dat is niet terecht. Zeker als duiven een inhaalslag maken en massaal hun veren verliezen, doet dat een grote aanslag op het duivenlichaam. Onderschatting van het belang van een goede rui leidt vrijwel zeker tot een teleurstellend vliegseizoen het volgende jaar.
Geen organisatorische kwesties
Af en toe krijg ik ook vragen waarom ik in mijn columns en logboek vrijwel nooit iets schrijf over organisatorische kwesties. De reden hiervoor is dat ik me dan moet verdiepen in iets wat mijn interesse niet heeft en dat vind ik zonde van mijn tijd. Hoewel ik in mijn arbeidzame leven zelfs nog een opleiding organisatiekunde en verandermanagement heb gevolgd, laat ik het schrijven over dergelijke onderwerpen toch liever aan anderen over die hier wel tijd in willen steken. Om de vele vragen die dagelijks op mijn bordje komen m.b.t. de duif zelf en haar verzorging, goed te kunnen beantwoorden, moet ik me al in zoveel uiteenlopende zaken verdiepen, dat een dag daarvoor al vaak te kort is.
Voedingsadviezen van Willem Mulder op mijn website
Op mijn website heb ik onder het tabblad “Het Lezen Waard” een rubriek gemaakt met de titel “Voedingsadviezen van Willem Mulder”. Hierop heb ik een link geplaatst naar zijn boek met dezelfde titel wat voor een ieder op deze manier gratis te lezen is. https://www.de-duivencoach.nl/Het-Lezen-Waard/Voedingsadviezen-van-Willem-Mulder/ In overleg met Willem zullen al zijn artikelen in de loop der tijd in verschillende hoofdstukken worden ondergebracht. Een eenvoudig voerschema van zijn hand, voor de programmaspelers tijdens het vliegseizoen, staat er inmiddels al op.
Lijst met giftige planten gepubliceerd
De lijst met giftige planten is klaar. Er waren een aantal liefhebbers die mij erop attendeerden dat hun duiven de giftige planten in hun tuin mijden. Dat is over het algemeen ook zo. Een duif zal van nature niet snel aan een giftige plant komen als er genoeg groen voor handen is. Maar in bepaalde perioden is de behoefte aan groen soms erg groot en als dan de enige plant of struik die in de tuin staat een giftige is, zullen ze daar soms toch wat van pikken. Niet iedereen heeft immers een grote tuin waar de keuze aan groen groot is. Zelf woonde ik ooit op kamers boven een platenzaak. Achter de winkel was een kleine binnenplaats, waar ik een duivenhok mocht neerzetten. Naast het hok was een klein strookje grond waar mijn buurvrouw een paar sierpompoenen in had gezaaid. Mijn jonge duiven aten wel degelijk van het blad en werden er ook flink ziek van. Later ontdekte ik dat deze pompoenen giftig waren. Dus hier ging het niet op dat de duiven deze planten wel zouden mijden omdat ze giftig waren. En tijdens mijn vele hokbezoeken zie ik vaak dat er nogal wat liefhebbers moeten woekeren met de ruimte voor een duivenhok. Een paar potten met Narcissen en Krokussen in het voorjaar of een Clematis en Hedera tegen de schutting, om het kleine met duivenhokken volgebouwde binnenplaatsje toch een beetje op te fleuren, zie ik toch echt geregeld.
Alles mag worden gekopieerd en nagedaan
In het dagboek van een bekende keurder las ik dat er niets van zijn teksten mag worden gekopieerd. Er zijn kennelijk mensen die zijn selectiemethode navolgen, hetgeen hij niet op prijs lijkt te stellen. Voor mijn artikelen, beoordelingslijsten en andere zaken op mijn website geldt dat echter niet. Een ieder mag er af halen wat hij wil. Zo zie ik regelmatig teksten bij bonnen opduiken die ik geschreven heb en foto’s bij reportages die ik gemaakt heb. Ik vind dat geen enkel probleem. Uiteraard stel ik het op prijs als men mij hiervan op de hoogte brengt. Ook mag iedereen mijn selectiemethode gebruiken. Ik probeer een ieder die mij inschakelt altijd zoveel mogelijk kennis en vaardigheden bij te brengen. Hoe meer liefhebbers het beoordelen onder de knie krijgen, des te fijner ik dat vind. Ik las ooit ergens dat de beste coaches en ondernemers zich als doel stellen zichzelf overbodig te maken. Hier schuilt veel waarheid in. Als je uitgangspunt is dat jij zelf de slimste en belangrijkste persoon bent, binnen in dit geval de duivenwereld, hou je daarmee de ontwikkeling van een ander tegen. Mijn doel is juist om de gemiddelde duivenliefhebber een stapje verder te brengen. En ik haal er veel voldoening uit als dit lukt.
OLR Zagreb
Dit jaar stuurde ik met 5 sportvrienden 6 teams van 5 duiven naar OLR Zagreb. Het werd een overnachtvlucht waarvan slechts 1 duif van de totale deelname van 761 duiven op de dag van lossing het hok bereikte. De volgende ochtend arriveerden de duiven redelijk vlot achter elkaar en tot mijn blijdschap en die van mijn teamgenoot Leon Eerenstein was de 6e plaats voor een duif van ons, wat tevens de eerste Nederlandse duif was. Uiteindelijk bereikten 9 van de 13 duiven van mijn teams de finish.
Altjd word er beweert dat de lossingsveranrwoordelijken en wedvluchtbegeleiding van de npo
onderling contact hebben om de diverse afd niet in elkaar te laten vallen of elkaar kruisen.
Toch gebeurt het elk seizoen weer en dan expliciet met de natour dat dit problemen en verliezen oplevert door geen of miscommunicatie.
Als voorbeeld de afd 1 en 5,deze zitten wat vlieglijn betreft steeds in elkaars verlengde.
Afd 1 speelt natour alsmede afd 5,op vele vluchten zitten deze afd tussen de 60 en 90 km van elkaar qua losplaats.Waarbij logisch gezien afd 1 het verst speelt.
Afd 1 lost en afd 5 lost dan heel vaak zodanig dat precies in noord zeeland de duiven van afd 5 de eerste duiven van afd 1uit noord zeeland opstofzuigeren en de kleine aantallen van afd 1 worden zo meegetrokken zuid holland in en meer specifiek de z hollandse eilanden.
Het zuidelijkste gedeelte van afd 1 heeft daar weinig last van omdat de duiven van afd 5 pas in de omgeving van tholen de lijn naar de zuid hollandse eilanden de vlieglijn van de noord zeeuwse duiven kruisen.
Het meerendeel van de zeeuwse duiven trekken meer met de massa naar de kust en hebben dus dit probleem niet.Daarom is het een raadsel waarom dit niet beter word afgestemd,want de snelheden die worden gehaalt kan men met normaal weer redelijk inschatten.
De vele jongen die voor het eerst op de natour zitten hebben dan de grootste moeite om thuis te geraken.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Allereerst de rui van onze gevleugelde vrienden , en ten tweede : moet er versterking gezocht worden voor het kweekhok ?
De rui daar kan ik kort over zijn , de ingewijde willen ons doen geloven dat deze periode de start is voor het volgende seizoen , de opmaat naar grote successen in 2024.
En ik denk dat ze daar gelijk in hebben , alleen dat deze periode dan ook betekend dat de duiven ondersteunt moeten worden met allerlei producten die toevalligerwijs ook verkocht worden door deze ingewijden dat betwijfel ik ten zeerste.
Er wordt met termen gesmeten zoals Sedochol , Methionine , Lysine , zwavelhoudende Aminozuren , spoorelementen , Omega 3 en 6 en ga zo maar door , ook zou de lever ontgift moeten worden in deze tijd van het jaar.
Je zou bijna geloven dat als je hier niet in meegaat dat je volgend seizoen wel op je buik kan schrijven.
Maar is dat wel zo ?
Ikzelf denk van niet , een postduif die gezond is, ruit vanzelf .
De 1 wat eerder en sneller dan de ander , en een duif die ondersteunt moet worden staat bij mij op het lijstje van de afvallers.
Bij mij geen ander soort voersamenstelling die ze ruimengeling noemen , ik zag laatst een voerfabrikant die wel 8 verschillende ruimengelingen presenteerde !
Hier krijgen ze het hele jaar door dezelfde mengeling voorgeschoteld waarvan ze niet aanvetten , want dat vind ik het belangrijkste in de komende periode.
Belangrijker om vlekkeloos door de ruiperiode te komen is volgens mij het aantal duiven op je hok, hou die zo laag mogelijk is het devies , hoe minder hoe beter en selecteer hard .
Duiven die het nu niet zijn , gaan het later ook niet worden is mijn ervaring , hou alleen je allerbeste aan en leg de lat hoog.
Als je de mogelijkheid hebt, laat de duiven zo veel mogelijk los in deze periode , in weer en wind naar buiten , met de mogelijkheid tot baden , een flinke regenbui volstaat ook.
Badzout kan , maar een scheutje azijn volstaat ook prima.
Mijn advies , laat ze aanrommelen , geef ze lucht en ruimte en een bad , probeer stress op je hok voor je duiven en voor jezelf zoveel mogelijk te vermijden , en geef indien je toch wat wil doen om je gemoedsrust te behouden een thee of kruidenkuur , die niet al teveel kost.
Preventief enten tegen Paratyfus is bij mij althans uit de boze , je brengt hiermee een virus of bacterie bewust in je duif om deze resistentie op te laten bouwen , ikzelf verwijder liever deze duiven die deze ziekte ontwikkelen direct voordat zij meerdere hokgenoten besmetten.
Paratyfus kent meerdere stammen , en het is maar de vraag of je met deze enting de juiste stam aan het bestrijden bent , de kans is heel groot dat dit niet het geval is , dus waar ben je dan in godsnaam mee bezig vraag ik me af ?
In tijden dat onze sport steeds maar duurder en duurder wordt , kan je jezelf afvragen om met name in deze tijd van de ruiperiode, deze dure ondersteunende producten te moeten blijven aanschaffen , ikzelf heb ondervonden dat dit niet zo is.
In deze tijd volstaat een zak goed voer en een goede emmer allerlei ( grit, mineralen, roodsteen , kleine oliehoudende zaden en wat meerdere toevoegingen ) met daarbij een oplettende coach die de gezondheid van zijn duiven strak in de gaten houd , en de duiven die niet gezond blijven verwijderd , met voldoende ruimte en zuurstof en hygiëne .
Scheelt toch al snel heel wat euro’s , en uiteindelijk krijg je er nog sterkere duiven door , dus wat let je om dit te proberen.
Volgende keer zal ik wat schrijven over punt 2 “ versterking voor het kweekhok “ over hoe ik daar in sta , en hoe ik daar over denk.
Met vriendelijke groet : Antonek de Verschrikkelijke
|
Graag zou ik je het volgende voor willen leggen. Op dit moment heb ik de beschikking over de volgende 3 koudgeperste oliën t.w. lijnzaad olie, saffloer olie en koolzaad olie. Volgens het etiket hebben zij de volgende samenstelling; achtereenvolgens verzadigde vetzuren; enkelvoudig onverzadigd; meervoudig onverzadigd.
lijnzaad; 8%; 17%; 75%
saffloer; 11%; 14%; 75%
koolzaad; 8%; 61%; 31%
Wat zou naar jouw mening de beste combinatie verhouding zijn om een olie samen te stellen die ik voor de duiven kan gebruiken??
Verder heb ik Lecithine Granulaat 98% van Bloem in mijn bezit welke ik al verschillende malen aan de duiven verstrekt heb. Dit gebeurde meestal door het te mengen met bijv. Optimal Start en Albona (een soort brinta).
Vervolgens maak ik het voer meestal vochtig met olie en gaat het mengsel er overheen. Ik heb echter het idee dat er teveel van de lecithine verloren gaat en zou graag willen weten of de lecithine ook opgelost kan worden. Op de verpakking staat dat je het best niet kunt oplossen in warme drank omdat dat essentiële vetzuren verloren gaan. Graag jouw idee hierover.
We gaan even wat dieper graven. Je eerste vraag kom ik nog wel uit, maar dan wordt het ook voor mij moeilijk…
Schapenvet heeft het meest ideale vetzuurpatroon. Duiven kunnen slechts zeer weinig dierlijke vetten aan. Dus ook al voeren de beste liefhebbers van Nederland het, laat je niet van de wijs brengen.
Ook plantaardige vetzuren met het juiste vetzuurpatroon kunnen duiven niet in grote hoeveelheden opnemen, omdat duiven geen galblaas hebben. Daarom kan lecithine worden toegevoegd aan plantaardige oliën. Dit is een erg stroopachtig product dat je niet zo aan de duiven kunt geven. Het kan wel gemengd worden met andere oliën. Mocht je daar niet aan kunnen komen, dan is Lecithine poeder de tweede optie. Het is gemakkelijker te verwerken dan granulaat. De poeder kun je gemakkelijk over het voer geven met b.v. roosvicee ferro. Dat kleeft goed aan het voer en dan kun je optimaal gebruik maken van je poeder. Olie stoot vaak andere producten af en dat is daarom niet ideaal. Verwarmen van lecithine poeder of granulaat raad ik af. Dat is niet de oplossing.
Dan je tweede vraag.
De combinatie van plantaardige oliën met lecithine zou eigenlijk hetzelfde vetzuurgehalte moeten hebben als schapenvet + lecithine. Dat betekent een juiste verhouding van de verzadigde, de enkelvoudig onverzadigde en de meervoudig onverzadigde vetzuren. Dit complete vetzuur heeft een linolzuur / linoleenzuur verhouding van 5:1. ( 5 delen linolzuur tegen 1 deel linoleenzuur). Dat is het eerste punt van verschil tussen de oliën uit lijnzaad, koolzaad en kardizaad. De verhoudingen in kardizaad liggen helemaal verkeerd. Toch is het een belangrijke olie. Je komt er dus niet alleen met 3 verschillende oliën. Daar zijn zeker 7 oliën voor nodig.
Ik kan je dus ook niet zeggen hoe je deze oliën moet mengen. In de eerste plaats vormen ze niet de ideale vetzuurcombinatie. Daar is meer voor nodig. Je weet het percentage verzadigde, enkelvoudig onverzadigde en meervoudigonverzadigde vetzuren. Maar dat is niet voldoende. Het is nodig de mate van verzadiging of onverzadiging van de koolstofketen te weten, dus het aantal verbindingen. Met die vetzuurketens kan er n.l. eindeloos gevarieerd worden. Sommige oliën en vetten hebben hele lange vetzuurketens. Hetzij verzadigd of onverzadigd. Daarom moet je daar in doorgestudeerd zijn, wil je daar wat zinnigs over kunnen zeggen. De verzuurketen van schapenvet + 30% lecithine ziet er als volgt uit:
2% C6:2
2% C8:0
2% C10:0
14% C12:0
7,5% C14:0
14,5% C16:0
6% C18:0
12% C18:1
28% C18:2
4% C18:3
4% C20:5
2% C22:6
Uitleg: We beginnen bovenaan. In de vetzuurcombinatie zit 2% C6:2. Dat houdt in dat er 6 koolstofverbindingen zijn (C) met 2 onverzadigde vetzuren. Dan 2% C8:0. Dat betekend dat 2% van dit vetzuur 8 koolstofverbindingen heeft waarvan 0 onverzadigde vetzuren. Dit is dus het verzadigde vetzuur. Gaan we een eindje verderop: 28% C18:2 betekent: 28% van deze vetzuurcombinatie bevat 18 koolstofverbindingen met 2 onverzadigde vetzuren. ( dit is linolzuur).
Je hebt in ieder geval een aantal belangrijke oliën bij elkaar gezocht, waarvan de onderlinge verhouding tussen linolzuur en alfa-linoleenzuur ( de Omega3 en 6 vetzuren) behoorlijk goed is. De saffloer of kardiolie zou ik met mate geven. Het is een zeer goede linolzuur bron, maar er zit heel weinig alfa-linoleenzuur in. Daardoor trek je de onderlinge verhouding al gauw scheef. Kijk maar eens:
Kardiolie: 63 linolzuur tegen 0,1 Linoleenzuur. Dat is 630 : 1.(!!!)
Raapzaadolie: 20 linolzuur tegen 9,6 Linoleenzuur Dat is 2 : 1 lijnzaadolie bestaat voor 58% uit omega-3 vetzuren en bevat daarnaast ook wat omega-6 en omega-9 vetzuren. Zie je het grote verschil?
Iets meer over Linolzuur en alfa-linoleenzuur: Lijnzaadolie is een zeer goede bron van alfa-linoleenzuur. Linolzuur is een essentieel vetzuur. Het heeft een vetzuurketen met 2 dubbele bindingen. Dit worden de omega-6 vetzuren genoemd. Linolzuur wordt in het lichaam via gamma-linoleenzuur en di homo gamma-linoleenzuur (beide met 3 dubbele bindingen) omgezet in arachidonzuur (met 4 dubbele bindingen).
Ik wil toch een poging doen. Op gevoel zou ik de oliën als volgt mengen: 45% Raapzaadolie 45% lijnzaadolie en 10% kardiolie. Daaraan kun je het lecithine poeder over het voer toevoegen.
Als je toch nog lecithine olie zou kunnen krijgen dat als volgt: 30% raapzaadolie, 30% Lecithine, 30% lijnzaadolie en 10% kardiolie. Ik zou het in een donkere fles bewaren waardoor geen zonlicht kan binnenkomen. Het kan n.l. snel ransig worden. Verder in een donkere ruimte zetten. Indien je niet de mogelijk hebt er tocopherol ( natuurlijke vitamine E, is een houdbaarmaker) aan toe te voegen dan binnen 3 maanden gebruiken. Het gebruik van koudgeperste oliën kan de houdbaarheid wel verlengen.
Het blijft een gevoelszaak, ik ben niet afgestudeerd in deze materie. Ook bereik je zo niet de meest ideale combinatie, maar je komt wel een heel eind. Ik hoop dat ik je toch een beetje verder kon helpen.
Veel succes.
De duiven zitten op het nieuwe hok! Begin deze week zijn de duiven op het nieuw hok geplaatst. Dinsdag de programma duiven en donderdag de (paar)...
Bekijk Op (de) Hoogte in uw webbrowser vrijdag 25 oktober | week 43 NPO BESTUUR Wat houdt ons bezig? Ook buiten het vliegseizoen is er volop nieuws te...
Deze week bijna alle duiven in de hand genomen. Ik pak ze, na het seizoen weinig, zeker niet in de ruitijd. Ik wilde toch eens kijken hoever de rui...